En dat resulteert in een prachtige kaartvól mediawijze bezigheden. Van Zeeland tot Friesland en van Limburg tot Noord-Holland, overal kun je terecht voor een activiteit die te maken heeft met het thema van dit jaar: gezond schermgebruik.
Zo kun je in de bibliotheek in Terneuzen tips krijgen om actief met je scherm aan de slag te gaan. Vanuit Eijsden wordt volop aandacht besteed aan de uitdagingen rondom gamende kinderen. In Leeuwarden schrijft ‘De Robokop’ een toneelvoorstelling en in Utrecht kun je, onder meer, terecht voor een workshop Black Mirror-verhalen.
Ongetwijfeld is er ook bij jou in de buurt iets leuks te beleven. Doe je mee? Neem snel een kijkje op weekvandemediawijsheid.nl en ga ook zelf aan de slag!
Geert van der Veen Communicatieadviseur Netwerk Mediawijsheid
Dit jaar speelt een recordaantal van ruim tienduizend klassen, wat neerkomt op bijna 250.000 kinderen, mee met MediaMasters. Een ongekende prestatie als je bedenkt hoe klein ons MediaMasters-team eigenlijk is. Van het bedenken van de verhaallijn tot het betrekken van partners en van het bemensen van de helpdesk tot het organiseren van een feestelijke première. Het wordt allemaal gedaan door een handvol zeer talentvolle en gepassioneerde collega’s.
Dat maakt het extra bijzonder dat dit jaar zoveel kinderen meedoen. Maar het laat vooral zien hoe waardevol en nodig het is om bezig te zijn met mediawijsheid. Zelfs, of misschien wel juist, op jonge leeftijd. Het is dan ook geweldig dat scholen deze verantwoordelijkheid zo serieus nemen.
Geert van der Veen Communicatieadviseur Netwerk Mediawijsheid
Gezond schermgebruik. Dat is waar we het tijdens deze week met zoveel mogelijk Nederlanders over willen hebben. Dat doen we samen met heel veel partners die prachtige activiteiten organiseren, met tienduizenden klassen die MediaMasters spelen en met een geweldig team dat, ook dit jaar weer, een geweldige campagneweek heeft neergezet.
Maar we doen het vooral met elkaar. En dat betekent dat ook ík deze week kritisch naar mijn schermgebruik moet kijken. Ik word immers ook wakker met een telefoon naast m’n bed. Als ik aan het werk ben, kijk ik de hele dag naar een beeldscherm en ‘s avonds is het meestal Netflix wat de klok slaat. Ondertussen probeer ik m’n kinderen aan te leren dat er meer in het leven is dan schermtijd, maar geef ik zelf eigenlijk wel het goede voorbeeld?
Hoog tijd dus om aan de slag te gaan met dit thema. Doe jij ook mee? Dat kan nog tijdens de hele Week van de Mediawijsheid, maar mag daarna natuurlijk ook!
Geert van der Veen Communicatieadviseur Netwerk Mediawijsheid
Het blijkt een soort sergeanten-functie waarbij je heen en weer geslingerd wordt tussen regie, producent, presentatoren en artiesten. Mijn devies en tactiek daarbij werd na een tijdje het best weergegeven met het begrip ‘Meebewegen’. Ik vond als snel dat mijn taak eruit bestond uit het zoveel mogelijk faciliteren van ‘mijn’ presentatoren en ‘mijn’ artiesten. Meedenken over outfits, meedenken over presentatieteksten, meedenken over gastartiesten, over de rol van onze Emmy, de winnares van vorig jaar, en meedenken over hoe we de perspresentatie in Hilversum zo Limburgs mogelijk konden maken.
Inmiddels weet ik trouwens ook precies hoe ik de voorgedrukte presentatiekaartjes in de printer moet leggen voor het beste resultaat en stapelt mijn bureau zich langzaam vol met spullen die straks mee moeten naar Theater aan het Vrijhof, de plek waar het morgen allemaal gaat gebeuren. Er zal hier en daar nog wel een hobbeltje genomen moeten worden, maar ik ben ervan overtuigd dat we morgen om een uur of elf ’s avonds tevreden terug kunnen kijken op een zeer geslaagd evenement. Of is dat de goden verzoeken ? Zapp jij zaterdag om 20.30 uur ook naar jouw regionale zender of naar NPO1 Extra?
We maken één programma voor heel het land. Als je bij de NPO of bij de commerciële collega’s werkt, is dat normaal, maar voor mij als redacteur bij de Limburgse omroep L1 is dat best een bijzonder gegeven. We hebben in Limburg ruimschoots ervaring met grote live-programma’s, dat geldt voor de meeste regionale omroepen, maar dit is toch wel weer allemaal nét een tandje hoger.
Samenwerken met een team waarvan de leden verspreid zijn over het hele land is ook weer interessant. Lang leve Teams, is daarbij het credo. Ook de verschillende app-groepen waaraan ik deel mag nemen als eindredacteur RSF maken dat we deze dagen als volleerd jongleurs op zes plekken tegelijk gaten dichtlopen, brandjes blussen en to do-lijsten afwerken.
Er gaat in mijn optiek trouwens niets boven echt contact met echte mensen. Gewoon elkaar in het gezicht kijken tijdens de vele overleggen werkt nog steeds ’t meest effectief. Ik verheug me er dan ook erg op om alle andere provinciale collega’s te mogen verwelkomen in de mooiste stad van Limburg, zeg maar gerust de mooiste stad van Nederland. ‘Weer zeen ós zaoterdig in Mestreech’!
‘Wat heb je van ons nodig?’ is dan een vraag aan de artiest, maar ook: ‘Hoe kunnen we ervoor zorgen dat je als artiest zo goed mogelijk overkomt straks in de liveshow?’ We kunnen dan ook van alles bieden: een tv-regisseur die door de ogen van de tv-kijker meekijkt, een theaterregisseur die de podium-act onder de loep neemt, een styliste die aan de slag gaat met de outfits, een zangcoach, een choreograaf, je kunt het zo gek niet bedenken of we zijn bereid het uit de kast te halen als L1.
Maar uiteindelijk draait het om de artiest. Waar voelt hij/zij/hen zich happy bij en wat is er nodig? Finaliste Emmy had nog nooit of een groot podium gestaan, dus dat hebben we vorig jaar met haar geoefend. De Limburgse act van dit jaar is daar wat geroutineerder in. Maxime x Glyn hebben al veel ervaring met optreden, maar die zijn zeker niet minder gedreven om goed voor de dag te komen. Qua outfits en look & feel van hun act hebben ze daar zelf duidelijke ideeën over, maar bij het performen voor een tv-publiek kunnen wij als mediabedrijf daarin nog ondersteunen.
Met twee oefensessies in de L1-studio wordt serieus gewerkt aan het finetunen van de act. Net die ene blik, net die ene sierlijke beweging of die ene dansmove kunnen een tv-optreden maken of breken. We gaan het zien zaterdag op de bühne voor een vol theater en misschien wel voor 1 miljoen tv-kijkers in Nederland.
Warme, soulvolle muziek met een dromerig randje, zo zou ik hun muziek beschrijven als je het mij zou vragen. Engelstalig repertoire met een sterke en charismatische man en vrouw als boegbeeld. Ik was dan ook blij verrast toen ik hoorde dat ze mee gingen doen aan het Regio Songfestival.
De eerste kennismaking met de band was op de redactie van L1. We hadden ze uitgenodigd om te praten over de route richting 9 november. Glyn, met Surinaamse roots, nog op vakantie in Málaga, schoof aan via teams en Maxime met haar Curaçaose achtergrond stelde ons voor aan de twee andere bandleden, de Kroatische gitarist Svibor en de Italiaanse drummer en percussionist Giuseppe.
Ik hoef niet uit te leggen dat we het gesprek niet in het Nederlands en zelfs niet in het Limburgs, maar in het Engels vervolgden. Het vervult me met grote trots dat er voor Limburg straks zo’n internationale act op de bühne staat.
Het was dan ook niet vreemd dat ik vorig jaar bij de eerste editie van het Regio Songfestival betrokken werd. De zoektocht die leidde tot de keuze voor een Limburgse kandidaat, compleet met een voorselectie door een vakjury, een ronde met publieksstemmen, en een uiteindelijke keuze voor ‘onze’ Emmy Ackermans zaten in mijn takenpakket.
Nu is het goed om te weten dat we in Limburg veel ervaring hebben met liedjeswedstrijden. In Limburg kennen we het LVK. Dat staat voor Limburgs Vastelaovesleedjes Konkoer, zeg maar het jaarlijkse Limburgse carnavalsliedjes-songfestival. Daar was ik ruim twintig jaar bij betrokken als presentator.
Elk jaar sturen in Limburg ruim 200 (!) artiesten hun ‘carnavalsschlager’ in om mee te dingen naar de titel. Zonder overdrijving durf ik te stellen dat L1 als Limburgse omroep dat festival tot ongekende hoogte heeft gebracht. In Limburg hebben we dus geen gebrek aan artiesten of liedjesschrijvers. Het is voor mij als muziekprogrammamaker een droom om van de Limburgse voorselectie van het Regio Songfestival net zo’n succes te maken als van het LVK.
Handig voor mij, want die foto’s kan ik weer delen op mijn eigen socials. Benieuwd? Check mijn LinkedIn of Instagram. Zo ook deze week. Eindhoven heeft net Dutch Design Week achter de rug. Ik ben er al vaak geweest om reportages te maken voor NOS en Bright, toen het nog onderdeel was van RTL. Maar afgelopen vrijdag presenteerde ik er een event voor DEN, een kennisinstituut dat de cultuursector wil helpen met hun digitale transformatie. Het onderwerp: digitale ruimtes.
Stel, we zijn in het jaar 2040. Hoe beleven onze kijkers of bezoekers dan cultuur? Of je nu een televisieprogramma maakt, een tentoonstelling cureert of in een poppodium werkt. Wie is je publiek en wat doen ze? Bezoeken ze virtuele musea? Ziet iedereen thuis en treffen ze elkaar met hun VR-bril op bij virtuele concerten? En vooral: hoe kun jij, bijvoorbeeld als maker of producent, nu al inspelen op digitale ruimtes zodat je klaar bent voor die toekomst.
Lilian Stolk experimenteert daar al mee. Ze deelde onder andere dit voorbeeld van een hybride vorm: tijdens een fysiek event werden bezoekers gekoppeld aan een digitale bezoeker. Via de telefoon. Samen gingen ze op pad door de tentoonstelling. Onwennig? Zeker. Nieuwe inzichten opgeleverd? Zeker. Harmen van der Hoek onderzoekt met het project ‘Venues of the Future’ nieuwe digitale vormen. Daar valt op dat de taal tussen de techneuten en de artistieke makers soms ver uit elkaar ligt.
Je kan natuurlijk ook all out gaan, waarbij je bijvoorbeeld een concert van Adele fysiek kan bezoeken, maar ook thuis via je VR-bril. Daarbij kun je niet alleen het standpunt uit de zaal kiezen, maar welke plek je maar wilt: de kijker is de regisseur. Misschien wil je wel naast haar zitten aan de piano. Ook aan deze mogelijkheid wordt al nu al gewerkt. Zie mijn column over Corda Arena.
Ik vraag me af hoe de content die ik na afloop toegestuurd krijg er dan uit gaat zien. Krijg ik dan een foto van mijn eigen avatar, met een hoog Pixar-gehalte? Een lege zaal met alleen Adele of zijn de afbeeldingen misschien zo realistisch dat het eigenlijk precies hetzelfde is als een echte foto uit 2024?
Anic van Damme Presentator, dagvoorzitter, journalist tech en innovatie