NOS ontkent hoge kosten voetbalrechten
De NOS hield afgelopen week op het Media Park een barbecue voor collega’s en relaties. Gerard Timmer is sinds 1 mei de nieuwe algemeen directeur van de NOS en hij hield een toespraak, waarin hij onder meer inging op de voetbalrechten.
In totaal zou de publieke omroep voor een periode van vier jaar 24 tot 28 miljoen euro investeren in live voetbalrechten van Oranje. Het gaat dan om de kwalificatiewedstrijden. Daarnaast zou de NOS per jaar 23 miljoen betalen voor de samenvattingen van de Eredivisie voetbalwedstrijden. Dat hebben althans diverse media gemeld. De Telegraaf noemde zelfs 30 miljoen per jaar voor de Eredivisie. Maar Timmer ontkent dat allemaal ten stelligste.
“Ik heb me verbaasd. Over bedragen die zonder vermelding van wederhoor door verschillende media werden opgeschreven en die de NOS zou betalen voor wedstrijden van, bijvoorbeeld de Nations League of de Eredivisie. Bedragen die hardnekkig de ronde blijven doen. Zoals afgelopen donderdag nog in het FD, waar de directeur van RTL zich beklaagde over de hoogte van die bedragen en dat deze niet marktconform zouden zijn.”
Timmer meldt echter niet welke bedragen de NOS nu wel besteedt aan de voetbalrechten. “Zoals u weet zijn we volgens contract niet in de gelegenheid concrete bedragen te noemen. Dus niet omdat we dat niet willen, maar omdat we dat niet mogen. Wat ook geldt voor commerciële partijen. Maar laat ik naar u zo helder zijn als ik binnen onze mogelijkheden kan. Ten aanzien van de Nations League zit men er tonnen per wedstrijd naast. Ten aanzien van de Eredivisie zit men er miljoenen naast. En voor de duidelijkheid; in het voordeel van ons allemaal. Goedkoper dus. Wat andere mediapartijen ook schrijven, voor voetbalrechten is door de NOS niet meer maar aanzienlijk minder betaald. Dát zijn de feiten.”
Voor de Nederlandse commerciële zenders is het al jaren een grote frustratie dat de NOS boven de marktwaarde kan bieden op sportrechten. Voor de samenvattingen van de Eredivisie bijvoorbeeld zou de publieke omroep veel meer hebben neergeteld dan de commerciëlen wilden betalen. 
Timmer daarover: “Nog even over het verwijt dat er meer geboden zóu worden dan de zogenaamde terugverdiencapaciteit. Mijn persoonlijke opvatting is dat topsport in de breedte thuishoort bij de publieke omroep. We beschouwen het als onze journalistieke taak, het verbindt bewezen het publiek én het draagt bij aan sportparticipatie. Het is bovendien onze wettelijke taak. Vanuit dat perspectief is het opmerkelijk dat sport ogenschijnlijk het enige publieke genre is waar de terugverdiencapaciteit wél als uitgangspunt genomen zou moeten worden. Waarvan akte, graag.”
Bron: BM