Article header image
Article header image

Opsporing Verzocht krijgt minder zendtijd

De politie is niet blij met deze plannen. Een woordvoerder van de korpsleiding zegt tegen de NOS dat vooral de lange zomerstop een groot probleem is voor de politie. “Criminaliteit stopt niet in de zomer”, aldus de woordvoerder.

Het inkorten van de uitzending van 50 naar 30 minuten noemt hij “niet ideaal”, maar daarover wil de politie volgens hem best in gesprek. “Net als over de vorm en hoe je het programma kunt vernieuwen. Maar een lange zomerstop is wel echt een probleem.” Hij laat weten dat er nog gesprekken lopen met AVROTROS en de NPO.

Vernieuwing
Volgens een woordvoerder van NPO zijn “vernieuwing en nieuwe initiatieven” redenen om in het programma te snijden. “Opsporing Verzocht blijft een prominente plek houden op NPO 1. We vernieuwen doorlopend en samen met AVROTROS willen we ook dit programma toekomstbestendig houden”, staat in een verklaring van de NPO.

In de verklaring staat verder dat de NPO denkt dat Opsporing Verzocht nog beter tot zijn recht komt om 21.30 uur, op de vaste dinsdagavond. De NPO zegt verder in gesprek te zijn met de betrokken partijen om Opsporing Verzocht “op een eigentijdse manier te blijven ondersteunen, ook op onze andere platforms”.

Tips leiden regelmatig tot arrestaties
Na een proefaflevering in oktober 1975 ging het programma pas echt van start op 15 november 1982. Eerst met maandelijkse uitzendingen, later werd het programma wekelijks uitgezonden.

In het programma vraagt de politie kijkers om informatie over zaken waaraan in de uitzending aandacht wordt besteed. Regelmatig leiden de tips die de politie hierna binnenkrijgt tot de arrestatie van een verdachte. Het programma wordt sinds 2005 gepresenteerd door Anniko van Santen. Wekelijks kijken gemiddeld ruim 1 miljoen mensen naar Opsporing Verzocht.

Bron: NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Vakvrouw Anniko van Santen

We kunnen en willen niet om het redelijk recente nieuws heen: het lintje! Anniko van Santen werd verrast met een koninklijke onderscheiding. De 49-jarige presentatrice mag zich sinds 25 augustus Ridder in de Orde van Oranje-Nassau noemen. Ze kreeg het lintje van Pieter Broertjes, de Hilversumse burgemeester, die haar als volgt complimenteerde: “Mede onder haar leiding is Opsporing Verzocht uitgegroeid tot een onmisbare schakel in rechercheonderzoeken en levert het een grote bijdrage aan het oplossen van misdrijven. Daarnaast richt Van Santen zich ook op de belangen van slachtoffers en nabestaanden en kan worden gesproken van persoonlijke bijzondere verdiensten,” aldus Broertjes. Waarvan akte.

Was je nu eens zelf ‘overvallen’ door het eerbetoon?
“Het was zo’n rare situatie! Het was de eerste uitzending van het nieuwe seizoen en er zat een ontsnapte TBS-er in het programma. We hadden de camera repetities net achter de rug, dan gaan we eten, doen aansluitend de generale en gaan live op NPO 1. In die dinerpauze zat ik met teksten te klooien en bleek die TBS-er ook nog op de fiets gezien in België, terwijl ze mij maar aan mijn hoofd zaten te zeuren dat ik wel moest eten… Lichtelijk geïrriteerd ging ik naar boven, zag in mijn ooghoek wel wat mensen in de gang scharrelen en riep: ‘Ik ben toch geen kleuter? Ik ben nu even druk, ik heb geen honger en ga zo nog wel iets eten.’ In de kantine wapperen vrolijk vlaggetjes met 15 – bij mij ging nog steeds geen lampje branden – en terwijl ik wat wil eten, zegt een collega: ‘Hé, daar komt de burgemeester aan.’ Maar heeft hij nu zijn ambtsketting om? Ineens zag ik mijn man Remco (van Leen, red) in pak staan, dat is sowieso heel gek. Toen ik ook mijn kinderen zag, dacht ik: dit is wel de setting voor een lintje. Maar mijn associatie bij zo’n onderscheiding is dat dit voor mensen is die stoppen met werken, dus dit voelde ik niet aankomen als mijn lintje, maar toen was ik al onderdeel van de speech. En was het een lintje!”

Anniko van Santen

Het is toch ook gewoon een mooi compliment voor jou als vakvrouw?
“Zeker! Dit programma is alleen groter dan de mensen die eraan meewerken, dus mijn eerste reactie was ook: Opsporing Verzocht is gebouwd op slachtoffers. Op ellende. Hier werken zo veel mensen aan mee, dus het voelde ook een beetje gênant om met die eer te gaan strijken. Achteraf heb ik alle brieven gelezen – ook Politie, Openbaar Ministerie en Slachtofferhulp zijn voor mij in de pen geklommen – en het is wel bijzonder dat mensen dit mij kennelijk gunnen. Die waardering is fijn, maar het is vooral een lintje voor het programma.”

Opsporing Verzocht is er sinds 1982 en na 38 jaar still going strong. Kun jij een verklaring geven voor het succes?
“De premisse klopt: politie zoekt crimineel. Natuurlijk weten 17 miljoen mensen meer dan 60.000 politieagenten. Het heeft te maken met je eigen gevoel van veiligheid, maar ook met ‘Och och och, wat gebeurt er toch allemaal in de wereld?’ waarbij jij als kijker – helemaal aan het eind van de keten – ook nog iets kunt doen! Elke week leg je die bal bij mensen neer. Kijkers vinden het spannend, vandaar dat je ook anoniem kunt tippen, en soms gewoon eng: ‘Wat fijn dat dit niet bij ons in de straat gebeurt.’ Mensen kijken graag naar detectives en misdaadseries, maar dit is het echte leven en juist daarom zo fascinerend.”

Strak op het format
“Ik denk dat wij het zo lang volhouden omdat we zo strak op het format zijn blijven zitten. Wij doen in feite niks anders dan Jaap van Meekren en Will Simon ooit deden. Als je ziet welke lineaire programma’s het goed doen, dan speelt dat gevoel van je moet ‘nu’ kijken mee. Kijk je een dag later naar Wie is de Mol? dan is de kans groot dat je al weet wie eruit is. Bij Opsporing Verzocht is de urgentie van die ‘live-emotie’ er ook. Het gevoel van ‘we trekken nu met een miljoen andere ‘goeien’ ten strijde tegen de ‘slechten’. Als we dit nu samen doen, dan kunnen we ze vanavond nog van straat trekken en slapen we ook weer beter…”

Hoe belangrijk is de site – met een overzicht van zaken, de opsporingslijst en de manier waarop je tips kunt geven – bij het oplossen van misdrijven?

“Heel belangrijk. We merken ook dat een week na uitzending, als we niet veel verder zijn gekomen en een zaak in herinnering roepen, nog nieuwe tips krijgen, vaak ook omdat mensen denken dat iemand anders het wel oplost. Verder is die site de enige plek waar nog niet opgeloste zaken staan. Wij zijn nooit voorloper geweest als het gaat om de site of social media. Bij ons is ook online alles super functioneel.”

Dat heeft ook te maken met de specifieke rol- en regelgeving van het Ministerie van Justitie en Politie.
“Zeker. Social media wordt weliswaar belangrijker, maar je ziet dat veel mensen toch wachten op de uitzending van dinsdagavond tot ze gaan bellen. Of tippen. Maar televisie is lang niet meer het enige instrument van ons medianetwerk.”

Oogsten
“Wij willen ook oogsten. Het is leuk en aardig dat we we in de Eredivisie op NPO1 veel kijkers trekken, maar als we geen zaak meer oplossen, dan stel je indirect het bestaansrecht ter discussie. Bruikbare tips halen we ook via social media en de site binnen, maar de redactie is niet de plek waar de zaak wordt opgelost. Toen wij met Facebook of ons YouTube-kanaal begonnen, moeten we ons ook aanpassen aan de ethische normen van de politie. Anders loop je het risico dat mensen eigen rechter gaan spelen of de verkeerde mensen aan de schandpaal worden genageld.”

Productioneel heeft de Afdeling Opsporingscommunicatie stappen gezet om het meedenken van het publiek met de politie toegankelijker te maken en het ‘minder stoffig en meer televisie’ te maken. Of heb jij daarin nog wel wensen…
“Er is echt al heel veranderd. Hoe langer je samenwerkt, hoe meer ook het impliciet vertrouwen groeit. Bij twijfel leggen we het voor. Mogen we het eens proberen? Bekijk de voormontage eens, dat verduidelijkt ons idee. Vind je het dan nog niks, dan doen we het niet. Op die basis kun je fijn samenwerken.”

Kun je daarvan een voorbeeld geven?
“Het Openbaar Ministerie cirkelt als een helikopter boven de onderzoeken en vanuit het OM is er een gezonde koudwatervrees om die grenzen op te zoeken. Dus als we de voormontage tonen, met die tekst, is het zo dan okay? Het gaat vaak om geweld. Iemand tegen zijn hoofd schoppen, is schokkend beeld. Voor kijkers én slachtoffer. Dan zegt het OM: ‘We tonen dat schoppen niet!’ Maar we overleggen dan wel waar we die beelden precies stoppen… Je hoopt dat iemand die de dader kent denkt: ‘Ik wist wel dat hij pittig kan reageren, maar dit is echt tè erg, ik ga tippen’.”

Anniko van Santen

Samenwerking
“Wij zoeken natuurlijk altijd mensen. Soms kan het juridisch beter zijn om iemand geblurred in beeld te brengen, zegt de Officier dan, want dan heeft de dader nog de kans om zich te melden. Maar dat is lastig, want dan zendt je alleen een signaal uit naar die dader (‘Hallo, je kunt je nog melden’) in plaats van naar 1,1 miljoen mensen. De kijker is ook boos met zo’n blur! Laat die man gewoon zien… Maar aan de andere kant: je kunt bij Opsporing Verzocht niet alleen in de schoenen van een tv-maker gaan staan, want het is echt een samenwerking waarin we zaken moeten uitvoeren.”

Opsporing Verzocht is het best bekeken programma in de bajes. Ervaar je dat als compliment of is het griezelig?
“Het is niet griezelig, want het is een gegeven. We krijgen ook wel tips uit die hoek, maar we weten in de studio natuurlijk niet of er vanuit een PI wordt gebeld of vanuit de huiskamer. Wij weten dat daders misschien zelf ook kijken, van dat feit zijn we ons voortdurend bewust.”

In hoeverre kan eindredacteur Van Santen presentator Anniko corrigeren? Of heb je helemaal geen last van die dubbelrol?

“Het is vrijwel ongemerkt in elkaar overgelopen, maar dat komt ook omdat ik al zo lang bij Opsporing betrokken ben. Je kunt wel goed horen welke toon ik aan het programma wil meegeven.”

Hoe is de hiërarchie op de werkvloer bij een inhoudelijk of productioneel dilemma: beslist de regisseur of de presentator / annex eindredacteur?
“Uiteindelijk ik, vooral omdat ik alle uitzendingen doe. En we met diverse regieteams werken, er is dus niet één regisseur. Vooraf koppen we al veel heen en weer. Er is geen armpje-druk-wedstrijd meer op de uitzenddag. Ik hoor mezelf wel regelmatig zeggen: ‘Ja, maar zo doen we dat dus niet!’ Dat is vaak een onderbuikgevoel. Het kan visueel fantastisch zijn om een slachtoffer op een megascherm te tonen, maar als ik daar dan als presentator vlak voor sta, voelt het niet okay. Er komt toch een dode over mijn schouder de huiskamer binnen. Stel dat zij mijn moeder was, zou ik dit dan een fijn shot vinden? Die afweging maak ik. Verder werken we met een hecht team, dus bepaalde zaken toets ik met de kern en dan hakken we zo’n knoop door.”

Drukt het stempel van die dubbelfunctie zwaar op jou of wil je niet meer anders?
“Het is een zware functie, maar ik geloof ook dat ik het zo langzamerhand niet meer anders zou willen. Een tijd terug had ik een flinke oogontsteking. Toen presenteerde Jaap Jongbloed, terwijl ik wel eindregie deed. Toch merkte ik dat ik onbewust ‘lakser’ werd: als ik zelf op de vloer sta, weet ik precies of het intro lekker loopt of ik nog een woordje aanpas. En of we iets in de volgorde van items schuiven. Zolang er niemand aan de bel trekt, ben ik misschien de enige die zich aan dat woord stoort, dus… laat maar. Ik weet ook niet of ik het nog leuk zou vinden om ‘alleen maar’ te presenteren. Dat komt ook omdat Opsporing een optelsom is van een puzzel die we de hele week consciëntieus in elkaar zetten, waarbij ik zelf dat laatste puntje op de i kan zetten.”

Schets eens hoe een werkweek OV eruit ziet?
“De bulk begint op de donderdag met de redactievergadering waarin we de line up voor dinsdag bepalen. De dagen hiervoor is er al overleg geweest over zaken. Door corona hebben we de workflow moeten omgooien. Waar we voorheen drie grote zaken met vaak reconstructies draaiden, hebben we nu meer kleinere zaken en interviews op afstand omdat we het nu anders in beeld moeten brengen. We zijn dus nog meer afhankelijk van bewakingsbeelden. Het belteam zit nu ook niet meer in de studio. Die anderhalve meter kunnen we wel waarborgen, maar we willen en mogen niet kritiek politiewerk in gevaar brengen puur voor een ‘plaatje’. De politie is leidend in urgentie van zaken, wij zijn verantwoordelijk voor het productieproces, maar denken wel mee over de combinatie van zaken. Een uitzending met alleen maar bivakmutsdaders is gewoon niet fijn kijken en minder kijkers betekent ook minder potentiële tipgevers. Vrijdag is een schrijfdag voor mij. En de doorloop van wat er in de montage binnenkomt.”

Jij bekijkt als eindredacteur dus ook je eigen montage- en presentatieteksten?
“Hmm ja. Ik ben geen eindredacteur geworden omdat ik zo graag wilde managen, maar omdat ik helemaal ‘in het programma’ zit. Als je bij mij dat schrijfdeel weghaalt, zou ik subiet stoppen. Ik haal de lol uit de inhoud. Bijsturen. Soms een rustpunt-item met een slachtoffer interview, dan weer wat meer pit toevoegen.”

Benutten jullie het weekend nog om door te produceren?
“Af en toe monteren we dan nog wel en de politie kijkt filmpjes via beveiligde linkjes na. Maandag is eindmontage en dinsdag camera repetitie en laatste puntjes op de i, voordat we ‘s avonds live gaan.”

Sinds 2019 is ook online platform Slachtofferhulp Nederland aan Opsporing Verzocht verbonden. Mede op jouw initiatief toch?
“Die samenwerking is ontstaan omdat ik de behoefte voel om slachtoffers sterkte te wensen. Van kijkers hoor ik vaak: ‘Ik vind het zo erg en baal ervan dat ik geen tip kan geven.’ Dat is een rotgevoel. Je kunt niets met die emoties. Een berichtje voor het slachtoffer geeft jou het gevoel dat je meeleeft, maar dat is natuurlijk niet onze core-business. Politie wil slachtoffers wel helpen, maar vooral tijd stoppen in zaken oplossen. Bij het OM zei iemand: ‘Dit is écht iets voor Slachtofferhulp.’ Uiteindelijk is het ons doel om criminelen op te pakken, maar iets meer oog voor de emotionele kant – of nazorg – sluit mooi aan. Je kunt focussen op hoe ‘eng’ het is, maar dit programma gaat ook om medeleven en voor elkaar zorgen.”

Spar jij nog wel eens met Frits Sissing, jouw voorganger, over inhoud, toon en vorm?
“Frits doet nu leuke andere dingen, maar blijft een goede programmamaker en is als ex-marketeer een enorme ‘merken’-man. Soms onthoud je één zo’n karakteristiek zinnetje. Frits zei: Opsporing Verzocht is Douwe Egberts koffie. Gewoon een A-merk. Dat is fijn omdat het klopt en meteen ook een soort identiteit verschaft: het geeft richting én verantwoordelijkheidsgevoel.”

Waar ben jij trots op?
“Op ons team, dat altijd tot ‘het gaatje’ gaat. Soms is er een cruciale ontwikkeling in een zaak, waarbij iemand vraagt: ‘Kan dat over twee uur in de uitzending?’ Dan is het antwoord altijd ‘ja’. Achteraf zitten we dan bij elkaar en concluderen: eigenlijk was het gewoon te veel en amper haalbaar. Maar ja, als het beter is voor het programma… dan lukt het altijd.”

Die uitzenddag is voor jou ook een marathon…
“Die dinsdag is een achterlijk lange dag, want ik begin ‘s ochtends eerst gewoon op kantoor, dan vanaf 15.00 uur repetities en de uitzending is pas ‘s avonds laat. En live! Maar na afloop is alle ellende weer vergeten en was het die inspanning waard. Er zit een soort DNA in de makers, iedereen werkt ‘door’ en valt dan om. Ik ben er trots op dat het programma, ook in tempo, met de tijd is meegegroeid, waarbij we ook nog jongere kijkers trekken. En dat we peper in onze reet blijven steken… want we willen altijd beter.”

Doe jij dat bij jezelf of doen collega’s dat?
“Ook zelf wel. Zo vind ik het, na al die jaren, nog steeds vreselijk om mezelf terug te zien. Dat is de beste peper die er is… ‘Heel stom Van Santen dat je dit zo deed!’ Ik doe nu wat vaker zelf Slachtoffer-interviews, ook omdat ik zo terugkeer naar de kern: waarom maak ik dit programma?”

Anniko van Santen

Kijken je kinderen mee?
“Nee, ze zijn nu 17 en 19.” Lachend: “Zij hopen dat ik gewoon weer eens een programma over dieren of de natuur ga maken.”

Is de zingeving van ouderschap juist een reden – en jouw drijfveer – om zo’n relevant programma te willen blijven maken?
“Ik maak wel eens de afweging: is er een programma dat ik liever zou doen? Natuurlijk zou ik nog wel eens voor WNF naar bijzondere natuurgebieden willen afreizen, maar als je kijkt naar een programma wat écht impact heeft, dan heeft Opsporing dat. En dat vind ik fijn.”

Hoe conservatief ook: ouder worden op televisie is voor vrouwen ‘anders’ dan voor mannen, want vrouwen worden nog altijd meer op hun uiterlijk beoordeeld. Ben jij daarmee bezig?
“Volgens mij ligt dat bij Opsporing iets genuanceerder. Natuurlijk, je bent belangrijk als presentator, maar het draait niet om jou. In het algemeen wordt het ‘nut van de vrouw als presentator’ meer aan het uiterlijk afgelezen dan bij een man. Ik lees Twitter omdat ik moet weten wat mensen van het programma vinden, maar als ik daar lees: ‘Jezus, ze is wel dik geworden zeg,’ dan raakt me dat wel.”

Wat doe jij op 19 april 2021? Of kan ik dat beter aan Remco van Leen vragen?
“Ha ha. Ik had me ooit voorgenomen om dan de marathon van Boston te lopen, maar dat gaat me niet meer lukken. Vijftig worden is geen groot ding. Gelukkig schatten de meeste mensen mij jonger, maar ik vind ouder worden niet leuk.”

Is het bereiken van die leeftijd en 15 jaar zo nauw betrokken zijn bij een programma een logisch kantelpunt om weer eens wat anders te gaan doen bij AVROTROS – of een andere omroep – of is die focus juist zo prettig?
“Tot nu toe zijn zaken vrij organisch gegaan. Pas als je ‘klaar’ bent met dingen, zie je ook weer nieuwe dingen. Ik zit bij Opsporing heerlijk in mijn tunneltje en ik zie die andere dingen dus ook helemaal niet. Ik weet dat ik veel verschillende dingen leuk vind, dus ik maak me niet zo’n zorgen. Tijdens evaluaties hoor ik dat het fantastisch gaat en dat mensen zich het programma zonder mij niet meer kunnen voorstellen. Nou, dan gaan we toch vrolijk verder! Ik ben nooit zo’n carrièreplanner geweest.”

Laat ik het anders vragen: had jij toen je 20 of 30 was gedacht dat je op je vijftigste nog steeds als presentator op NPO1 te zien zou zijn…
“Nee, absoluut niet. Ik houd van hard leven, van hard werken. Ik doe niet iets op zestig procent, zo van: ik bewaar nog wat energie voor als ik tachtig ben… Als ik morgen omval, heb ik echt een topleven gehad. Ook met diepe dalen, maar ik ben op droomplekken geweest. Ik houd ervan om in ‘zijn vijf’ te leven, je doet dingen met heel je hart. Of niet. Dan moet je als de sodemieter ophouden en iets anders zoeken. Ik hou niet van zesjes: het is een nul of een tien, daar zit niks tussen.”

Dat lijkt me een mooie afsluiter. Of wil je nog iets kwijt?
“Ja! Opsporing Verzocht is uniek omdat mensen meedenken. Het vertrouwen in de politie en de bereidheid om te tippen is bijzonder. Dat lintje is dus ook voor onze kijkers.”

Bron: BM/Erik Klap

Bericht delen
Article header image
Article header image

Anniko van Santen ontvangt Koninklijke onderscheiding

Hij roemde haar voor haar inzet bij het opsporen van verdachten en de aandacht die ze daarbij heeft voor de slachtoffers. Het is een jubileumjaar voor Van Santen; precies vijftien jaar geleden presenteerde zij voor het eerst Opsporing Verzocht. Sinds 2014 is ze ook de eindredacteur van het AVROTROS-programma.

Anniko van Santen reageert verheugd op haar onderscheiding: “Ik ben ontzettend vereerd. Ik sta hier niet voor mezelf, maar voor alle slachtoffers en nabestaanden die ons hun vertrouwen geven en elke week op ons rekenen.”

Opsporing Verzocht, het nationale opsporingsprogramma, bestaat al sinds 1982 en heeft als doel de samenleving veiliger te maken. Maar liefst 40 procent van de zaken die in het programma te zien zijn, worden opgelost. Dat is ongeveer 15 procent hoger dan wanneer de politie en het Openbaar Ministerie het zonder de hulp van de kijkers moet doen.

Opsporing Verzocht is elke dinsdag om 20.30 uur te zien bij AVROTROS op NPO 1.

Bron: AVROTROS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Opsporing Verzocht werkt samen met Slachtofferhulp Nederland

De vaak aangrijpende verhalen van slachtoffers of bewakingsbeelden roepen naast tips, echter vaak ook emotionele reacties bij kijkers op. Daarom gaat het nationale opsporingsprogramma van AVROTROS vanaf de start van het komende seizoen op dinsdag 27 augustus een samenwerking aan met Slachtofferhulp Nederland.

De kijkers van Opsporing Verzocht bepalen het succes van het programma; wekelijks worden er met behulp van hun tips belangrijke politiezaken opgelost. Presentator en eindredacteur Anniko van Santen vindt de samenwerking met Slachtofferhulp Nederland daarom erg belangrijk: “We hebben als programmamakers van de publieke omroep een belangrijke maatschappelijke verantwoordelijkheid. We confronteren mensen met verhalen en gebeurtenissen waar ze soms boos, bang of verdrietig van worden, zeker als ze zelf ooit iets vergelijkbaars hebben meegemaakt. Iedereen weet dat we dat doen met een doel: tips binnenhalen die de Nationale Politie en Justitie helpen bij het oplossen van die ellende. Toch leefde al langer bij ons de zorg om die emotionele impact, net als bij onze partners van politie en OM. Wij missen echter de expertise om dat professioneel te begeleiden. Ik ben heel blij dat Slachtofferhulp Nederland die rol op zich wil nemen.”

Slachtofferhulp Nederland helpt na misdrijven, verkeersongevallen, rampen en calamiteiten. Met emotionele steun, ondersteuning in een strafproces en met het vergoed krijgen van geleden schade. Opsporing Verzocht verwijst vanaf dit seizoen zowel op televisie als online regelmatig naar de organisatie. Medewerkers van Slachtofferhulp Nederland kunnen kijkers bijvoorbeeld emotionele en praktische hulp bieden. Daarnaast worden mensen die meewerken aan een reconstructie geattendeerd op de diensten van de organisatie.

Opsporing Verzocht is vanaf dinsdag 27 augustus te zien om 20.30 uur bij AVROTROS op NPO 1.

Bron: AVROTROS/BM

Bericht delen