Article header image
Article header image

Marcel Gelauff, hoofdredacteur NOS Nieuws: “Wat mij betreft is er geen weg terug”

Bij de NOS is Gelauff nu ook via het project ‘Versterking Lokale Journalistiek’ betrokken bij het versterken van de publieke journalistiek. In dat project trekken landelijke, regionale en lokale omroepen gezamenlijk op en zijn sinds enkele maanden 63 journalisten op lokaal niveau aan de slag. De NOS fungeert bij deze pilot als werkgever.

Marcel Gelauff: “Na zo’n tien jaar samenwerken met regionale omroepen is voor mij duidelijk dat de journalistieke kwaliteit van alle betrokken organisaties is toegenomen. We versterken elkaar en vullen elkaar aan. Door de samenwerking hebben wij meer bronnen, een groter aanbod van onderwerpen en zitten wij veel dichter op ons publiek. In de NOS-app bieden we ook al een tijd regionale content aan.”

Extra views
Eerder zei Renzo Veenstra, hoofdredacteur bij Omroep Brabant, daar in deze rubriek over dat dat regionale producties van Omroep Brabant maandelijks vijf miljoen extra views opleveren. Marcel Gelauff daarover: “Dat laat mooi zien dat samenwerking ook heel gericht bereik kan opleveren. Wat mij betreft is er qua samenwerking geen weg terug en die moet er ook niet zijn!”

“We moeten de lokale, regionale en landelijke journalistiek niet op één hoop gooien. En dat moet je ook niet vanuit één organisatie willen organiseren. Daar worden we met z`n allen niet beter van. Je wilt geen log monster worden, dat veel te groot is en niet wendbaar. Wat je wel moet doen, is journalistiek de handen ineen slaan. Zoals de regionale omroepen en de NOS afgelopen jaren steeds meer zijn gaan doen. Dat heeft meerwaarde voor je product en voor redacties. Uiteindelijk moet je enige criterium zijn: hoe vergroot je de journalistieke kwaliteit van wat je maakt.”

“Ik heb de afgelopen jaren met meer hoofdredacteuren van regionale omroepen gesprekken gevoerd dan tien jaar geleden het geval was. Toen stonden we toch meer met de rug naar elkaar toe en nu zoeken we al jaren manieren om beter met elkaar samen te werken. Natuurlijk willen we dat gesprek ook met de lokale omroepen voeren, maar dit is een ontwikkeling in stappen.”

Samenwerking
“De eerste stap is de vraag hoe we het project ‘Versterking Lokale Journalistiek’, dat nu enkele maanden loopt, volgend jaar continuïteit kunnen geven en verder kunnen uitbouwen. En ik zou met de regionale omroepen het gesprek voeren over hoe we enerzijds onze eigenheid behouden, maar aan de andere kant journalistiek meer naar elkaar toe kunnen groeien en elkaar kunnen versterken. Daar samen een agenda voor maken. Ik zie op dit moment lokaal, regionaal en landelijk naar elkaar toe groeien. En dat is goed. Inhoudelijk is er al veel beweging, maar op termijn zie ik ook nog nieuwe kansen rond techniek en het uitwisselen van personeel bijvoorbeeld. Van mij zou het allemaal nog best wat sneller mogen gaan. Samenwerking met de regionale omroepen heeft ons geleerd dat die het meest effectief is als je aan de journalistieke kant – dus op de redacties – begint.”

“Ik snap heel goed de behoefte aan grotere budgetten, maar maak dat geen doel op zich. Stop vooral energie in de samenwerking en laat zien wat die samenwerking allemaal op kan leveren. Zodat je daarmee zelf het ‘vliegwiel’ verder aanjaagt. Als wij met elkaar blijven investeren in het vergroten van journalistieke kwaliteit dan kan de politiek niet om ons heen.”

Dit is het tweede artikel over de pilot ‘Versterking Lokale Journalistiek’. Vorige week was het eerste deel te lezen waarin Marcel Gelauff dieper ingaat op corona en nieuwe ontwikkelingen in de journalistiek.

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Joost Oranje stopt als hoofdredacteur Nieuwsuur

Dat is een nieuwe functie die voortkomt uit de onlangs afgesloten alliantie tussen de NOS en de NTR. De twee taakomroepen willen de programmatische samenwerking binnen NOS Nieuws en Nieuwsuur intensiveren, waarbij onderzoeksjournalistiek een speerpunt is. De nieuwe functie is daar een uitvloeisel van.

“Ik heb negen jaar met volle inzet de rubriek geleid en dat was een enorme eer”, zegt Oranje. “Nieuwsuur staat als een huis, dankzij een geweldige redactie. Maar routine moet je voor zijn. Ik heb bij Nieuwsuur, en daarvoor in de hoofdredactie van NRC, ruim 12 jaar hoofdredactiewerk mogen doen. Dat waren mooie, maar ook zware jaren. Nu is het tijd om weer dichter bij de journalistieke praktijk te staan. De onderzoeksjournalistiek heeft mijn hart. Dus deze nieuwe functie is op mijn lijf geschreven.”

Joost Oranje is sinds 2012 hoofdredacteur van Nieuwsuur. Onder zijn leiding verstevigde het programma haar positie als dagelijkse actualiteitenrubriek van de NTR/NOS en won het veel journalistieke onderscheidingen, waaronder dit jaar de Zilveren Nipkowschijf, de belangrijkste tv-prijs. De jury omschreef Nieuwsuur als “een onmisbaar baken voor de burger” en roemde de “scherpe vragen bij de actualiteit, onder het tegelijkertijd met kracht voeren van een onderzoeksjournalistieke agenda”. Oranje blijft op zijn post totdat er een opvolger gevonden is.

Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff: “De samenwerking tussen Joost en mij verloopt al jaren uitstekend. NOS Nieuws en Nieuwsuur hebben elkaar veel te bieden en het is heel fijn dat Joost dat verder gaat verdiepen met onderzoeksjournalistiek. Met gerichte aansturing en bundeling van expertises kunnen we extra stappen maken”.

NOS algemeen directeur Gerard Timmer en NTR-mediadirecteur Willemijn Francissen noemen versterking van de onderzoeksjournalistiek “zeker in deze tijd een van de belangrijkste opdrachten van de taakomroepen”. Francissen: “Joost is met zijn leidinggevende ervaring en jarenlange expertise als onderzoeksjournalist de ideale persoon om dit ambitieuze initiatief onder zijn hoede te nemen. En sowieso zijn we blij dat hij aan onze omroepen verbonden blijft.”

Bron: NOS/BM
Foto: Joost Oranje (derde van links) met een deel van de redactie bij de uitreiking van de Nipkowschijf aan Nieuwsuur

Bericht delen
Article header image
Article header image

Marcel Gelauff, hoofdredacteur NOS Nieuws: “Ik weiger om negatief te zijn over de toekomst”

Marcel Gelauff: “Ik weet niet goed hoe je tien jaar vooruit moet kijken. De veranderingen gaan zo snel. Had ik tien jaar geleden kunnen voorspellen dat de journalistiek vandaag nog steeds zo relevant zou zijn voor zulke grote groepen? En wat we nu allemaal doen? Ik denk het niet. De smartphone is pas van 2007 en nu kunnen we al niet zonder. Zo snel is het allemaal veranderd. Zo onvoorspelbaar is het.”

“Bestaat lineaire TV dan nog zoals we het nu kennen? Bestaan de kranten nog zoals we ze nu kennen? Ik vraag het me zeer af. Tegelijkertijd zal de behoefte aan betrouwbare en kritische nieuwsmerken – die zin van onzin scheiden, context en achtergronden schetsen en de macht controleren – er over 10 jaar ook nog zijn. Daar ben ik echt van overtuigd. Een pluriforme samenleving heeft behoefte aan betrouwbare informatie en cohesie. De journalistiek als fundament van de democratie is daar cruciaal in.”

“Ik denk dat wij als NOS goed ingespeeld hebben op alle veranderingen, die internet teweeg hebben gebracht. Al in 2005 heeft de NOS hier een grote nieuwsredactie gevormd die zowel nieuws op radio, tv als online verzorgt. Via onze app, Instagram, NOS Stories en Op YouTube zijn we er in geslaagd om een veel jonger publiek te bereiken. We willen daar met onze content zijn waar ons publiek is en dat moet en zal de kern van onze strategie blijven.”

Vergrootglas
“De journalistiek is onder een vergrootglas komen te liggen, maar als je de balans opmaakt denk ik dat alle ontwikkelingen de journalistiek juist sterker en relevanter hebben gemaakt. Ook dwingen die ontwikkelingen ons om steeds beter en vaker in de spiegel te kijken. Maar de invloed van Big Tech is echt een zorg. Algoritmes en louter commerciële overwegingen die op wereldschaal bepalen wat je te zien krijgt – fake of niet – en welke informatie je krijgt. Het is een bedreiging voor de pluriformiteit, leidt tot bubbels, desinformatie en draagt bij aan polarisatie.”

“En de persoonlijke veiligheid van onze journalisten is nu een belangrijk issue. Internationaal in elk geval – maar ook nationaal – en ik zie dat niet zomaar minder worden. Vroeger speelde de veiligheid van journalisten in Nederland alleen bij voetbalrellen. Nu moet je er als journalistieke organisatie veel vaker rekening met geweld houden. Het Genootschap van Hoofdredacteuren, de NVJ, het OM hebben samen met de politie hebben eind 2019 gezamenlijk Persveilig opgericht. Het is helaas nodig en begint gelukkig effect te krijgen. Vanuit de politiek wordt nu regelmatig steun aan de journalistiek uitgesproken. Het staat gelukkig nu veel meer op de maatschappelijke agenda.”

Rond 2000 gaf het NOS Journaal – onder hoofdredacteur Hans Laroes – zichzelf de opdracht om de straat en de staat meer te verbinden. Maar gewone mensen – die met minder onderbouwde, emotionelere reacties in het Journaal kwamen hebben misschien ook hun bijdrage geleverd aan de opkomst van populisme en een grotere polarisatie. De reflex had – toen jij hoofdredacteur werd – kunnen zijn: we gaan terug naar de feiten, naar de wetenschappers, naar de instituten. Dat zou toch best verdedigbaar geweest zijn?
“Nee, dat is veel te beperkt. We laten zien wat er in de wereld gebeurt, we kiezen die onderwerpen die we vanuit onze publieke opdracht relevant vinden voor ons publiek en berichten daarover. Niet vanuit de wil van de kijker, maar we vragen ons af wat de wereld van de kijker is. Daarvoor moet je met de hele samenleving verbonden zijn. Zeker, feitelijk zijn is de basis en daar zijn we de hele dag mee bezig, maar niet met je rug naar het publiek. Daar volgt ook het belang van diversiteit uit. Welke bronnen en contacten heb je en welke niet? Welke invalshoeken zie je over hoofd? Komt misschien toch te veel uit de Randstad? Daar komt ook die behoefte aan samenwerking met regionale en lokale omroepen vandaan.”

Heb je het gevoel dat je als NOS – onder invloed van de samenleving – moet mee veranderen?
“Zeker en dat doen we ook natuurlijk, maar de samenleving is niet een geheel. Het is niet een. Het lijkt soms alsof er alleen maar kritiek op ons is, maar dat is een scheef beeld. Er zijn miljoenen mensen die de NOS en de journalistiek vertrouwen, die ons nieuws belangrijk vinden en ons elke dag opzoeken. NOS Nieuws is het meest vertrouwde nieuwsmerk in Nederland. Al jaren. De journalistiek heeft soms de neiging te veel naar extremen in de samenleving te kijken en meer radicale uitingen of uitspraken eerder als een onderwerp te zien dan wat er omgaat in de veel grotere groepen in het midden. Dus ja, je moet meebewegen met veranderingen, maar je wel blijven afvragen of je op langere termijn een evenwichtig beeld schetst.”

“De periode Trump heeft ons bij dat besef geholpen. Sommige Amerikaanse nieuwsorganisaties hebben achteraf gezegd dat ze te vaak te gemakkelijk Trump aan het woord lieten en zijn frames en aanhoudende leugens bleven uitzenden als ware het feiten. Want ja, het viel op, het was opmerkelijk en leidde tot hogere kijkcijfers en inkomsten. Maar het inhoudelijk evenwicht was zoek. We zijn ons meer bewust zijn geworden van zulke mechanismen. Ik denk dat de fundamentele waarden van de journalistiek over 10 jaar niet veranderd zullen zijn. Maar wat het van je vraagt als organisatie, hoe je optreedt, hoe je je redactie samenstelt en welke journalistieke producten je maakt zal blijven veranderen.”

Tempo hoger
“Als ik nu naar onze redactie kijk, is er natuurlijk wel veel veranderd en dat zal niet stoppen. De 24/7 nieuwsvoorziening vraagt veel van onze redactie. De druk is groot, veel groter dan tien jaar geleden. Dat zit hem ook in wat we allemaal maken. Voor televisie, radio, online en social. Vroeger maakte je voor televisie op een dag één bijdrage over de bosbranden in Turkije of Griekenland. Nu maak je voor verschillende platforms meerdere verhalen over bosbranden. Voor YouTube, voor Instagram. Dat vraagt veel meer van de redactie. Het tempo is veel hoger en dat zal niet weggaan. Vroeger kreeg je na een week een brief van iemand en die vroeg of een item niet anders gemaakt had kunnen worden. Nu krijg je binnen vijf seconden een app of een mail en moet je nadenken over hoe je daar snel op reageert en of het invloed heeft op je berichtgeving.”

“Ik weiger om pessimistisch over de toekomst te zijn. Ik ben opgevoed in de tijd van de Koude Oorlog met de angst voor wat er aan de andere kant van de Berlijnse Muur gebeurde en hoe bedreigend dat voor ons was. Maar als je je laat verlammen door bedreigingen kom je nergens. Je moet de ambitie blijven houden om de lat steeds weer hoger te leggen, de ambitie om te blijven veranderen en blijven staan voor je kernwaarden. Voor ons als nieuwsredactie en evenzeer voor de journalistiek betekent het, dat we onze onafhankelijkheid moeten koesteren en ons moeten blijven realiseren dat we dienstbaar zijn aan ons publiek en onze democratie. Dat stelt eisen aan wat we doen en laten. Hoe FOX News bijvoorbeeld bericht over corona vind ik onvoorstelbaar en onbegrijpelijk. Als je als journalistiek zo afglijdt, is er echt een probleem. Daarom vind ik het ook zo belangrijk dat de samenleving de komende tien jaar de durf zal hebben om de publieke nieuwsvoorziening en de waarden waar we voor staan ondubbelzinnig te steunen. Dat is en blijft nodig.”

Volgende week het tweede deel van het gesprek met Marcel Gelauff over de pilot ‘Versterking Lokale Journalistiek’, waar de NOS ook deel van uitmaakt

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Mustafa Marghadi nieuwe NOS-correspondent in Zuidoost-Azië

Marghadi (38) was de afgelopen vier jaar correspondent van de NOS in Italië. Daarvoor werkte hij voor het NPO Radio 1-programma Nieuws en Co (NOS/NTR) en was hij presentator bij NOSop3 en Klokhuis (NTR). Marghadi startte zijn NOS-carrière als redacteur voor het toenmalige NOS Headlines.

“Ik ben blij en trots dat ik opnieuw een uitdagende rol kan vervullen bij de beste nieuwsorganisatie van Nederland”, zegt hij over zijn overstap. “In een regio waar een aantal van de belangrijkste thema’s van de komende decennia (klimaatverandering, economische ongelijkheid, de invloed van China vs VS) een hoofdrol zullen spelen. Ik verheug me erop om zoveel mogelijk mensen in de regio te spreken en te leren kennen, zodat ik een zo helder en compleet mogelijk beeld voor de mensen in Nederland kan bieden.”

Enthousiast en creatief
Hoofdredacteur Marcel Gelauff van NOS Nieuws: “We bedanken Annemarie voor haar jarenlange dienst voor de NOS in Zuidoost-Azië. En we zijn blij dat Mustafa – na zijn Italië-correspondentschap – ook de komende jaren voor de NOS blijft werken.”

“Met zijn enthousiasme, zijn creativiteit en zijn frisse blik brengt hij altijd iets extra’s. We zijn ervan overtuigd dat hij dat ook vanuit Indonesië en de omliggende landen gaat doen”, zegt Gelauff.

Bron: NOS/BM
Foto: Stefan Heijdendael/NOS

Bericht delen
Article header image
Article header image

Renzo Veenstra, Hoofdredacteur bij Omroep Brabant

Omroep Brabant heeft heel duidelijk gekozen. “We zijn een nieuwsorganisatie en we doen veel online. Op de online nieuwsredactie werken 65 fte’s aan het zoeken en verspreiden van nieuws uit dit gebied. Radio, tv en sociale media zijn bij ons ‘afnemers’ van het nieuws. De basis is dat wat online verschijnt in tekst, audio en video.”

“Vroeger maakten we bij de tv of radio een nieuwsitem en gaven vervolgens een internetredacteur de opdracht om het nieuws online te delen. Nu is het omgekeerd. De online redactie bepaalt waar we aandacht aan besteden en bij de redactie die zich met tv, radio of de socials bezig houdt bepalen zij zelf welke nieuwsverhalen ze delen.”

Concurrentie
“Op de radio willen we nu vooral de beste Brabantse concurrentie voor Qmusic of Sky Radio zijn met op de halve uren Brabants nieuws. Onze focus op online legt ons geen windeieren. Omroep Brabant staat regelmatig landelijk in de top 10 van meest bekeken nieuwssites in Nederland. We merken online niet heel veel van die verschraling in de lokale journalistiek. Ook de nieuwsplatforms van DPG – BN De Stem, ED en Brabants Dagblad – worden in ons gebied steeds sterker met online nieuws. Ook zij komen steeds dieper in de haarvaten van onze samenleving.”

“Toen ik bij Omroep West in 2017 dat regionale nieuwsnetwerk (RNN) heb opgezet leerde ik twee belangrijke lessen. Ten eerste: stop geen tijd in lokale partners die niet voluit voor nieuws gaan. En ten tweede: samenwerking met lokale partners slaagt alleen als je dat doet op basis van gelijkwaardigheid.”

Samenwerking
Toen Renzo Veenstra als hoofdredacteur bij Omroep Brabant begon, onderzocht hij direct hoeveel van de 43 ‘lokale’ mediapartijen in de provincie professionele samenwerkingspartners zouden kunnen zijn. “Dat bleken er slechts vier te zijn… Omroep Tilburg, DTV Oss, Studio040 en ZuidWest TV. Dat het er zo weinig zijn komt ook omdat veel lokale omroepen nog bestaan uit goed bedoelende vrijwilligers die niet per definitie geïnteresseerd zijn in nieuws. We hebben nu bij verschillende lokale partners mensen van Omroep Brabant rondlopen met maar één opdracht: maak nieuws! En deel die verhalen via de sites van de lokale omroep en via die van Omroep Brabant. Ze zijn allebei even belangrijk. Zo’n samenwerking met bijvoorbeeld ZuidWest TV levert Omroep Brabant veel op. Daar komt iedere dag nieuws vandaan.”

“We zijn tegelijk ook heel blij met de steeds hechtere samenwerking met de NOS. Dat levert ons zomaar vijf miljoen extra gelezen verhalen per maand op. Die samenwerking is trouwens hier bij Omroep Brabant begonnen. NOS-hoofdredacteur Marcel Gelauff was hier op bezoek en toen hebben wij tegen hem gezegd: ‘Wat DPG hier kan moeten wij toch ook met elkaar kunnen?’ We hebben nu een goeie eerste stap gezet, maar het gaat nog niet ver genoeg.”

Digitale grabbelton
“Ik wil dat al het nieuws van lokale, regionale en landelijke omroepen in een grote ‘digitale grabbelton’ komt, waar de nieuwsconsument uit kan kiezen. En als jij als Brabander in Utrecht loopt, zou ik graag zijn dat je naast het Brabantse nieuws ook het belangrijkste nieuws uit Utrecht te zien krijgt. Of als jij extra belangstelling hebt getoond voor een bepaald onderwerp, dat het algoritme van de app jou dan automatisch andere berichten over dat onderwerp aanbiedt. En van mij mag er ergens een logootje staan van de omroep die het gemaakt heeft, maar de integratie mag van mij nog echt veel verder gaan. Alle techniek die we nodig hebben is er al, we moeten er alleen nog samen met elkaar uitkomen.”

Tijdens corona werd op de website van Omroep Brabant maandelijks 55 miljoen keer op een artikel geklikt. “Normaal ligt dat cijfer met 25 miljoen al heel hoog in dit gebied. Die groei naar 55 miljoen is echt bizar. En laat ook zien hoe groot de behoefte van Brabanders is aan nieuws uit hun eigen streek. We zijn in Brabant niet de enige die het goed doen. De drie grote kranten in dit gebied van DPG zetten online ook grote stappen en doen het uitstekend hier. Via het ‘Project Versterking Lokale Journalistiek’ dat nu loopt, werken we goed samen met lokale omroepen. Maar als dat project straks in december stopt valt ook direct de nieuwsvoorziening in Tilburg bij de omroep weg.”

Effectiviteit
“Het Programma Beleidsbepalend Orgaan is vanuit de Nederlandse wetgever een manier om het publieke karakter van een omroep te bewaken. Maar het zou slecht zijn als we dat alleen zouden kunnen afmeten aan het oordeel van het PBO. Er zijn tegenwoordig allerlei manieren om de ‘effectiviteit’ van je aanbod als omroep te meten. Bij Omroep Brabant draait het om zogenoemde Content Performance Indicators (CPI) die in een getal tussen de 0 en 1000 worden uitgedrukt. Die vertellen je precies hoe een verhaal aankomt bij het publiek waar je het verhaal voor gemaakt hebt. En dan gaat het dus niet alleen over hoeveel mensen gekeken hebben, maar vooral over hoe lang ze gekeken hebben, hoe intensief en wanneer ze gekeken hebben, welke interactie (delen, reactie geven) nadat het verhaal bekeken was. Hier kijken onze makers dagelijks naar en zo leren ze van alles over ons publiek waarmee ze bij het maken van nieuwe verhalen hun voordeel kunnen doen.”

Alleen online
“Als ik hardop zou mogen dromen zeg ik: alle lokale omroepen stoppen onmiddellijk met radio en tv. En iedereen gaat alleen nog maar online werken. Lokale omroepen hebben al nauwelijks geld. Stop dat dan niet in dure kanalen zoals radio of tv. Als ik dan een lokale omroep zo’n dure nieuwe studio zie bouwen, denk ik: Stop daarmee en gebruik dat geld voor het inhuren van een journalist. Dat geldt ultimo ook voor ons, als we met het mes op de keel keuzes zouden moeten maken.”

“Online nieuws is voor ons het belangrijkste. Natuurlijk zijn er 150.000 – 200.000 Brabanders die dagelijks op tv ons nieuws zien en onze programma’s waarderen. Die horen er 100% bij, maar tv is wel een duur platform. In 2031 verwacht ik dat in de samenwerking met de NOS en de lokale omroepen grote stappen gezet zijn. En dat al het nieuws van lokale, regionale en landelijke publieke omroepen via één app beschikbaar is. Als ik naar 2031 kijk, dan verwacht ik dat de concentratie van nieuwsbedrijven nog verder is gekomen. DPG is dan, naast de publieke omroepen, misschien nog de enige (commerciële) speler in het journalistieke landschap.”

Stokje doorgeven
Renzo Veenstra mag het stokje voor deze serie over het medialandschap van 2031 doorgeven. Hij is er snel uit: “Ik heb zijn naam al even genoemd. Marcel Gelauff, de hoofdredacteur van het NOS Journaal. Niet alleen omdat hij veel ervaring heeft met samenwerking, maar hij zit ook op een plek waar hij de toekomst van dat lokale medialandschap daadwerkelijk kan beïnvloeden. Zelf ben ik bijvoorbeeld wel benieuwd hoe hij de toekomst van de NOS Nieuws-app, in relatie tot lokale en regionale omroepen, voor zich ziet.”

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Instagram verwijdert NOS-beelden met Zwarte Piet

Aanleiding was het overlijden van Bram van der Vlugt, de acteur die tientallen jaren Sinterklaas speelde. Op de video waren oude Sinterklaasvieringen te zien met volledig zwart geschminkte pieten. Een soortgelijk filmpje verscheen op het gewone Instagramaccount van de NOS.

Een aantal dagen geleden liet Facebook, waarvan Instagram een onderdeel is, aan de NOS weten dat het van plan was om de video’s weg te halen; ze zouden de richtlijnen van het platform schenden. De beelden zetten volgens Facebook aan tot haat omdat er zwart geschminkte figuren in te zien zijn.

De NOS heeft bezwaar gemaakt en gevraagd de video’s niet weg te halen. Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff wijst het besluit van Instagram af: “Dit betreft niet het verspreiden van een haatbericht. Dit is een journalistiek onderwerp over de dood van een beroemd acteur. Daarin hoort dat je schetst wie die acteur was en bij Bram van der Vlugt kan het niet anders dan dat daar zijn optreden als Sinterklaas deel van uitmaakt met beeld van hoe dat in het verleden ging. Instagram ontkent zo de geschiedenis en tast de journalistiek zo ook aan.”

Bron: NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Albert Bos nieuwe NOS-verslaggever koningshuis

Zij gaat per 1 mei aan de slag in Brussel als NOS-correspondent voor de Europese Unie, de NAVO en België/Luxemburg. Albert Bos is sinds 2015 werkzaam voor de NOS als politiek verslaggever Den Haag. Die functie gaat hij combineren met zijn nieuwe werkzaamheden. Vanuit binnen- en buitenland zal hij nieuws over de koninklijke familie en het koningshuis verslaan.

Bos kijkt uit naar zijn volgende stap: “Het Koninklijk Huis heeft een belangrijke maatschappelijke functie. En als politiek verslaggever zie ik hoe de politiek en monarchie op elkaar inwerken. Ik kijk ernaar uit om daar verhalen over te maken. Net als om het staatshoofd te volgen in binnen- en buitenland.”

Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff: “Albert Bos is een ervaren en allround verslaggever op onze Haagse redactie. De NOS wil zowel vanuit het maatschappelijke als het politieke perspectief goede journalistieke verhalen maken over en rond het Koninklijk Huis. De brede ervaring van Albert sluit uitstekend aan bij deze ambitie. Ik ben blij dat hij het Koninklijk Huis voor NOS Nieuws gaat volgen.”

Bron: NOS/BM
Foto: Stefan Heijdendael/NOS

Bericht delen
Article header image
Article header image

Politie Den Haag maakt excuses voor ‘NOS = Fake News’-spandoek

‘Dit had niet opgehangen mogen worden. Daarvoor bieden wij onze excuses aan. Dit is niet waar wij als politie voor staan’, aldus de politie-eenheid.

Ruud van Es, teamchef van de politie Den Haag, plaatste een foto van een bos tulpen op zijn Twitter-pagina. “Door inwoners van ons gebied zijn vandaag vele steunbetuigingen en bloemen gebracht om ons een hart onder de riem te steken”, schreef hij bij de foto. Op de achtergrond was het spandoek dat aan een muur van het kantoor hing te zien.

Kort daarna werd de tweet verwijderd en vervangen door een bericht met een andere foto waarop het spandoek niet zichtbaar was.

Marcel Gelauff, hoofdredacteur van de NOS, noemt het voorval in een reactie aan Nu.nl buitengewoon onplezierig. “Maar het is verwijderd, de politie heeft zijn excuses aangeboden en ik ben heel blij met hun snelle reactie. We vonden het heel vervelend, en dat vond de politie ook.”

Bron: Nu.nl/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

NOS doet aangifte vanwege bedreiging

In de video wordt gesproken over een zwarte lijst van fotografen en journalisten die werkzaam zijn bij de NOS, meldt PersVeilig donderdag. De video is gemaakt door Ron Laken, een voormalig gemeenteraadslid-kandidaat voor VVD Almere. Marcel Gelauff, Hoofdredacteur NOS Nieuws, licht de situatie hieronder toe.

‘Het is niet de eerste keer dat we aangifte doen wegens bedreiging of soortgelijke uitingen, want de veiligheid van onze collega`s en onze journalistieke vrijheid vinden we essentieel. De onafhankelijke journalistiek is een fundamentele waarde in onze democratie, want de democratie kan alleen functioneren als er een brede, pluriforme, onafhankelijke journalistiek bestaat die in vrijheid kan opereren.

De veiligheid van journalisten en technici is al enkele jaren een issue in de journalistiek en ook steeds meer een maatschappelijk issue. Om de veiligheid van journalisten te verbeteren werd PersVeilig opgericht. PersVeilig is een gezamenlijk initiatief van de NVJ, het Genootschap van Hoofdredacteuren, de Politie en het Openbaar Ministerie en heeft tot doel de positie van journalisten te versterken tegen geweld en agressie op straat, op social media en/of via juridische claims. Persveilig ondersteunt journalisten en maakt zichtbaar onder welke omstandigheden journalisten moeten opereren.

De werkomstandigheden van journalisten staan steeds meer onder druk. De voorbeelden zijn bekend: het werk letterlijk onmogelijk maken, bedreigen, intimideren, framen, doelbewust leugens verspreiden, uitschelden, vooral online ook. Los van wat het voor de individuele collega betekent (en onderschat dat niet) is het gevolg vooral ook dat onderwerpen uit de weg moeten worden gegaan en dat mensen niet aan het woord kunnen worden gelaten.

Die druk is er al langer maar lijkt verder toe te nemen. De demonstratie van afgelopen zondag in Amsterdam bijvoorbeeld was ook weer zo`n moment dat we alleen op afstand en uiterst omzichtig konden opereren.

Als redactie geven we steeds meer geld uit aan onze veiligheid. Hier in Nederland, maar ook in het buitenland, zoals tijdens het verslaan van de machtsoverdracht in de VS. Dat is geld dat we niet kunnen besteden aan onze journalistiek opdracht. Kwaliteitsvolle onafhankelijke journalistiek heeft zijn prijs. Letterlijk en figuurlijk, menselijk en maatschappelijk. De meldingen op Persveilig, de aangifte die wij nu doen, de aangiften die allerlei journalisten doen, betreffen meestal één gebeurtenis en veelal slechts enkele collega’s, maar ze staan voor de noodzaak om steeds weer te moeten blijven opkomen voor de journalistiek als fundamentele maatschappelijke waarde.’

Marcel Gelauff
Hoofdredacteur NOS Nieuws

Bericht delen