CvdM komt met Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod
vrijdag 27 juli 2018

CvdM komt met Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod

Het Commissariaat voor de Media heeft een Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod vastgesteld. Hierin wordt het begrip dienstbaarheid uitgelegd via verschillende praktijkvoorbeelden en wordt daarbij wordt aangegeven wat de NPO, de RPO, en de publieke media-instellingen kunnen doen (en nalaten) om overtreding van het dienstbaarheidsverbod te voorkomen.

De praktijkhandreiking is het resultaat van rondetafelsessies die het Commissariaat voor de Media (CvdM) in 2017 hield. Het bevat verschillende praktijkvoorbeelden waarbij een publieke omroep zich dienstbaar maakte aan de commerciële belangen van derden en waarover het CvdM zich afgelopen jaren heeft uitgesproken.

Programma’s van de publieke omroep moeten vrij van commerciële rechten en politieke invloeden zijn waardoor de financiering door publiek geld gerechtvaardigd is. Het dienstbaarheidsverbod vormt ook een belangrijke waarbord bij de eisen die het Europese staatssteunrecht stelt. Het dienstbaarheidsverbod staat beschreven in artikel 2.141 van de Mediawet 2008.

Publieke omroepen hebben de zorgplicht om te voorkomen dat  ze het dienstbaarheidsverbod overtreden. Daarbij bieden drie handvatten houvast:

1.     Laat je niet voor het karretje van derden spannen.
2.     Houd grip op de manier waarop derden kunnen meeliften op activiteiten van de publieke omroep.
3.     Spreek marktconforme vergoedingen en voorwaarden af.

Als er een vermoeden van overtreding van het dienstbaarheidsverbod is, moet de NPO, RPO of de publieke media-instelling onderbouwen dat dat vermoeden onjuist is. Mede daarom moeten zij afspraken en andere maatregelen, die zij hebben getroffen om dienstbaarheid te voorkomen, goed vastleggen.

De Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod is te downloaden op de website van het CvdM.

Bron: CvdM / BM

Bericht delen