Jeroen Kijk in de Vegte
2016 - week 06

Jeroen Kijk in de Vegte

Knopjesjongen

Een knopjesjongen ben ik van huis uit niet. Vroeger had ik geen idee van welk merk de mengtafel in de studio was. Laat staan dat ik me met de processing ging bemoeien. Het was ook eigenlijk wel comfortabel dat anderen dat deden en discussieerden over of het geluid nou ‘plok plok’ of toch liever ‘boem boem’ moest zijn. Ik luisterde mee en vond de bevlogenheid van de collega’s mooi, maar daar bleef het bij.
Okee, ik wist hoe ik in ProTools kon monteren. En het verschil tussen een IML en een WPM lukte me ook nog wel. Maar daar hield het wel op. Tot ik voor een niet nader te noemen dagelijks televisieprogramma als stem werd gevraagd. Ik werkte destijds ook voor een ochtendshow en om dagelijks twee keer van de Veluwe (waar ik toen woonde) naar Hilversum te rijden, voelde niet heel efficiënt. Door de radio wist ik dat je niet persé in de studio hoeft te zijn om het toch zo te laten klinken, dus ik stelde aan de hoofdredacteur voor om thuis een ISDN-set te installeren en zo op afstand in te spreken. Hij zag ook alleen maar voordelen in de flexibiliteit en continuïteit die dat zou opleveren en aldus geschiedde.

Op dat moment trad ik binnen in de wereld van coderingsformaten, microfoonprocessing en kilobits. Ik ontdekte dat ik het eigenlijk wel gaaf vond om me wegwijs te maken in dat technische lingo. Al was het maar om te snappen hoe het werkt. Of om zelf een storing te kunnen oplossen, zonder telkens iemand te moeten bellen.
Gevolg: nu, acht jaar later, hebben we een complete radiostudio in Antwerpen. Met DHD-tafel en Playoutsysteem en glasvezel en lineaire verbindingen en lavalamp en de hele hoepla. Bijna dagelijks in gebruik voor voice-overs, maar ook regelmatig voor bijvoorbeeld kruisgesprekken of hele radio-uitzendingen (‘vanuit de studio in Antwerpen…’) voor welke omroep of zender maar wil.

Zo krijg je mooi volk over de vloer. Laatst voor de BBC een keurige Vlaamse meneer die vanuit Londen geïnterviewd werd. Gaandeweg het gesprek bleek hij een terrorist te zijn, die in de jaren ’80 voor het ANC wapens smokkelde. Ga je toch ineens anders naar zo’n man kijken. Maar ook bijvoorbeeld de mooie Evy Gruyaert die voor het prachtige radioprogramma De Staat van Stasse bij ons haar voice-overs inspreekt. Wat een feest.
Enfin, uitgangspunt is altijd geweest dat de studio geen museum zou moeten zijn. Dus geen ouwe apparatuur die je uit nostalgische overwegingen tóch maar een plaats geeft. Met één uitzondering: de klokken. Het zit zo: toen het Audiocentrum (nu weer Muziekpaviljoen) werd ontmanteld, lagen ze op een grote stapel klaar om in de container te verdwijnen. Van die mooie, robuuste studioklokken. Ik vroeg of ik er twee mee mocht nemen, want het zou zonde zijn als ze in de container belandden, toch?

Een technicus hielp me de dingen aan de praat te krijgen en sindsdien ben ik verliefd. Ze hangen dus in onze studio en geven tot op de dag van vandaag tot op de milliseconde nauwkeurig de tijd aan. Goed, het zijn ouwe diertjes, dus ze moeten af en toe voor onderhoud. Dat doet diezelfde radiotechnicus die ze ooit aan de praat hielp. Dus daar stond ik deze week. In zijn werkplaats. Toe te kijken hoe hij ze uit elkaar haalde alsof het niets was. Ondertussen legde hij uit hoe die dingen nou eigenlijk werken. Dat het in the old days in het Audiocentrum waanzinnig veel stroom kostte om alle klokken, mooi tegelijk, op tijd te laten lopen. En dat er destijds een mannetje bij de NOS was die de hele dag niet anders deed dan voor de klokken zorgen.
Ik hing aan z’n lippen en besefte: ik ben een knopjesjongen geworden. Het is niet anders.

Jeroen Kijk in de Vegte