dinsdag 16 januari 2018

Uitzendvermogen cruciaal voor ontvangst lokale radio in DAB+

Het lokale radiostation Den Haag FM heeft samen met zenderoperator Broadcast Partners in augustus een pilot uitgevoerd om te bepalen welk zendvermogen nodig is voor een goede DAB+ ontvangst van lokale radio. Uit de pilot blijkt dat voor behoorlijke ontvangst aanzienlijke zendvermogens nodig zijn. Netwerken die bestaan uit meerdere zenders van een laag vermogen blijken minder geschikt.

Digitale radio via DAB+ is in ontwikkeling en kan op een groeiende interesse rekenen van zowel de consument als de radiosector. Sinds 2013 heeft het uitrollen van DAB+ meer vaart gekregen. Sinds 2015 zijn ook de regionale publieke en commerciële radiozenders via DAB+ te ontvangen. Tegelijkertijd is er bij de lokale radiozenders in Nederland een veranderproces gaande waarbij samenwerking leidt tot professionalisering. Daartoe worden, naar verluidt, ruim 70 streekomroepen gevormd die in plaats van een gemeente een groter gebied bedienen. Vanuit deze schaalgrootte gedacht, heeft een aantal omroepen experimenteervergunningen gekregen voor een pilot met DAB+ uitzendingen.

 In het gebied Den Haag/Rijswijk heeft Den Haag FM in samenwerking met Broadcast Partners een dergelijk experiment uitgevoerd. In Den Haag en Rijswijk werd een netwerk gebouwd van drie zenders op één lijn op circa vijf kilometer van elkaar. Met dit netwerk kan zowel een laagvermogen netwerk als het netwerkconcept van Broadcast Partners worden getest. Dat concept gaat niet uit van meerdere laagvermogen zenders, maar van dekking met één grote zender per streekomroep, in een enkel geval aangevuld met een steunzender.

De ontvangst werd gemeten in Den Haag centrum met veel hoogbouw, een grootstedelijke omgeving, en in Rijswijk in een wijk met overwegend laagbouw, die model staat voor dorpen en kleine steden. 

 Het experiment levert de volgende conclusies op:

•             Een laagvermogen netwerkconcept (meerdere zenders van 30 Watt bij 35 meter antennehoogte) levert buiten een matige en binnen slechte of geen ontvangst op

•             Een zendvermogen van 100 Watt op 90 meter hoogte levert buitenshuis een redelijke ontvangstkwaliteit in beide testgebieden, matige indoorontvangst in het Rijswijkse testgebied en slechte indoorontvangst in Den Haag centrum

•             Een zendvermogen vanaf 300 Watt op 90 meter hoogte leidt zowel binnen als buiten gebouwen tot een behoorlijke ontvangst, binnen gebouwen niet altijd perfect, maar dit is werkbaar

De eindconclusie luidt dat netwerken van laagvermogen zenders onvoldoende ontvangst opleveren. Voor goede ontvangst, zowel buiten als binnen gebouwen in de verzorgingsgebieden van de streekomroepen, zijn vermogens van 500 Watt bij 60 meter antennehoogte (of het equivalent daarvan bij andere antennehoogtes) nodig.

 

Projectleider Wiljan Pongers van Den Haag FM: “Voor digitalisering van stads- en streekomroepen is het cruciaal dat zij, net als de landelijke spelers, kunnen digitaliseren en de consument kunnen verleiden tot een overstap naar DAB+. Maar dat vraagt wel goed werkende netwerken, die zowel binnen als buitenshuis goed te ontvangen zijn en die qua betaalbaarheid aansluiten op de bescheiden schaal van deze omroepen. Nu de pilot laat zien dat er betere oplossingen haalbaar zijn dan tot nu toe beoogd wordt, hopen we dat het ministerie van EZ in de verdere beleidsontwikkeling rekening houdt met de pilotresultaten en onze wensen.”

Directeur Broadcast Partners Robert-jan van der Hoeven: “De pilot toont aan, dat de zorgen van een groot deel van de streekomroepen over slechte dekking en te hoge kosten bij een laagvermogen netwerk, terecht zijn. Voor streekomroepen is een andere aanpak met minder zenders van een hoger vermogen dan ook een beter passende oplossing, te meer omdat dit in tegenstelling tot laagvermogen netwerken economisch haalbaar is. Het voor streekomroepen beschikbare deel van de DAB-ruimte kan daarop aangepast worden.”

Bron: Broadcast Partners/BM

Bericht delen