Article header image
Article header image

BMY Podcast met Jeroen Wollaars

Na een opleiding te hebben gevolgd voor het bouwen van communicatiesystemen, werd Jeroen Wollaars op zijn 25ste levensjaar journalist. Dit deed hij eerst vijf jaar bij AT5, als verslaggever. Vervolgens werkte hij 16,5 jaar bij de NOS, als redacteur op de binnenlandredactie, als verslaggever voor het NOS Journaal en meer dan vier jaar als correspondent in Duitsland.

Jeroen Wollaars

In 2018 werd Jeroen anchor bij Nieuwsuur en in 2021 won hij daar, voor een interview dat hij met Wopke Hoekstra had, de Sonja Barend Award voor het beste tv interview van dat jaar.

Hoe bereidt Jeroen – samen met zijn redactie – een interview voor? Hoe objectief kun je, als journalist van een taakomroep, eigenlijk zijn? Waarom lijken we als Nederlanders onevenredig weinig geïnteresseerd in Duitsland, ondanks de enorme handelsrelaties? En welk advies heeft Jeroen voor jonge journalisten? De antwoorden van Jeroen Wollaars op onder andere deze vragen hoor je in de BMY Podcast van deze week.

De BMY Podcast is ook beschikbaar op Soundcloud en de Apple podcast app.

Bron: BMY

Bericht delen
Article header image
Article header image

Donderdag laatste uitzending met Gerrit Hiemstra

Hiemstra heeft bijna 25 jaar voor de NOS gewerkt en maakte in mei bekend dat hij ging stoppen. Hij wil zich met een nieuw bedrijf toeleggen op klimaatneutraal en biobased bouwen. Hij wordt opgevolgd door Roosmarijn Knol. Bij wijze van afscheidscadeau kreeg Hiemstra – op initiatief van het NOS-weerteam en het KNMI – een storm naar zich vernoemd.

Bron: NOS/BM
Foto: Cheeseworks/Omrop Fryslân

Bericht delen
Article header image
Article header image

Winfried Baijens maakt serie over Groningse gaswinning

Eerder maakte hij de serie Het water komt, over de impact van de watersnoodramp op Zeeland. Baijens meldt het volgende: “De watersnood was een acute ramp, maar Groningen heeft te maken met een ramp in slow motion. De gaswinning uiteraard, maar de aardbevingen zijn zeker niet het enige dat die provincie is overkomen.”

“Het westen heeft altijd geprofiteerd van die regio, maar daarvoor nauwelijks waardering teruggegeven. Groningen bleef toch maar een achtergesteld gebied. Heel herkenbaar voor mij als Zeeuws-Vlaming. Wij waren altijd die andere uithoek.”

Baijens wil een zo volledig mogelijk beeld schetsen van de verhouding tussen Groningen en de rest van Nederland: “In de nieuwe reeks gaan we dus verder terug in de geschiedenis dan de gaswinning. Ik ben er veel geweest en ga er in het najaar zelfs een tijdje wonen.”

De NTR-serie over de Groningse gaswinning heeft nog geen titel en zal vanaf januari volgend jaar te zien zijn. Maker Winfried Baijens is onder meer bekend als presentator van het NOS Journaal en het NOS Radio 1 Journaal.

Bron: Het Parool/Televizier/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Gerrit Hiemstra stopt als weerman bij de NOS

“Ik heb veel gesproken over klimaatverandering”, vertelt de 61-jarige Hiemstra. “Nu wil ik er echt iets aan gaan doen.” De meteoroloog wil zich richten op klimaatneutraal en biobased bouwen.

Hiemstra studeerde in 1986 af aan de Universiteit van Wageningen. Als jonge meteoroloog begon hij bij Meteo Consult en werkte hij voor de landbouwsector. Later trad hij in dienst bij het KNMI. Sinds 1998 verzorgde Hiemstra de weerberichten bij de NOS. Eerst viel hij daar in voor vaste krachten zoals Erwin Kroll. Later werd hij zelf het vaste gezicht. In september presenteert Hiemstra zijn laatste weersverwachting. De NOS zoekt intussen nog naar een opvolger.

Hoofdredacteur NOS Nieuws Giselle van Cann: “Gerrit is voor de kijker een vaste waarde geworden die zonder opsmuk het weer brengt in het NOS Journaal, en die de laatste jaren ook online en op sociale media met zijn kennis over het klimaat een snaar weet te raken bij een nieuwe generatie. We gaan Gerrit en zijn vakmanschap ontzettend missen.”

Bron: NOS/Nu.nl/BM
Foto: Cheeseworks/Omrop Fryslân

Bericht delen
Article header image
Article header image

Afke Boven: Thuis bij de NOS

Eerlijk is eerlijk: voor dit interview deed ik mijn huiswerk niet. En vragen naar Afkes achtergrond deed ik voor de vorm. Desinteresse? Integendeel. Afke is een van mijn beste vriendinnen. Op de School voor Journalistiek in Zwolle, waar ik haar in 1999 leerde kennen, spróng ze bijna voor de camera. In die uitzendingen, die we maakten voor anderhalve man en een paardenkop, was ze zichzelf. Helemaal zichzelf. En dat is nu – voor een íets groter publiek – niet anders. “Als er ruimte is voor lucht, neem ik die ruimte.”

Haar studententijd was levensveranderend (om maar niet ‘life changing’ te willen schrijven). “Ik bracht mijn jeugd door op Ameland en het eiland was mijn referentiekader.” In de zomer wordt het Waddeneiland overspoeld door toeristen, dus een toerisme-opleiding lag voor de hand. “Ik verhuisde naar een studentenkamer in Breda en ging vol goede moed van start, maar al na twee weken werd ik gillend gek. Dat ik de verkeerde keuze had gemaakt, voelde ik in elke vezel van mijn lijf.”

Ze gooide niet metéén de handdoek in de ring, maar een wintergriepje hield haar even thuis en deed haar opleiding uiteindelijk de das om. “Voor het eerst in mijn jonge leven voelde ik dat ik een beslissing nam die mijn leven grotendeels zou bepalen. Mijn wereld stond op z’n kop.”

Nee heb je, ja kun je krijgen
In de weken daarna viel een stortvloed aan opleidingsfolders door haar brievenbus: van Logopedie tot Filmacademie en alles ertussenin. “Ik vond het allemaal niks, en gooide de brochures stuk voor stuk in de papierbak. De allerlaatste die ik las, was die van Journalistiek, in Zwolle.”

Ik schiet in de lach en vraag haar of ze dit verhaal romantiseert. “Néé! Mijn moeder slaakte een zucht van opluchting toen ik haar vertelde dat ik enthousiast was over een studie.” En die studie stelde niet teleur. “Het was alles wat ik ervan verwacht had. Soms moet je echt je gevoel volgen, want als dat zo de boventoon voert, kun je daar meestal van op aan. Een les die ik al snel leerde: nee heb je, ja kun je krijgen. Ik vond het fantastisch om te merken dat op allerlei fronten deuren opengingen door een telefoontje te plegen. Dat ik stappen kon zetten door simpelweg mijn voet naar voren te zetten. Ameland was altijd een fijne cocon waarin ik heel goed zat, maar opeens bleek er zoveel meer te zijn.”

“Ameland was altijd een
fijne cocon waarin ik heel
goed zat, maar opeens
bleek er zoveel meer te zijn”

Afke liep stage bij TROS Vermist en bij RTL Boulevard. Ik herinner mij dat de keuze voor laatstgenoemde door docenten niet met een staande ovatie werd ontvangen, want “dat was geen journalistiek”. Maar haar eindredacteur bij de TROS moedigde haar juist aan. “Ze brengen weliswaar showbizznieuws, maar je krijgt de kans om mee te werken aan een dagelijks liveprogramma. Tijdens mijn studie werd ik in een box gezet en RTL Boulevard haalde mij daar weer uit. Er werd gevraagd om de gevestigde ‘wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe’-regel los te laten, te spelen met taal en tv te maken met de doelgroep voor ogen. Hartstikke leerzaam.”

Op zoek naar werkervaring én geld om haar huur te betalen, greep ze na haar studie alles aan wat voorbijkwam. De lijst is lang: van gesponsorde tv-programma’s voor RTL tot een docusoap over pastoors voor de KRO. Later, als freelancer, schreef ze ook stukken, onder andere voor het Dagblad van het Noorden. “Door mijzelf in de loop der jaren te blijven ontwikkelen en keuzes te maken, kwam ik vanzelf in een trechter terecht en uiteindelijk bij de baan waar ik heel gelukkig van word.”

Omrop Fryslân
Ze woonde op Ameland, in Leeuwarden, Breda, Zwolle, Utrecht, Amsterdam en verhuisde voor de liefde naar Drenthe. Na een tussenstop in Hoogeveen streek Afke neer in een pittoresk Drents brinkdorp. De Friese taal is zij nog altijd machtig, dus dat was geen belemmering toen zij tien jaar geleden aan de slag ging bij Omrop Fryslân. “Ze belden: we zien dat je freelancer bent, wij zoeken iemand om mee te denken over het format van een nieuwe talkshow.”

Ooit liep ze er een week stage, en ze waren haar niet vergeten. Het format werd fijngeslepen en Afke bleef, als redacteur. “Het bekende voordeel van de regionale omroep is dat je alles zelf kunt doen. Radio, tv, schrijven voor online, social media, álles. Ik vloog voor de Omrop zelfs naar Nashville om mijn idee waar te maken: ‘Niet dromen, maar doen’, een documentaire over de super succesvolle populaire Friese producer/songwriter Femke Weidema.”

Wat Afke diep vanbinnen wilde, verslag doen of een programma presenteren, durfde zij niet hardop te zeggen. “Ik was bang dat mensen zouden denken: daar heb je weer zo’n meisje dat zo nodig voor de camera wil staan om beroemd te worden. Dat was het niet, en dat is het nog steeds niet. Ik ben een verhalenverteller en maak het verhaal graag zelf af. Het gebeurde dat ik een item tot in de puntjes voorbereidde en achter de schermen zag hoe de presentator een vraag níet stelde. Dat vond ik dan zó jammer. Stel die vraag! Dan gaat het verhaal een andere kant op. Kijkers wisten niet wat ze misten, maar ík wel.”

“Toen ik vorig jaar presentator
bij de NOS werd, heb ik haar
een fles wijn gestuurd”

En toen was daar Jacqueline, eindredacteur bij Omrop Fryslân. “Zei vroeg aan mij wat ik het allerliefst zou willen doen. Ik antwoordde dat ik het één keer ging zeggen, alleen maar tegen haar en daarna nooit meer. Twee weken later was ik live verslaggever en niet lang daarna maakte ik mijn presentatiedebuut. Jacqueline heeft in mijn carrière een sleutelrol gespeeld. Een goede eindredacteur weet het beste uit mensen te halen. Toen ik vorig jaar presentator bij de NOS werd, heb ik haar een fles wijn gestuurd.”

Poging wagen
Voordat Afke startte als NOS Journaal-presentator, maakte zij een tussenstop als eindredacteur van het regionale nieuws bij de NOS. “Ik was toe aan iets anders. Als ik ergens een plafond bereik, wil ik verder. Sommige mensen noemen het onrust, anderen ambitie. Toch viel de beslissing om te stoppen bij Omrop Fryslân mij zwaar, want daarmee nam ik ook afscheid van de rol waar ik zo van houd, die van verslaggever en presentator.”

Afke ging ervan uit dat ze door haar overstap naar de NOS nooit meer voor de camera zou verschijnen. “In het najaar van 2021 was ik gefocust op mijn afscheid bij Omrop Fryslân en stonden mijn werkzaamheden in Hilversum op een laag pitje. Ook mijn inbox hield ik niet scherp in de gaten. Een collega attendeerde mij op een bericht dat volledig aan mij voorbijgegaan was: het Journaal was op zoek naar een nieuwe presentator en organiseerde een open screentest. Of dat niets voor mij was? Je moet af en toe mazzel hebben – en lieve collega’s. Ik had een mooie baan als eindredacteur en maakte mij geen enkele illusie, maar ik kon mijzelf niet in de spiegel aankijken als ik geen poging zou wagen.”

38 anderen waagden dezelfde poging, dus toen voormalig hoofdredacteur Marcel Gelauff haar belde over de voortgang van de screentests dacht Afke: “Maak er nou niet zo’n verhaal van! Zeg gewoon dat ik het niet word, even goede vrienden.” Ze was met stomheid geslagen toen hij vertelde dat ze graag met haar door wilden als presentator. “‘Wat?’ Dat was alles wat ik kon uitbrengen.”

Afke Boven

Tweede huiskamer
Op dinsdagmiddag 1 maart 2022, een paar dagen nadat de oorlog in Oekraïne uitbrak, presenteerde Afke haar allereerste NOS Journaal. En op een of andere manier vond ik dat een heel vanzelfsprekend beeld. Het was allesbehalve komkommertijd, de wereld stond in brand, dus ze moest meteen vol aan de bak: heftige verhalen, extra lange uitzendingen en kruisgesprekken met correspondenten.

“Voor een nuchtere Fries was ik te zenuwachtig naar mijn zin. Van tevoren dacht ik koelbloedig: ik doe gewoon wat ik altijd bij Omrop Fryslân deed. Daar voelde ik mij zó op mijn gemak voor de camera. Maar eenmaal live realiseerde mij heel goed waar ik stond. Wat wil de NOS, wat verwacht de kijker, wat wil ik van mezelf? Ik was met zoveel aspecten bezig. Na de uitzending hoopte ik vooral dat ze niet zouden twijfelen aan hun keuze voor mij.” De feedback was echter kraakhelder: maak je niet druk, we hebben jou gekozen om wie je bent. “Ik liet het los en sindsdien ben ik heel ontspannen. De studio is inmiddels mijn tweede huiskamer, een plek waar ik mij fijn voel.”

“De studio is inmiddels
mijn tweede huiskamer,
een plek waar ik mij fijn voel”

Haar stijl is onmiskenbaar los en vrolijk, als de uitzending of het onderwerp dat toelaat. Wat niet wegneemt dat zij een grote verantwoordelijkheid voelt. “De totstandkoming van een uitzending hangt van schakels aan elkaar en geen schakel is onmisbaar. Iedereen werkt knetterhard om samen een goede uitzending te maken, ik mag het niet verklooien als het erop aankomt.”

Dus als er een keer iets misgaat, live op tv, breekt het angstzweet haar natuurlijk uit. “Nee! De leukste uitzendingen vind ik de uitzendingen die niet volgens het draaiboek verlopen. De allereerste keer dat ik live verslag deed voor Omrop Fryslân was op Prinsjesdag. Studenten Bestuurskunde zouden hun visie geven op de Miljoenennota, maar zagen door de bomen het bos niet meer. Ik heb het gesprek in korte tijd met hen voorbereid. Dat gaf een goed gevoel: ik kan dit – ook onder tijdsdruk – fiksen. Het werden twenty seconds of fame: de accu van de camera was leeg. ‘Hé, Afke is weg’, hoorde ik in mijn oortje.”

Tot overmaat van ramp bleek dat ze opgesloten waren in het provinciehuis en de beheerder zat met een bord aardappelen en sperziebonen voor de televisie. “Collega’s vonden het zielig voor mij, maar het gevoel dat ik eraan overhield was: wat er ook gebeurt, ik red mij wel. Als journalist, als presentator.”

Aangrijpend
Een doorsnee Journaaluitzending is geen goed nieuwsshow en af en toe afstand nemen van alle ellende zit er voor de presentator niet in. Ondanks de vaak heftige onderwerpen doet het haar journalistieke hart goed om bovenop en middenin het nieuws te zitten.

“Ik kan iedereen aanraden om ervaring op te doen bij een regionale omroep, maar voor mij was er één minpunt: een nieuwsuitzending gaat daar, logischerwijs, uitsluitend over de regio. Op het moment dat er een aanslag wordt gepleegd op een tram in Utrecht en heel Nederland is in rep en roer, brachten wij – ik chargeer – de opening van een fietspad. Ik heb wel soms zorgen door alles wat ik zie. De oorlog in Oekraïne, de stikstofproblematiek, politieke partijen die lijnrecht tegenover elkaar staan. Vers in het geheugen is de aardbeving in Turkije. De pasgeboren baby die onder het puin vandaan werd gehaald. Of dichter bij huis: de toeslagenaffaire. Het komt voor dat ik tijdens een reportage mijn tranen moet wegslikken of de beelden in stilte boos becommentarieer.”

Kijkers op de hoogte brengen van het nieuws is in elk geval íets wat Afke kan bijdragen. “Ik zou willen dat ik bij machte was om meer voor de wereld te betekenen, maar ik ben geen arts of miljonair. Het enige wat ik kan doen, is zo goed mogelijk vertellen wat er speelt, zodat mensen thuis hun eigen mening kunnen vormen.”

Bij een presentatiedienst op dinsdag presenteert Afke naast de reguliere uitzendingen ook het NOS Nieuws van de Week: een journaal van tien minuten in makkelijke taal, in het leven geroepen voor laaggeletterden. “Ik weet tegen wie ik op dat moment praat en dat geeft mij veel voldoening.”

Friese tongval
Nu we het toch over taal hebben: ja, Afke praat met een ‘Frysk aksint’ en misschien ben ik bevooroordeeld, maar dat vind ik verfrissend en in het kader van de diversiteit een heel welkome aanvulling op het presentatieteam van de NOS. Maar die Friese tongval is óók onderwerp van kritiek van kijkers. Vooral twitteraars nemen niet bepaald een blad voor de mond.

“Ik kijk niet meer op Twitter,
echt niet. Daar wordt mijn
leven een stuk leuker van”

“Mijn collega-presentatoren, een fijne groep mensen die elkaar helpt en van advies voorziet, waarschuwden nog: kijk niet op Twitter, want daar word je niet gelukkig van. Maar mijn nieuwsgierigheid won. Waarom loopt ze op hoge hakken, die blouse staat voor geen meter en er is inderdaad vooral een heleboel commentaar op mijn accent. Je kunt je ergeren aan hoe iemand praat, dat is helemaal oké. Maar bepalen dat een Fries, Brabants of Limburgs accent niet de standaard is en dat het niet op de nationale tv thuishoort, vind ik ontzettend kortzichtig en arrogant.”

Ook ik kon mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en tikte haar naam achter een hashtag. Gelukkig vond ik ook veel tweets van mensen die Afke een veer in haar kont steken, maar zoals dat werkt: de kritiek blijft hangen. “Ik kijk niet meer op Twitter, echt niet. Daar wordt mijn leven een stuk leuker van.”

Tussen de mensen
Het geheim van een goede presentator is volgens haar helemaal jezelf kunnen zijn voor de camera. “Zonder eigenwijs te willen klinken: in mijn optiek is een goede presentator iemand die zichzelf vergeet. Dan ben je op je allerbest. Als je de rol van presentator spéélt, voelt het publiek dat meteen.”

Afke voelt zich thuis bij de NOS en heeft een baan waarvan ze niet durfde te dromen, maar wat als het door haar gevreesde plafond weer in zicht komt? Het Achtuurjournaal is het vlaggenschip van de NOS en dat wil ze nog weleens presenteren, maar heeft ze nog meer te wensen over? “De NOS doet ook verslag van grote evenementen en ik kan mij voorstellen dat ik daar in de toekomst aan meewerk. Buiten, tussen de mensen. Er is een tijd geweest dat de NOS werd gezien als een ivoren toren. Dat beeld help ik graag om zeep. Dan trek ik mijn lieslaarzen aan en ga ik eropuit. Naar een schelpenbank bij Ameland, om maar iets te noemen.”

Bron: BM/Marloes Levie
Foto’s: NOS

Bericht delen
Article header image
Article header image

Amber Brantsen: “Alles was altijd nieuws-nieuws-nieuws”

1. Max Verstappen of Susie Wolff?
“Haha! Ja, dan moet ik toch wel Max zeggen. Ik heb hem inmiddels een aantal keer gesproken en we hebben een goede klik. Susie heb ik nooit ontmoet. Zij weet niet eens dat ik besta. Mijn partner en ik hebben wel ons dochtertje naar haar vernoemd. Susie is als een groot voorbeeld voor vrouwelijke coureurs in de autosport. Maar qua sportieve prestaties zit ze niet op het niveau van Verstappen, nog lang niet.”

2. Hoe groot is de rol van Formule 1 in jouw leven?
“Dat is een moeilijke. Want als ik het een hobby noem, lijkt het net als ik aan het hobbyen ben bij Viaplay. Ik volg de Formule 1 nu een jaar of tien, en dat begon zeker als hobby. Bij de NOS mocht ik op een gegeven moment een podcast erover maken, toen werd het meer een ding voor erbij. Inmiddels is het echt werk. Het is een feestje om het over de sport te hebben. Maar als ik er niks mee had – of er niks van wist – dan zou ik deze baan niet hebben aangenomen. Het is een moeilijke, technische sport om te begrijpen. Om daar zo even in te stappen, had ik niet aangedurfd. Gelukkig hoef ik als presentator ook niet alles te weten, het is een luxe om lekker vragen te stellen aan de analisten. Ik moet vooral nieuwsgierig zijn.”

Amber Brantsen

3. Je zit nu anderhalf jaar bij Viaplay, een nieuwe partij in het Nederlandse medialandschap. Hoe is het daar?
“Ik vind het heel leuk. Beetje cliché, maar het is een enorme rollercoaster, want alles is nieuw. Viaplay is in Scandinavië heel groot, maar in Nederland niet. Het bedrijf kwam hier binnen, nam de sportrechten over en dan moet je er als team ineens staan. Ik kwam vanuit het nieuws en had nog nooit een sportprogramma gedaan. Ik was gewend alles op de autocue te doen, wat een goede leerschool was, maar nu had ik opeens tafelgasten. Ik presenteerde het nieuws, maar had geen idee hoe je in hemelsnaam moest nabeschouwen! Dat was best confronterend. Maar ook iets waar ik naar op zoek was: de spanning, de groei, het gewoon gaan. Ik had tegelijk de hoogste verwachtingen. Ik legde de lat ook altijd het hoogst, want ik ben gewoon heel erg kritisch en vind het niet gauw goed genoeg. Het vraagt veel energie elke keer weer feedback te vragen en ontvangen. Dat is intens, maar goed en vooral ook nodig.”

“Het helpt dat ik nooit
écht Max-fan ben geweest”

4. Hoe bereid je je voor op een F1-weekend?
“Dat doe ik samen met de redactie die het grootste deel van de week aanwezig is in Hilversum. Ik werk veel vanuit huis. Tussendoor heb ik nauw contact met de eindredactie en voornamelijk met één redacteur. Die laatste stuurt mij het overzicht van het laatste Formule 1-nieuws. Vrijdag hebben we dan het programma Shakedown, dat is de opwarmer voor het weekend. Zondag, de racedag, is de langste dag van een F1-weekend. We blikken dan op de race vooruit, kijken de wedstrijd met de analisten en overleggen met hen welke fragmenten terug te halen. Veel kan worden voorbereid, maar er gebeurt ook nog een hoop tijdens het weekend. Dat is ook de fun van sport. Het is zo onvoorspelbaar dat je ook niet te veel kunt voorbereiden. We weten vaak aan het begin van de dag nog niet wat we op het eind precies maken.”

5. Kun jij nog volledig objectief naar de prestaties van Verstappen kijken?
“Dat denk ik wel. Het helpt ook dat ik nooit écht Max-fan ben geweest. Ik ben veel meer Formule 1-fan. Ik hou van de sport. Ik kan ook heel blij zijn als bijvoorbeeld Hamilton een geweldige actie maakt waar Max nadeel van ondervindt. Juist omdat het soms zo mooi is om te zien. Afgelopen seizoen was Verstappen natuurlijk oppermachtig, maar ik zou het oprecht leuker vinden als het veld dichter bij elkaar komt. Ik zit er voor de sport. Als een andere coureur verdiend het wereldkampioenschap pakt, zeg ik: geweldig, graag, leuk!”

6. Waarin lijkt het presenteren van een F1-programma op het presenteren van het Achtuurjournaal?
“Het is allebei het vertellen van verhalen en het begrijpelijk maken van soms ingewikkelde materie. Daar kan best emotie bij komen kijken. Dat is bij nieuws echt niet anders dan bij sport. Maar ik heb bij Viaplay wel een andere rol. Ik ben nu veel meer gastvrouw en gespreksleider dan bij het NOS Journaal. Daar heb je, afgezien van verslaggevers en correspondenten, geen gasten. Dat is veel meer gekaderd. In een sportuitzending ben je per definitie vrijer, ook omdat het hele verloop onvoorspelbaar is. Het leuke van sport is ook dat je successen mag vieren. Het moeilijkste moment vond ik tijdens het afgelopen seizoen de crash van de Chinese coureur Zhou in de Engelse Grand Prix. Dat zag er gewoon niet goed uit. Ik dacht even: gaan we hier verslag doen van een overleden coureur? Dat moment kwam het dichtst in de buurt bij het presenteren van het nieuws. Gelukkig zijn die momenten zeldzaam. We vieren eigenlijk elk raceweekend een feestje, want er is altijd een winnaar.”

“Bij de NOS leer je
hoe de samenleving werkt”

7. Wat mis je het meest aan de NOS?
“De mensen. Ik kwam daar binnen als stagiair, zonder journalistieke ervaring en werd meteen bij de hand genomen. Ik ben bij de NOS opgegroeid. Heb er mijn eerste stappen op televisie gezet. Het voelde als uit huis gaan, naar iets waar ik altijd van droomde. Ik heb altijd gezegd – en dat vind ik nog – dat journalistiek nieuws een voorwaarde voor de democratie is. Ik vond het een eer om het harde werk van de collega’s achter de schermen te mogen presenteren. En zo bij te dragen aan het publieke debat. Met onze informatie konden mensen thuis een mening vormen, keuzes maken, in discussie gaan. Dat is zo, zó belangrijk voor simpelweg je leven leven in dit land.”

Viaplay

8. Waarom zou elke startende mediamaker daar zijn of haar eerste meters moeten maken?
“Omdat je daar leert hoe de samenleving werkt. Waarom mensen doen wat ze doen en zeggen wat ze zeggen. Tegenwoordig is iedereen snel met oordelen over elkaar, zonder goed te luisteren. Als journalist luister je, want je moet voor je werk. Maar het is net zo belangrijk dat we dat gewoon als mensen blijven doen.”

9. Wat zijn jouw dromen?
“Dat was altijd het Achtuurjournaal presenteren. Ik ben weliswaar nooit de vaste anchor geworden, maar ik heb het weleens gedaan. Voor mij was alles altijd nieuws-nieuws-nieuws. Tot Viaplay kwam. Eerst moest ik lachen toen ze mij vroegen. Ik dacht dat ze het verkeerd hadden, maar uiteindelijk heb ik het toch maar heb gedaan. Ook omdat ik altijd aan mezelf beloofd heb elke kans die ik krijg serieus te overwegen. En nu? Eerst van dit avontuur genieten en later eens een soort human interest-reeks maken. Met mensen praten vind ik het allerleukst.”

Bron: BMY/Oane Born
Foto’s: Koen Helder

Bericht delen
Article header image
Article header image

NLZIET introduceert hoofdstukken

Door deze nieuwe techniek worden programma’s in hoofdstukken verdeeld, waarvan de inhoud met behulp van kunstmatige intelligentie wordt gedetecteerd op onderwerpen. Kijkers kunnen daarmee snel naar een specifiek deel van de uitzending springen.

NLZIET maakt het nieuwe tv-kijken daarmee laagdrempelig, efficiënter, maar vooral aangenamer. In eerste instantie werkt de nieuwe techniek alleen bij het terugkijken van het NOS Journaal en RTL Nieuws. In de toekomst wordt deze functionaliteit ook toegevoegd aan andere programma’s op NLZIET.

Niels Baas (directeur NLZIET): “Op NLZIET zijn meer dan 200.000 programma’s terug te kijken. Door de nieuwe hoofdstukken-techniek kan onze kijker nog makkelijker en sneller de beste content te vinden.”

De Content Discovery-techniek is door het Amsterdamse techbedrijf Media Distillery ontwikkeld. Al voor de publieke lancering hebben NLZIET en Media Distillery voor deze nieuwe techniek op de VideoTech Innovation Awards in Londen twee prijzen gewonnen in de categorieën ‘Advanced TV Service of the Year’ en ‘UX and Content Discovery Award’.

Eind 2022 heeft het NLZIET Testteam de techniek reeds uitgeprobeerd. Hieruit bleek dat de testgroep zeer te spreken was over de accuraatheid van de nieuwe techniek. De meerderheid gaf aan dat zij de hoofdstukken-functionaliteit regelmatig wil gaan gebruiken.

Bron: NLZIET/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Stephen Emmer wil meer onderzoek naar tinnitus en gehoorverlies

“Onder musici, componisten en artiesten is het een taboe. Terwijl ik schat dat wel een derde van een gemiddeld orkest – ook de toporkesten – er last van heeft”, aldus Stephen Emmer.

Tinnitus of oorsuizen betekent dat je continu geluid hoort in je hoofd. Het kan verschillende oorzaken hebben, waaronder blootstelling aan hard geluid – bijvoorbeeld bij een concert – of een verkoudheid. Ook in ernst kan het variëren, zegt Emmer. “Van straaljager tot ruisje.” Tinnitus kan leiden tot ernstig gehoorverlies.

Emmer merkt dat muzikanten met tinnitus er niet over praten uit angst om hun baan te verliezen. “Ze durven het niet te melden aan de dirigent of de directie.” Terwijl tinnitus niet hoeft te betekenen dat je minder goed muziek maakt, ervaart Emmer. “Ik vind dat ik mijn betere werk na de kwaal heb gemaakt. Ik heb daar ook onderscheidingen voor gekregen.”

Farmaceutische industrie
Emmer komt nu naar buiten omdat hij artiesten wil verenigen en er zo voor wil zorgen dat er naar een geneesmiddel gezocht wordt. De farmaceutische industrie zegt volgens hem dat niet genoeg mensen er last van hebben om medicijnen te ontwikkelen. “Terwijl een kwart tot de helft van de jongeren er risico op loopt. Die uitspraak van de farmaceutische industrie is achterhaald.”

Moet het geluid niet gewoon zachter? Al langer wordt gepleit voor een lager volume in bijvoorbeeld discotheken en op festivals, maar ook op je oortjes of koptelefoon. Dat is een van de stappen, denkt Emmer: “Die discussie over hard geluid blijft nu steken. Mensen uit de muziekindustrie beweren dat je muziek moet voelen. Dat is een drogredenering. Ik kan je als professional vertellen dat dat voelen ook kan als het volume zachter is. Daarom wil ik artiesten verenigen om zelf te zeggen: het zit zo.”

Buma/Stemra schaart zich achter componist Emmer. De belangenorganisatie op het gebied van muziekauteursrecht heeft 38.000 leden, allemaal muziekmakers. Buma/Stemra denkt dat daar zeker mensen bij zitten die last hebben van gehoorproblemen en tinnitus, en dat niet durven te vertellen.

NOS op 3 maakte eerder deze video over tinnitus:

Bron: NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Steeds meer tv-kijkers tijdens vakantie buitenland

Tussen 1 juli en 22 augustus keek 14% van de NLZIET-kijkers vanuit het buitenland. Verder blijkt dat er vanuit het buitenland steeds langer naar tv wordt gekeken. In Nederland wordt vooral het grote tv-scherm gebruikt, terwijl in de andere EU-landen de laptop en de tablet meer worden gebruikt om NLZIET te kijken.

Na de coronaperiode gaan Nederlanders weer massaal op vakantie. Van alle EU-landen buiten Nederland werd er in Spanje het meest NLZIET gekeken, gevolgd door Duitsland, België, Frankrijk en Italië.

B&B Vol Liefde
Veruit het meest populaire televisieprogramma was het programma B&B Vol Liefde. Niet alleen in Nederland, maar ook vanaf het strand, vakantiehuis of de camping in het buitenland werden alle liefdesperikelen van alleenstaande Bed & Breakfast-eigenaren en hun speciale gasten door de kijker op de voet gevolgd. Veel vakantiegangers wilden ook goed op de hoogte blijven van het laatste nieuws, waardoor het NOS Journaal in sommige EU-landen het meest bekeken tv-programma was.

Niels Baas (directeur NLZIET): “De vakantie is het ideale moment om je favoriete tv-series uit het NLZIET-aanbod van meer dan 200.000 programma’s te kijken of live sportwedstrijden, zoals de Tour de France, te volgen. Door verbeterde telecombundels voor het buitenland, maar ook de vele wifi-hotspots kijken steeds meer Nederlanders ook op vakantie hun favoriete tv-programma’s.”

Met NLZIET kun je overal in de EU tv-kijken zonder schotel of kabel. Het enige dat je nodig hebt, is een goed werkende internetverbinding en een NLZIET-abonnement. NLZIET kijk je op een apparaat naar keuze, zoals je tv, tablet, smartphone of laptop.

Bron: NLZIET/BM

Bericht delen