Article header image
Article header image

Regionale omroepen sluiten aan bij online bereiksonderzoek NMO

Jan Müller, bestuurder van de Stichting Regionale Publieke Omroep (RPO): “De website en de app zijn steeds belangrijker voor de regionale omroep. Verhalen vinden steeds vaker online hun weg naar de nieuwsconsument. Door te klikken of te swipen weet ons publiek wat er speelt in hun dorp, stad of streek.”

Welkome aanvulling
Karin Schut, directeur van VINEX: ‘De RPO neemt met haar omroepen een speciale plek in in het medialandschap en is een welkome aanvulling op de bestaande rapportage van mediamerken in de online dataset. In de toekomst worden ook crossmediale inzichten mogelijk. De omroepen nemen via ORN ook al deel aan het kijk- en luisteronderzoek”.

Digitale transitie
Participatie in NMO DAM is logische stap in de digitale transitie van de regionale omroep. Müller: “Door met alle regionale omroepen deel te nemen aan NMO DAM krijgen we een scherp beeld van ons gezamenlijke online publiek. We kunnen dan bijvoorbeeld zien dat twintigers en dertigers willen weten wat er in hun eigen buurt speelt en dus de app van de regionale omroep checken. Voor de omroepen biedt NMO DAM volop kansen. Van Groningen tot Zeeland kan de digitale strategie met behulp van de rijke dataset van NMO DAM verder worden geoptimaliseerd.”

Regionale journalistiek
In Nederland zijn er dertien regionale omroepen. Zij brengen onderscheidende regionale journalistiek, zien wat er in de regionale samenleving gebeurt en dragen bij aan een sterkere verbondenheid in de regio. De RPO, het samenwerkings- en coördinatieorgaan voor de uitvoering van de publieke mediaopdracht op regionaal niveau, vertegenwoordigt de omroepen in NMO DAM. VINEX staat voor Verenigde Internetexploitanten en is opdrachtgever voor het online bereiksonderzoek in Nederland.

Bron: RPO/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Marieke Bakker, Projectleider Versterking Lokale Journalistiek

Marieke Bakker: “De NOS heeft 63 kandidaten voor deze pilot geselecteerd en wat opvalt is dat we echt hele goeie mensen hebben kunnen aantrekken. Jonge mensen met master-opleidingen of mensen met veel ervaring, bijvoorbeeld bij nieuwskranten. Ook goeie vrijwilligers die nu in dit project de kans krijgen om er echt hun baan van te maken.”

Opleidingsprogramma
“Lokale en regionale omroepen hebben samen gekeken wie op welke plek terecht moest komen. Daar heeft de NOS zich verder helemaal niet mee bemoeid. Heel belangrijk is het opleidingsprogramma dat we met elkaar hebben opgezet en waar alle nieuwe medewerkers op dit moment – de eerste twee maanden van het project – echt druk mee zullen zijn. Ze leren dan monteren, journalistieke basisregels, tips en tops van een goed journalistiek verhaal, politieke verslaggeving. En er komt zelfs een workshop waarin we alle nieuwe medewerkers gaan leren hoe ze een beroep kunnen doen op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB-verzoek).”

Alle regionale omroepen doen mee
“Het Project Versterking Lokale Journalistiek is eigenlijk pas begin dit jaar goed op stoom gekomen. Samen met een stuurgroep waarin mensen als Flip van Willigen (namens de NLPO) en David Vink (namens de RPO) zitten. Met hen overleg ik wekelijks over alle stappen die we met elkaar zetten. Ook werk ik nauw samen met kwartiermakers Matthijs Nieuwenhuis (hoofdredacteur Bureau Regio) en Evert Cuijpers (directeur-bestuurder Omroep Venlo). In het voortraject hebben de koepels en samen in kaart gebracht waar de mensen kwamen te zitten. En ook wie van de 400 kandidaten het meest geschikt waren. Bij het ministerie – ook lid van de stuurgroep – vinden ze het vooral belangrijk dat er nu wordt samengewerkt. Het is voor het eerst dat alle regionale omroepen meedoen en daarbij ook samenwerken met lokale omroepen. Er zitten geen omroepen tussen met alleen maar vrijwilligers.”

Website
“Omroepen uit het lokale en regionale landschap, die mee wilden doen aan deze pilot, moesten in ieder geval behoorlijk professioneel zijn, een goed functionerende website hebben en een redelijke redactie met interesse voor nieuws hebben. Er zijn misschien omroepen die gedacht hebben: ‘Oh dat is mooi, dan hebben we er twee betaalde krachten bij’, maar zo eenvoudig ligt het niet. Alle nieuwe medewerkers zijn echt journalisten die lokale journalistieke verhalen maken en de lokale democratie gaan helpen versterken. Het is niet de bedoeling dat zij zich met agenda-onderwerpen van een lokale omroep bezig gaan houden. De eerste groep mensen is 1 mei van start gegaan en de tweede groep van 23 is op 1 juni begonnen. Het project gaat een jaar duren, dus die mensen zijn allemaal in dienst tot mei/juni van het volgende jaar. Hoe het daarna verder moet is nog wel spannend, maar nu staat iedereen te trappelen om aan de slag te gaan.”

Digital first
Voordat Marieke Bakker zich op dit project stortte was zij Chef Online bij de NOS en daarvoor bijna twee jaar adjunct-hoofdredacteur bij Omroep Gelderland. Dat was in de periode dat ‘digital first’ een belangrijk motto was. En veel redacties een centrale redactie vormden. “Ik ben eigenlijk vrij snel weer verslaggevers van de centrale redactie weer terug gaan zetten in de regio omdat je mensen echt daar moet hebben, waar het gebeurt.”

Nulmeting
“Ik ben op dit moment, samen met een onderzoeksmedewerker, een nulmeting aan het opzetten waarin we gaan kijken: Wat deden lokale en regionale omroepen al samen? Welke verwachtingen zijn er daar over en weer? Welke afspraken zijn er onderling gemaakt? We willen volgend jaar echt weten welke meerwaarde we met elkaar gecreëerd hebben. Welke verschillen we gaan zien. Ook om eventuele afspraken daarna veel harder te kunnen maken, want natuurlijk heb je meer output als omroep als je er iemand fulltime naast zet. Maar een belangrijke vraag is ook: kunnen we dankzij deze samenwerking verhalen maken die we anders niet hadden kunnen maken. Dat vinden we in de stuurgroep allemaal heel belangrijk.”

Primeur
“Delft had in de eerste week van de pilot al een primeur die lokaal onderzocht is en landelijk werd meegenomen. En hoewel dat leuk is om te zien gaat het er bij deze pilot niet zozeer om dat als je de hele journalistieke pyramide – lokaal, regionaal en landelijk – doorloopt, de pilot geslaagd is. Het gaat er echt om of we elkaar inhoudelijk kunnen versterken. Dat we sneller samenhang gaan zien tussen ontwikkelingen op verschillende plaatsen. Wat ik graag zou zien is dat je sneller trends en ontwikkelingen gaat zien omdat je via de ogen van andere omroepen kan meekijken. Een goed voorbeeld vind ik de corona-rellen. Misschien herinner jij je nog dat er op verschillende plekken in Nederland rellen ontstonden als gevolg van corona. Een paar avonden achter elkaar waren er onlusten op verschillende plekken. En je denkt dan dat iets met elkaar te maken heeft, maar de achtergronden van die rellen waren overal verschillend. Bij de een was het misschien tegen Rutte en het coronabeleid maar op andere plekken speelde politiek helemaal geen rol en ging het om verveling of sluimerde er andere spanningen die niets met corona te maken hadden.”

Samenwerken
Bij De Regio Vecht Terug, een recent webinar dat door het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek georganiseerd werd, maakte Bart Verkade, zakelijk directeur bij De Persgroep, duidelijk dat het eigenlijk heel goed ging met de lokale journalistiek en dat er winst gemaakt werd en helemaal geen sprake was van ‘verschraling’. Marieke Bakker: “Dat was opvallend nieuws en ik denk ook dat daar ook goed werk gedaan wordt. Maar hun verdienmodel is echt anders. Waar wij heel lokaal proberen te zijn tijdens deze pilot is het voor De Persgroep interessanter als een verhaal op meerdere plaatsen gebruikt kan worden. Wat ook duidelijk werd uit het verhaal van Verkade is dat lokale nieuwsbladen succes aan het boeken zijn met lokale betaalde abonnementen. En daarmee wordt het voor hen nog minder interessant om met publieke media samen te werken, want verhalen die met publiek geld gemaakt worden kunnen niet achter een betaalmuur terecht komen. Het maakt het samenwerken met publieke partijen nog belangrijker.”

Vertrouwen
“Wat me tot op heden heel erg is meegevallen is het enthousiasme op de werkvloer. Het is echt in deze fase heel leuk om te zien hoeveel energie er op dit project zit. Als mensen met elkaar gaan werken dan gaat het toch vliegen. Wat me is tegengevallen is dat de verschillen in het veld wel heel groot zijn. Maar de wil om met elkaar iets nieuws neer te zetten is heel groot. Er is echt heel veel te winnen. Tot nog toe gaat dat redelijk goed. Als je maar vanuit de inhoud met elkaar blijft praten: wat willen we met elkaar gaan maken en welke afspraken zijn daarvoor nodig? Ik zit hier echt namens alle drie de lagen. Ik kom op voor het belang van de regio en voor het belang van de lokalen. Dat vergt vooral onderling vertrouwen en dus veel overleggen: naar oplossingen zoeken in plaats van naar problemen. Daar speel ik een belangrijke rol in. Is ook logisch want er is eigenlijk nog nooit op deze manier samengewerkt.”

Voordelen NOS
“Op de NOS-redactie zit Bureau Regio, die alle regionale omroepen goed volgt en bekijkt welke onderwerpen ook landelijk zouden kunnen worden doorgezet. In die samenwerking hebben de regio en de NOS elkaar al goed leren kennen. Het gaat in deze pilot natuurlijk vooral om het versterken van de lokale Journalistiek maar ook de NOS gelooft in deze ontwikkeling. Allereerst wordt het aanbod via de app nog beter, maar ook van het sneller signaleren van trends en ontwikkelingen verwacht de NOS vruchten te kunnen plukken. En de NOS kan zo uiteindelijk nog beter laten zien dat ze weet wat er in de haarvaten van de samenleving speelt.”

Loslaten sturing
“Het loslaten van centrale sturing, zaken echt lokaal en regionaal laten gebeuren, is iets waar ik in geloof. Daar zit volgens mij een belangrijke meerwaarde van dit project. Ik vind het een heel interessant jaar eigenlijk. Je hebt die hele beweging rond fake nieuws. En tegelijkertijd hebben we gezien hoe enorm veel mensen juist naar de publieke omroepen komen om te weten wat er echt speelt. Wat dat betreft is de druk om je werk goed te doen en te weten wat er speelt in de samenleving toegenomen. En daar kan dit project alleen maar aan bijdragen.”

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Radiozenders regionale omroepen nemen deel aan Radioplayer

Eind vorig jaar zijn de radiozenders van de NPO en de landelijke commerciële radiozenders aangesloten. Jacqueline Bierhorst, countrymanager Radioplayer NL en projectdirecteur Digital Radio NL: “Eén radioknop met toegang tot hybride radio (DAB+, FM en streaming), actuele en (inter)actieve informatie van je favoriete station klinkt goed. Met de steeds groter wordende schermen in het dashboard en stembediening is uniformiteit en afstemming tussen radiostations van verschillende landen en de auto-industrie essentieel voor de beste gebruikerservaring van automobilisten. Daarom zijn wij verheugd nu ook vanuit Nederland deel uit te maken van het Radioplayer platform.”

Groei digitaal
Mensen luisteren steeds meer digitaal naar de radio. De beluistering via internet en DAB+ is gestegen van 33,5% (dec ’19-jan ’20) naar 38,3% (dec ’20-jan ’21). Gemiddeld over 2020 werd 11,2% via DAB+ geluisterd en 24,6% via internet. Luisteren via FM/Kabel nam af tot 56,7% (dec 20’-jan ’21). Dit was in dezelfde periode een jaar eerder nog 60%. Dit blijkt uit de cijfers van NLO/GfK. Inmiddels zijn bijna 2,5 miljoen DAB+ radio’s (inclusief automotive) verkocht en 72% van de nieuw verkochte auto’s reed met DAB+ standaard aan boord de weg op. Sinds 20 december 2020 is de Europese richtlijn van kracht dat alle nieuw verkochte auto’s standaard zijn voorzien van digitale radio DAB+ (bron: GfK/WorldDAB).

Luisteraars bedienen
De regionale omroepen zijn met hun dertien radiozenders nu dus ook aangesloten bij Worldwide Radioplayer. De RPO vindt deelname belangrijk en heeft de benodigde afspraken gemaakt en de implementatie begeleid. Jan Müller, bestuurder van de RPO: “Radioplayer biedt via samenwerking een mogelijkheid voor niet wereldwijd opererende partijen de vindbaarheid te maximaliseren. In een wereld waarin techreuzen vaak veel invloed hebben biedt het voor regionale omroepen een kans de luisteraar te blijven bedienen.”

De volgende regionale zenders zijn toegevoegd aan Radioplayer: L1, NH Radio, Omroep Brabant, Omroep Flevoland, Radio Gelderland, Radio West, Omroep Zeeland, Omrop Fryslân, Radio Rijnmond, Radio Drenthe, Radio Noord, Radio Oost en Radio M Utrecht.

Techniek van Radioplayer
Radioplayer is het door radiostations beheerde internationale platform (WRAPI) waar de zenders hun metadata zoals stationsinformatie en logo’s, streams, podcasts etc. beheren. Deze internationale Radioplayer datafeed voedt ‘hybride’ radio interfaces in tal van automerken, waaronder Audi en VW. De smart devices in deze auto’s switchen automatisch tussen DAB+, FM en streaming, zodat luisteraars hun favoriete stations op elke mogelijke manier kunnen ontvangen (zonder app). Al bijna 1 miljoen auto’s in Europa zijn voorzien van metadata via de Radioplayer API.

Bron: RPO/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Roy Keller, Voorzitter Nederlandse Nieuwsblad Pers

Roy Keller: “Dat de NDC 40 titels laat verdwijnen is het gevolg van 100 procent wanbeleid. Het gaat bij de grote concerns altijd hetzelfde. Alle aandacht gaat naar de dagbladen, de digitale wereld, lokale tv en lokale radio. Er is absoluut geen aandacht voor de huis-aan-huiskranten. Daar wordt als eerste bezuinigd of edities worden samengevoegd.”

“Minder budget betekent minder lokaliteit, dus minder interesse van de adverteerder. En zo is de cirkel weer rond. De lokale concurrent springt er dan bovenop, want die begrijpt wél hoe de markt werkt! Na een paar jaar roept een controller dat dat zo niet langer kan en moeten we afscheid gaan nemen van een huis-aan-huiskrant, terwijl de lokale concurrerende uitgever gewoon zwarte cijfers schrijft. Rara, hoe is dat nou mogelijk?”

“Van de 225 kleine krantenuitgeverijen in Nederland schrijft het overgrote deel zwarte cijfers. Uiteraard niet dit laatste jaar, door alle corona-perikelen. Maar in normale jaren maakt de lokale uitgever gewoon een keurig rendement van 5 tot 8 procent. Corona heeft het er niet makkelijker op gemaakt, maar we hebben ons wel kunnen laten zien. Zolang er mensen zijn zullen er huis-aan-huis bladen zijn. Onze toekomst ziet er nog steeds fantastisch uit.”

Amateurclubs
“Landelijke kranten zijn de eredivisie, regionale kranten de eerste divisie. Lokale huis-aan-huis kranten zijn niet de tweede divisie maar de amateurclubs. Het is daar een heel andere manier van werken waarbij je het moet hebben van nabijheid, echte lokaliteit. Luis in de pels zijn, de bewaker van de lokale democratie. Grote krantenbedrijven zien het huis-aan-huis blad vaak als een extra manier om goedkoop regionaal nieuws te verspreiden. Die benadering werkt niet en daarom zie je nu titels verdwijnen.”

“Vanuit de NNP – waarin zo’n 50 uitgeverijen vertegenwoordigd zijn – hebben we meteen in de eerste week van de corona-crisis een brief naar minister Slob gestuurd. En tegen hem hebben we gezegd: Wij zorgen dat de kranten blijven verschijnen als u er voor zorgt dat uitgeverijen deze crisis financieel doorkomen. Minister Slob verdient een ‘erepenning’ van ons, want hij heeft 41 miljoen euro steun beschikbaar gesteld voor de huis-aan-huis kranten. Mooi dat de minister daarmee ook onze rol erkent, die we in tijden van zo’n crisis spelen.”

Samenwerkingen
“Tijdens corona hebben we ook veel gratis advertenties weggegeven of advertenties tegen zeer lage tarieven aangeboden. Er zijn ook ongelooflijk veel samenwerkingen geweest met burgers, gemeenschappen, winkeliers, horeca en noem maar op. Allemaal om te zorgen dat het mkb de consument goedkoop kon blijven bereiken. Het gaat ons niet alleen om die advertentie. Het gaat ook om iets teruggeven en een partnership creëren.”

“Voorbeeld: als er bij een school een gevaarlijk verkeerssituatie is en de gemeente doet daar niets aan… Als wij een fotograaf en een verslaggever sturen, garandeer ik je dat de wethouder er binnen een dag mee aan de slag gaat. Gemeentes zijn zich niet altijd bewust van onze kracht. Als ze voor hun gemeentelijke pagina’s kunnen kiezen uit twee lokale kranten, zeggen ze dat ze voor kwaliteit gaan, maar het gros kiest voor de goedkoopste.”

Regionale omroepen onnodig
“De regionale omroep vind ik onzin. Er zijn geen regio’s in Nederland. Lokale omroepen snap ik nog wel. Lokale omroepen willen vaak met ons samenwerken, vanwege ons netwerk en ons archief. De lokale omroep is vaak een speeltje van de lokale overheid. Ik heb er niets tegen om met lokale omroepen samen te werken, maar het zet wel weinig zoden aan de dijk, omdat de bedrijven andere uitgangspunten hebben. De lokale omroep wordt gesubsidieerd en de lokale uitgevers moeten vechten voor hun boterham. Dat zijn moeilijk verenigbare uitgangspunten.”

“In 1998 werd al gezegd dat het papier gaat verdwijnen. We zitten nu in 2021 en het papier is er nog steeds. De markt is nu wel anders dan 15 jaar geleden. Je moet meer verstand hebben van AdWords, Google, Instagram, LinkedIn, Facebook en alles wat daar omheen draait. Maar er is voor uitgever van lokale huis-aan-huis kranten nog steeds een goeie boterham te verdienen. Lokale sites hebben een mooi bereik, video is bezig aan een grote opmars en de uitgevers zijn ook aan de slag gegaan met podcasts. Met andere woorden: de lokale uitgever van huis-aan-huis kranten is springlevend en gaat een mooie toekomst tegemoet.”

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

BM90: NOS, regionale en lokale omroepen geven journalistiek kwaliteitsimpuls

In dit project werken voor het eerst drie lagen van het publieke bestel samen: de lokale en regionale omroepen en de NOS. Opnieuw een initiatief om de lokale journalistiek te versterken en een kwaliteitsimpuls te geven. En die prikkel voor de haarvaten van de samenleving is mede met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 belangrijker dan ooit.

De verse lokale journalisten zijn formeel in dienst van de NOS en die levert ook de benodigde techniek, zoals laptops en mojo-verslaggever sets. Daarnaast is een speciaal opleidings- en coachingstraject ontwikkeld voor de geplaatste journalisten.

Dit project sluit ook weer mooi aan bij de structurele aandacht die onze eigen BM-site schenkt aan de publieke lokale omroep. Omdat dit het jaar van de waarheid is voor deze sector, maakt Arthur Vierboom een uitgebreide, veelzeggende rondgang langs tal van lokale zendgemachtigden en laat hij ook zijn licht schijnen over diverse rapporten en aanbevelingen van betrokken onderzoekers.

Daarin wordt onder ander gepleit voor een ‘journalistieke rompredactie’ bij de lokale omroep die uit minimaal 3 fte’s bestaat en structurele financiering van 2 euro per huishouden per jaar. Dat hebben die haarvaten van de samenleving ook wel minimaal nodig. Bekijk BM90 met Jeroen te Nuijl hier.

Op het YouTube kanaal van BM (Broadcast Magazine) vind je al onze video’s: BM90, BM Talk, BM Review, BMY en BM Reportage. Altijd op de hoogte blijven van onze nieuwste video’s? Abonneer dan gauw en houd broadcastmagazine.nl in de gaten.

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Samenwerking lokale, regionale omroepen en NOS van start

Minister Slob van OC&W stelde daarvoor eerder dit jaar 4,5 miljoen euro beschikbaar. In dit project, Versterking Lokale journalistiek door Samenwerking, werken nu voor het eerst alle drie de lagen van het publieke bestel samen: de lokale, de regionale omroepen en de NOS.

De extra journalisten worden tijdelijk bij in totaal 44 lokale omroepen gestationeerd en gaan in samenwerking met de bijbehorende regionale omroep verslag doen van lokale maatschappelijke, economische en politieke ontwikkelingen. De regionale en lokale omroepen hebben gezamenlijk geïnventariseerd waar de journalisten geplaatst worden en wat hun specifieke opdracht is.

Dat kan zijn het versterken van de basisnieuwsvoorziening in een gebied, maar de extra mankracht wordt ook gebruikt om gezamenlijk grotere regionale nieuwsthema’s te volgen. Met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 belangrijker dan ooit. Ook over de aansturing en begeleiding zijn onderling afspraken gemaakt.

Met het project snijdt het mes aan twee kanten: niet alleen krijgt de lokale journalistiek een impuls, de gedachte is ook dat relevant lokaal nieuws makkelijker z’n weg vindt naar de regionale en landelijke omroep. Dit initiatief loopt tot 1 juli volgend jaar, en de NLPO (lokale omroepen), de RPO (regionale omroepen) en de NOS hopen dat het experiment zijn waarde bewijst en nieuwe inzichten biedt voor samenwerking.

De nieuwe lokale journalisten zijn formeel in dienst van de NOS en die omroep faciliteert ook de benodigde techniek zoals laptops en MOJO-verslaggeversets. Daarnaast is door de NOS en de NLPO samen een speciaal opleidings- en coachingstraject ontwikkeld voor de geplaatste journalisten. De lokale journalisten gaan voor de lokale en regionale omroep bijdrages leveren voor online, audio en video.

De deelnemende lokale omroepen zijn:
AT5, 1Twente, Bie Os, Bollenstreek Omroep, DTV, Easy FM Almere, Go RTV, Haarlem 105, LEO Middelsé, Noordkop Centraal, Omroep Assen, Omroep Delft, Omroep Tilburg, Omroep Venlo, OOG, Open Rotterdam, Radio Lelystad, Regio 8, Regio 90, Regio Noordkop, Regio TV DE Bilt/Roulette FM, RN7, RTV Arnhem, RTV Dordrecht, RTV Focus Zwolle, RTV Gouwestad, RTV Krimpenerwaard, RTV Lansingerland, Sleutelstad, RTV Maastricht, RTV NOF, RTV Noordoost Twente, RTV Ronde Venen, RTV Stichtse Vecht, RTV1, Schie, Slotstad RTV, Streekomroep de Bevelanden, Studio 040, Weeff, WFM, WOS, Zo34, ZO-NWS en ZuidWest TV/ZuidWest FM.

Bron: NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Regionale omroepen en NOS maken vanaf januari gezamenlijk extra journaal

In NOS Journaal Regio komen regionale nieuwsverhalen aan bod die ook landelijk interessant zijn. Het journaal begint direct na het NOS Zes Uur Journaal en wordt gemaakt door Bureau Regio, de redactie van de regionale omroepen bij de NOS. Na de twee journaals volgt op NPO 2 een nieuw twee uur durend blok van programma’s met een regionaal karakter: NPO Regio.

Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff: “Met dit nieuwe initiatief snijdt het mes aan twee kanten: de kijker krijgt een nog bredere blik op wat er in Nederland gebeurt en door de samenwerking met de regionale omroepen verdiept onze journalistieke kwaliteit zich.”

‘Haarvaten van onze samenleving’
Matthijs Nieuwenhuis, hoofdredacteur Bureau Regio: “De regionale omroepen staan samen met de NOS voor een betrouwbare en onafhankelijke publieke nieuwsvoorziening in Nederland. De regionale omroepen en hun journalisten bevinden zich in de haarvaten van onze samenleving en wonen, werken en leven tussen ons publiek, waardoor we weten wat er leeft. Het mooie is dat we elkaar aanvullen en versterken door kennis, informatie en content uit te wisselen en samen te produceren.”

Het NOS Journaal Regio past in de ambitie van het kabinet om meer content van regionale omroepen onder de aandacht te brengen van een landelijk publiek. Tegelijkertijd is het een nieuwe stap in een samenwerking tussen de NOS en de regionale omroepen die al decennia bestaat.

Meer belangstelling voor regionaal nieuws
De samenwerking tussen de NOS en de regionale omroepen leidt tot meer belangstelling voor regionaal nieuws, blijkt uit cijfers over het online bezoek. In de eerste elf maanden van 2020 trokken de regionale artikelen bij de NOS 317 miljoen unieke bezoekers. Dat is ongeveer 11 procent van het totaal aantal bezoekers van NOS.nl.

NOS Journaal Regio wordt afwisselend gepresenteerd door Rob van Dijk (RTV Utrecht) en Nejifi Ramirez (AT5/NH/NOS). Vaste vervangers zijn Cindy de Koning (Omroep Gelderland en Omroep Brabant) en Daniel Godinho Veiga (RTV Oost).

Op NPO 1 blijven de regionale blokken in het NOS Journaal van 12.00 en 15.00 uur bestaan.

Bron: NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Tientallen omroepmedewerkers krijgen forse nabetalingen van Tentoo

“Een mooi succes”, zegt Lisa Blaas van FNV Flex. “Maar we zijn er nog niet, want Tentoo maakt inmiddels gebruik van een nieuwe schijnconstructie, waardoor mensen nog steeds worden onderbetaald.”
Tentoo, dat de medewerkers uitleent aan de regionale omroepen, erkent met deze nabetalingen dat zij fout gehandeld heeft. De omroepmedewerkers zijn, soms jarenlang, onderbetaald. Nabetalingen variëren van een paar honderd euro tot 12.000 euro. Twee FNV-leden konden al rekenen op 50.000 euro nabetaling.
Blaas: “Toch willen we de omroepmedewerkers waarschuwen niet zomaar akkoord te gaan met het aanbod van Tentoo. Want het tekenen van een finale kwijtschelding betekent dat je later nergens meer aanspraak op kunt maken. Veel berekeningen van Tentoo kloppen namelijk niet, mensen hebben recht op meer, soms het dubbele van wat Tentoo nu aanbiedt.”

Nieuwe schijnconstructie: circusartiesten
Via payrollconstructies werden de omroepmedewerkers door Tentoo uitgeleend aan één van de elf regionale omroepen. Dankzij de FNV en de invoering van de Wet Arbeidsmarkt in Balans is payrolling niet langer lucratief voor werkgevers. Maar Tentoo heeft een nieuwe maas in de wet gevonden en leent nu medewerkers uit aan de omroepen via een regeling die ooit bedoeld was voor circusartiesten maar nu wordt gebruikt voor journalisten, regisseurs en editors.

Blaas: “Alles om de cao te ontduiken en de mensen niet in dienst te hoeven nemen. Ze worden weer onderbetaald: ziekte, vakantie, reiskosten en pensioenopbouw zijn allemaal voor eigen rekening, terwijl ze precies hetzelfde werk doen als hun collega in dienst bij de omroep.”
De FNV wil daarom goede afspraken maken met de omroepen en de overkoepelende RPO (Stichting Regionale Publieke Omroep). Blaas: “We willen dat mensen die structureel voor de omroep werken gewoon in dienst worden genomen of als échte zzp-er worden ingehuurd tegen een eerlijk tarief van 150%. Een zzp-er zou nooit goedkoper moeten zijn dan iemand in loondienst, toch gebeurt dat in de praktijk. Voor tijdelijk werk, zoals in geval van ziek en piek, kan een omroep mensen via een uitzendbureau inhuren. Maar de RPO moet stoppen met deze schijnconstructies via Tentoo.”

Tentoo herkent zich niet in het beeld dat door de FNV wordt geschetst. Woordvoerder Sander Roekx meldt dat ‘Tentoo staat voor een juiste verloning, maar hiervoor afhankelijk is van de aanlevering van deze gegevens van de omroepen. De primaire verantwoordelijkheid voor de correctheid van de juiste verloningsgegevens ligt immers bij de omroepen. Tentoo heeft geen enkele baat bij een lagere verloning’.
‘Gezien de berichtgeving van de FNV in diverse media is Tentoo op eigen initiatief een onderzoek gestart naar beloningsniveau van de opdrachtnemers bij de regionale omroepen. De uitkomst van dit onderzoek is dat in incidentele gevallen is gebleken dat de aangeleverde loongegevens door de omroepen op aantal looncomponenten niet correct was. Deze corrigeren wij nu in samenspraak met de opdrachtnemers en de omroepen, waarbij Tentoo als bemiddelende partij optreedt in het geval er een verschil van mening bestaat tussen de opdrachtnemers en regionale omroepen voor wat betreft het vaststellen van de juiste inschaling. Het is juist dat wij de nabetaling tegen finale kwijting willen afronden. Dit is een normale gang van zaken om een dossier definitief af te ronden’.

Fictieve dienstbetrekking
‘Daarnaast laat de FNV zich ten onrechte negatief uit over de fictieve dienstbetrekking. Tentoo biedt verschillende vormen van dienstverleningen ten behoeve van flexibele arbeid aan, zoals de uitzendovereenkomst, payroll-overeenkomst maar ook overeenkomst van opdracht (= het door u aangeven fictieve dienstverband). Het is van meerdere omstandigheden en per individu afhankelijk welke vorm van dienstverlening het meest passend is, waarbij de omroepen in samenspraak met de individuele opdrachtnemer verantwoordelijk zijn om te bepalen of sprake is van overeenkomst van opdracht of van een arbeidsovereenkomst’.

‘Gezamenlijk bepalen vervolgens opdrachtgever (omroepen) en opdrachtnemer (werknemer) via welke dienstverlening van Tentoo zal worden gewerkt. Tentoo kan niet bepalen of er sprake is van een gezagsverhouding. Dit is namelijk afhankelijk van de feitelijke situatie op de werkvloer, waarop Tentoo geen direct zicht heeft. Voor alle duidelijkheid, de dienstverlening waar u naar verwijst (DC&C) biedt de mogelijkheid aan zelfstandigen om zonder leiding en toezicht bij meerdere opdrachtgevers werkzaam te zijn, maar wel door het afdragen van sociale premies verzekerd te zijn van het sociale vangnet (ww, zw, et cetera). Met andere woorden, deze dienstverleningsvorm biedt de zelfstandige meer sociale zekerheid.

‘In algemeenheid wil Tentoo aangeven dat zij het bijzonder betreurt dat FNV zich regelmatig negatief en onjuist over Tentoo uitlaat in de media. Tentoo streeft 100% correcte verloning na, voldoet aan wet- en regelgeving en herkent zich dus helemaal niet in de beeldvorming die de FNV neerzet. Tentoo heeft na meerdere pogingen om het gesprek met de FNV aan te gaan, eindelijk de FNV zo ver gekregen om dit doorgang te laten vinden. Het is vandaag gevoerd tussen Patrick Bakker, CEO van Brisker Group waarvan Tentoo deel uitmaakt, mevrouw Anja Dijkman en mevrouw Lisa Blaas (bestuursleden FNV). Dit gesprek heeft de insteek om ook de kant van Tentoo aan de FNV toe te lichten’.

Bron: FNV/Tentoo/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Servicedesk voor samenwerking lokale en regionale omroepen

Lokale en regionale omroepen vinden elkaar steeds vaker en makkelijker, bijvoorbeeld op het gebied van contentuitwisseling, programmatische samenwerking en benutting van technische infrastructuur. Maar volgens de NLPO, de brancheorganisatie voor de lokale publieke omroepen, gaan de samenwerkingsverbanden steeds vaker voorbij aan de wettelijke taak van de lokale omroepen zelf en de ontwikkelingsfase waarin de lokale omroepsector zich momenteel bevindt.

Marc Visch, directeur van de NLPO, vermoedt dat door regionale omroepen soms opzettelijk gebruik gemaakt wordt van de beroerde materiële en financiële situatie waarin veel lokale omroepen zich op dit moment nog bevinden. Visch: “Wat de NLPO betreft mag samenwerking er nooit toe leiden dat een regionale omroep, die zich primair moet richten op het niveau van de provincie, kerntaken van een lokale omroep gaat uitvoeren omdat de laatste als gevolg van falend overheidsbeleid – namelijk een tekortschietende bekostiging – deze wel wil, maar niet kán uitvoeren.”

Lokale omroepen staan aan de basis van ons publieke omroepbestel. Ze maken zelf deel uit van de samenleving waarover ze berichten, weten wat daar speelt en brengen mede door de inzet van vele vrijwilligers hyperlokale verhalen naar boven die soms informeren, activeren, controleren of ontroeren, maar altijd verbinden.

Door binnen het publieke bestel samen te bouwen aan de lokale omroep, met behoud van de brede wettelijke taakopdracht, wordt het publieke omroepbestel in zijn geheel sterker ingebed in de Nederlandse samenleving met al zijn schakeringen. Samenwerking tussen de drie lagen kan hier met de juiste randvoorwaarden een belangrijke bijdrage aan leveren.

Advies om te komen tot gelijkwaardige samenwerking
De lokale omroepen hebben samen met de Vereniging van Nederlandse gemeenten een voorstel ingediend bij het kabinet voor de omvorming van de huidige 250 lokale omroepen naar 80 streekomroepen, ter versterking van de kwaliteit en organisatie van de lokale journalistiek. Visch: “Alles wijst erop dat regionale omroepen de hete adem van dat voorstel voelen. Terwijl zij door de streekvorming straks over 80 uitstekende samenwerkingspartners kunnen beschikken.”

De NLPO gaat met de servicedesk lokale omroepen actief ondersteunen en uitgebreid informeren over de korte termijn verleidingen waar zij zich soms voor gesteld zien in de contacten en contracten met een regionale omroep. De servicedesk combineert de organisatorische, juridische, financiële en technische expertise om eventuele voorstellen voor samenwerking vanuit meer gelijkwaardigheid en wederkerigheid in te richten.

De brancheorganisatie publiceert vandaag op haar website ook een serie ‘omgangsregels’ en wijst verder verspreid over het land contactpersonen aan die door lokale omroepen aldaar kunnen worden benaderd met vragen over nieuwe en bestaande samenwerkingsinitiatieven. De organisatie verwacht zo in een eerder stadium oneigenlijke inzet van samenwerking op te kunnen merken en hierover zo nodig aan de bel te trekken bij het ministerie van OCW die de samenwerking stimuleert met extra geld.

Uitgangspunten & contactgegevens servicedesk
Op de pagina Samenwerking met regionale omroepen staan de uitgangspunten van de NLPO voor de samenwerking tussen lokale en regionale omroepen. Daar zijn ook de contactpersonen van de servicedesk te vinden, niet alleen van de NLPO maar ook van enkele lokale / streekomroepen in het land, die je meer informatie kunnen geven of je met je vraag over samenwerking kunnen helpen.

Bron: NLPO/BM

Bericht delen