Astrid Joosten (1958) heeft er geen enkel probleem mee om uitgemaakt te worden voor de ‘oude garde’. “Nee zeg, ik werk al 42 jaar als freelancer voor deze omroep. Als je dan nog geen oude garde bent…” Gijs Sanders (2002) is vertegenwoordiger van de nieuwste lichting collega’s: hij liep in 2022 een half jaar stage bij BOOS, het programma van Tim Hofman, en werkt sinds twee jaar voor De Marker, het digitale nieuwsplatform voor jongeren op Instagram en TikTok. Dat BNN staat voor Barts News Network ontdekte hij pas toen hij bij BOOS begon – niet zo vreemd natuurlijk, aangezien Bart de Graaff al was overleden voordat Sanders werd geboren. “Och,” verzucht Joosten, “wat gaat de tijd dan opeens snel. Wel mooi dat zijn omroep nog steeds bestaat. In een iets andere vorm, maar zijn gedachtengoed is hier nog springlevend.”
Zowel Joosten als Sanders kwamen vol overtuiging aan boord bij respectievelijk de VARA en BNNVARA. Joosten: “Mijn vader had een krantenadvertentie voor me uitgeknipt: VARA zoekt omroepster. Doe normaal, zei ik, ik studeer Spaanse Letterkunde, ik word lerares. Maar ja, het was toch onze omroep – ik kom uit een rood nest – en als bijbaantje misschien wel leuk. Toen werd ik uit 600 sollicitanten gekozen voor een screentest en daarna zelfs aangenomen. Jongeren van nu hebben geen idee meer wat een omroepster was, maar ik was een soort levende tv-gids. Nu wordt met promo’s verteld wat er straks allemaal op tv is, vroeger deden omroepsters dat. Leuk werk, hoor, vooral als de boel uitviel en je opeens op camera moest improviseren. Ik heb daar geleerd rustig te blijven onder druk. En het was meteen een mooie springplank om bij programma’s te gaan werken.”
Ook voor Sanders is BNNVARA een bewuste keus geweest. “Het had geen enkele andere omroep kunnen worden. Ik was tijdens mijn studie Journalistiek in Tilburg behoorlijk onder de indruk van wat Tim Hofman allemaal deed met BOOS, daar wilde ik graag terechtkomen. Dus dat ik daar stage mocht komen lopen, vond ik natuurlijk geweldig. Toen ik dit gebouw binnenliep, dacht ik: wow, hier gebeurt het allemaal. Ik voelde me hier onmiddellijk thuis.”
Diverse invalshoeken
Astrid Joosten is inmiddels al bijna 35 jaar het gezicht van Twee voor Twaalf, de tv-quiz die in 1971 werd bedacht door Ellen Blazer en tot 1981 werd gepresenteerd door Joop Koopman. Het 65-jarig jubileum van de VARA vormde de aanleiding voor de terugkeer van de quiz op tv, die nu sinds maart 1991 onafgebroken in de programmering staat. Ze heeft ook triomfen gevierd met programma’s als De Show van je Leven en Kanniewaarzijn, maar in de jaren tachtig was Joosten nog vooral actief als journaliste. Ze werkte toen samen met leermeester Koos Postema en liep ook stage bij Het Journaal. “Dat vond men toen heel gek, omdat ik al als omroepster op tv was. Maar ik wilde het vak leren en Koos had me geadviseerd dat niet bij Achter Het Nieuws te doen, de actualiteitenrubriek van de VARA, omdat ze daar maar één uitzending per week maakten. Het Journaal was beter: elke dag aan de bak. Ik heb daar van alles gedaan: redactie binnenland, economie, reuze interessant. En een geweldige leerschool.”
Met De Marker maken Sanders en zijn collega’s dagelijks twee video’s voor Instagram en TikTok, aangevuld met losse Instagramposts. Ze leggen nieuwsgebeurtenissen uit, zorgen voor context en hanteren diverse invalshoeken, zodat kijkers zowel de feiten als het bredere verhaal leren kennen. Voor zijn werk ontving Sanders afgelopen december de Philip Bloemendal-prijs voor jong journalistiek presentatietalent.
Kan hij nog over straat, als bekende Nederlander? Sanders: “Haha, jawel, hoor. Heel af en toe word ik herkend in een kroeg ofzo, maar dat gebeurt best weinig. Ik denk dat de impact van tv een stuk groter is, ik ben alleen online te zien. Televisie speelt voor mijn generatie amper een rol. Ik zeg ook niet dat ik bij de televisie werk, maar in de media – en dan vooral op social media. Op TikTok hebben we ruim 70.000 volgers en op Instagram zitten we op 50.000, daar zijn we heel blij mee. Het is soms wel vervelend dat we zo afhankelijk zijn van die algoritmes, want het gebeurt best vaak dat we de grafische realiteit van het nieuws niet kunnen tonen, omdat die meteen wordt geblokkeerd. Daar moeten we dan slim omheen werken, dat is natuurlijk niet hoe het zou moeten zijn. Maar ja, we willen jongeren in hun belevingswereld ontmoeten en die vind je op sociale media. Ik zit op de perfecte plek om hen te bereiken.”
Sterke omroep
Het tekent het verschil met de begintijd van Joosten bij de omroep, die toen nog in verschillende villa’s aan en rond de Hilversumse Heuvellaan was gevestigd. “Kun je je voorstellen? In de ene villa zat Achter Het Nieuws, even verderop in de straat zat Sonja. En tussen de middag liepen al die villa’s leeg, dan gingen we naar de kantine in het hoofdgebouw om daar te eten. De voordeuren van die villa’s lieten we openstaan, onze tassen stonden gewoon onder de bureaus. En er werd ook nooit wat gestolen, volgens mij. Nu kom je geen omroepgebouw meer in zonder pasjes en beveiliging. Echt een andere tijd.”
Het was ook de tijd vóór de inmiddels allesbepalende rol van de NPO. Joosten: “Het was toen een stuk eenvoudiger om een programma op de buis te krijgen.” Het verschil met die ‘goede oude tijd’ moet ze even toelichten voor Sanders. “Vroeger kregen de omroepen direct geld en zendtijd, dus ze konden zelf bepalen wat ze wilden programmeren. Nu duurt het zomaar anderhalf jaar voordat je antwoord hebt op een programmavoorstel – en dan nog moet je het vaak twee of drie keer komen presenteren bij de NPO, voor steeds andere mensen. Soms ben je pas tweeënhalf jaar later op de buis, als het al lukt. De commerciëlen lachen zich een breuk, die kunnen juist heel snel schakelen.”
Sanders: “Waarom loopt het dan nu allemaal via de NPO? Waar zit de winst?”
Joosten: “De commerciële omroepen kwamen op, kijktijd en marktaandeel werden belangrijker. Er ontstond de behoefte om meer te coördineren, de zenders werden thematisch ingedeeld. Dan moest de inhoud daar wel bij kloppen, zo begon het. En toen kwamen er regels en kaders en beslisstructuren. De NPO beheert het geld en het geld is altijd de baas. Hun macht is erg groot, dat heeft het leven van een programmamaker er niet leuker op gemaakt.”
Sanders: “Er is nu opnieuw een fusiegolf tussen omroepen aangekondigd, ik ben benieuwd welk effect dat zal hebben. Overigens weet ik zeker dat mijn vrienden geen onderscheid kunnen maken tussen de programma’s van al die verschillende omroepen. Ze weten niet eens welke bij de NPO horen en welke niet. Toch is het op de opleiding Journalistiek voor de meeste studenten nog steeds het hoogste doel om bij de NPO te mogen werken.”
Joosten: “Helaas lijken veel politici weinig besef te hebben van het belang van een sterke publieke omroep. We bestaan al honderd jaar, we zijn een maatschappelijke en informatieve factor van belang, onafhankelijk van politieke beïnvloeding. Laten we dat koesteren. Commerciële omroepen hebben geen Radar, Kassa of andere consumentenrubrieken, want die zijn bang om reclame-inkomsten mis te lopen.”
Sanders: “Ook De Marker zou niet kunnen bestaan zonder de NPO. Als wij afhankelijk zouden zijn van reclames, wat blijft er dan nog over van onze onafhankelijkheid? Zeker als we een adverteerder op de korrel zouden hebben.” Zeker als we dan iets over een adverteerder willen publiceren.
Maatschappelijke betrokkenheid
De vrijgevochten, progressieve signatuur was iets wat de VARA en BNN duidelijk bond toen ze ruim tien jaar geleden de fusiebesprekingen ingingen. Voor Sanders is dit iets van voor zijn tijd: hij weet niet beter dan dat BNNVARA één omroep is. Joosten heeft dat samengaan van nabij meegemaakt. “De directies waren het natuurlijk helemaal eens, maar op de werkvloer keken velen de kat uit de boom. Er waren ook best wat verschillen. De BNN’ers waren jonger en rebelser dan de VARA-mensen, dat was in het begin duidelijk te zien. De redactie van Spuiten en Slikken zat bijvoorbeeld in dezelfde gang als Kinderen voor Kinderen. Voor een selectiedag voor het koor, waar tientallen kinderen met hun ouders zouden langskomen, werd gevraagd of al die expliciete posters over seks en drugs even konden worden weggehaald. Dat vonden die BNN-redacteuren heel stom en bekrompen, dat werd echt een discussie. Ook de personeelsfeestjes waren opeens radicaal anders. Met al die BNN’ers erbij werd het gezellige bijpraatfeestje dat de VARA-mensen gewend waren, met muziek van Candy Dulfer, opeens een halve rave met keiharde housemuziek. Het duurde even voor iedereen naar elkaar was toegegroeid, maar volgens mij is dat uiteindelijk best snel gebeurd. Ik denk niet dat Gijs nu nog weet wie ooit van welke omroep was.”
Sanders: “Nee, geen idee. De BNN’ers van het eerste uur zijn nu toch ook al vijftigers?”
Joosten: “Zeker. Maatschappelijke betrokkenheid is altijd het bindmiddel geweest, de overeenkomst tussen de VARA en BNN. We maakten beide programma’s die mochten schuren. Over misstanden bijvoorbeeld, waarbij de VARA dat meer deed vanuit kritisch journalistieke inslag en BNN misschien meer vanuit de belevingswereld van jongeren, maar in beide gevallen ging het erom de wereld niet alleen te tonen, maar ook wat beter te maken. Volgens mij is dat precies wat jullie bij De Marker doen.”
Lekker inclusief
Gedurende haar hele televisieloopbaan heeft Joosten als freelancer gewerkt. Is dat niet merkwaardig, als je tegelijk een van de gezichten van de omroep bent? Ze heeft het altijd prima gevonden, vertelt ze. “Ik vind het idee wel fijn dat ik er niet zit omdat ze niet zo makkelijk van me af kunnen, maar omdat ze me graag willen behouden. En zoveel vrouwen van de pensioengerechtigde leeftijd zie je niet op televisie, dus het is ook lekker inclusief. Waarom zouden we allemaal het staartje van onze carrière bij Omroep MAX moeten doen? Nee, ik ben blij dat dit voor beide kanten nog goed werkt.”
Gijs Sanders heeft inmiddels een vast contract bij de omroep. Dat was vanaf het begin al zijn droom, vertelt hij. “Ik heb aan het begin van mijn opleiding Journalistiek gezegd dat ik graag journalist en presentator bij BNNVARA wilde worden. Ik heb die studie uiteindelijk niet eens afgemaakt, omdat ik hier aan de slag kon.”
Dus: 23 jaar oud en de ultieme droom nu al verwezenlijkt? “Ja, eigenlijk wel.” Lachend: “Saai, hè?”
Bron: BM/Vincent Weggemans
Foto’s: Annemieke van der Togt, Nick van Ormondt

