Timmer: 'Veranderen kost tijd'
Gerard Timmer, directeur tv programmering bij de Nederlandse Publieke Omroep, vindt dat de media ten onrechte kritiek hebben geuit op de nieuwe tv-programmering, die in september inging. Hij verdedigt met name de actualiteitenprogramma’s in een opiniestuk in het dagblad Trouw van dinsdag.
‘De publieke omroep heeft sinds september een vernieuwd pakket aan nieuws-, actualiteiten- en opinieprogramma’s. Niet ingegeven door links of rechts, maar vanuit de ambitie om een beter journalistiek pakket te ontwikkelen en recht te doen aan het pluriforme omroepbestel.
Dat de publieke omroep daarmee veelkleuriger is geworden kunnen tv-kijkers dagelijks zien. De EO vraagt zich in Uitgesproken af waarom christenen zich met het gedachtengoed van de Tea Party in Amerika vereenzelvigen, PowNed stelt op zijn rauwe wijze de wachtgeldregeling van een SP-Kamerlid aan de kaak en WNL laat zelfstandige ondernemers aan het woord over complexe overheidsregels.
Deze veelkleurigheid draagt bij aan de brede publieke omroep, die niemand uitsluit en waar zoveel mogelijk mensen zich in herkennen. Is de publieke omroep daarmee al in de vernieuwing geslaagd? Voor die conclusie is het nog te vroeg. Veelkleurigheid was immers niet het enige doel van de vernieuwingen.
In januari vertelden wij aan de verzamelde pers meer aandacht te willen besteden aan het buitenland, de betrokkenheid van jongeren bij nieuwsprogramma’s van de publieke omroep te willen vergroten, meer aandacht aan onderzoeksjournalistiek te willen besteden, en de financieel-economische berichtgeving te willen verbeteren.
De verantwoordelijkheid voor die verbeteringen is door alle omroepen opgepakt. In nieuwe programma’s, zoals Ochtendspits, Uitgesproken, Nieuwsuur, Altijd Wat, Brandpunt en PowNews, maar ook in bestaande programma’s zoals Tegenlicht, EenVandaag en Buitenhof.
Inmiddels haasten sommigen, vooral schrijvende journalisten, zich echter in het trekken van conclusies. De veranderingen zouden nog altijd weinig PVV-stemmers trekken, Uitgesproken zou het minder doen dan Netwerk en het aantal gasten van rechtse afkomst zou maar marginaal zijn toegenomen. Die conclusies hebben een paar zaken gemeen: kort door de bocht, eenzijdig en niet of weinig onderbouwd.
Om de kwaliteit van het aanbod te verbeteren gaan de omroepen namelijk niet over één nacht ijs. Nieuwe programma’s krijgen bij de publieke omroep de kans zich te ontwikkelen. Want als je met elkaar afspreekt dat het doel is de journalistieke kwaliteit naar een hoger plan te tillen, dan vraagt dat ook commitment. Zonder dat was bijvoorbeeld De Wereld Draait Door, nooit zo’n belangrijk en sterk programma geworden en had Netwerk nooit zoveel kijkers bereikt als in haar laatste seizoen.
De eerste uitzendingen van Uitgesproken vergelijken met het gerenommeerde Netwerk raakt dan ook kant noch wal. Ook het besef dat kijkcijfers bij de publieke omroep niet de enige graadmeter zijn, dringt lastig door. En: er wordt niet gekeken naar wat we met de vernieuwingen beoogden.’
Lees verder bij Trouw