Het was waarschijnlijk één van de laatste (publieke) optredens van René Delwel bij de goed bezochte Broadcast Media Society in Beeld & Geluid, waar hij na veertien jaar het gezag heeft overgedragen aan zijn Vlaamse collega Bart De Maeyer. Aan de horizon doemt een nieuwe toekomst op voor Delwel, voor EMG naderen de Olympische Spelen in de lichtstad met rasse schreden. Met de Franse présence in de boezem van het moederbedrijf werd de openingsceremonie op vrijdag 26 juli grotendeels aan EMG toegewezen. “We zijn met liefst 150 camera’s bezig op en rond de Seine, een absurde klus die zelfs Lodewijk de Veertiende niet had kunnen bedenken. Zo’n opening is ook topsport.”
Reorganisatie
Net als EMG is ook NEP weer actief op de Olympische Spelen en andere grote sportevenementen deze zomer. Maar zo voor de hand lag dit niet. “Of ik geschrokken ben van wat ik aantrof bij NEP? Ik wist wel dat er veel werk aan de winkel was, maar in alle eerlijkheid: de volle omvang was niet te overzien. Maar ik kon er wel wat aan gaan doen. Hilversum is klein en kent veel ramptoeristen, maar na de reorganisatie in 2023 – waarin we pijnlijke keuzes moesten maken, NEP slonk van duizend naar zevenhonderd medewerkers en we keerden terug naar onze core business – kunnen we weer onze eigen broek ophouden. Binnen onze globale strategie kunnen we ook andere keuzes maken dan altijd alles lokaal willen oplossen.”
Kwart eeuw
Ferry Kesselaar, die sinds november 1999 meedraait in de operationele operatie, weet welke impact de transitie van hardware naar software heeft op ontwikkelingen binnen de facilitaire branche. “Ik zie dat NEP en EMG het moeilijk hebben en zelfs bij een publiekrechtelijke organisatie als de NOS hebben we een verantwoordelijkheidsgevoel voor de gehele branche. Je moet kijken naar lange bestendige relaties, waarbij je elkaar in leven moet houden. We zijn ook echt afhankelijk van elkaar. Kijk je alleen naar technologische ontwikkelingen, dan verschuift het steeds meer naar software. Het is de vraag of de bestaande boundaries en democratie intact blijven. Dat weet ik niet precies, maar het is al een beetje veranderd.”
Veiligheid
Tijdens de Olympische Spelen in Parijs worden niet alleen sportief en facilitair grenzen verlegd, bij deze editie speelt meer dan ooit ook de veiligheid een rol. Voor sporters, publiek én crews. Code geel zweeft als een Zwaard van Damocles boven Parijs. Kesselaar: “Of ik me daar zorgen over maak? Leuk is anders, maar we moeten ons wapenen, want we zijn ook opdrachtgever. Dit betekent locatiebeveiliging. Zo hebben we twee security officers aangesteld binnen de NOS, zodat ze kunnen rouleren. Zij maken ook scans van projecten. We maken ook afspraken voor persoonsbeveiliging. Soms werken we remote, eenvoudigweg omdat we er niet kunnen of durven zijn. Over de werkwijze maken we tijdens productievergaderingen altijd al afspraken met de redactie en facilitaire bedrijven, maar veiligheid vraagt nu extra aandacht.”
Delwel: “Wij werken voor de NOS, Team-NL en RTL, het dagelijkse programma van Humberto, doen veel wedstrijdregistraties, van basketbal tot BMX en marathon voor de organisatie.”
Van Westerloo: “NEP staat in Parijs met totaal zo’n 175 camera’s bij acht venues voor OBS, de Olympic Broadcasting Services. De afgelopen twee jaar was NEP met OBS en Intel actief om virtual outside broadcast te ontwikkelen. Bij vijf venues staan we met ‘traditionele’ OB Trucks. Voor vier sporten, vanaf drie locaties, verzorgen we alle live productie – en de postproductie – op basis van een softwarebased platform. Geen specifieke hardware meer in trucks maar ‘processing power’ op ‘gewone’ servers. Dit resulteert in een flexibelere inzet van hardware, minder gewicht om te vervoeren aan apparatuur en een lager stroomverbruik. We zijn hier al een tijdje mee bezig, maar doen het nu dus live in de praktijk voor honderden miljoenen kijkers.”
Cadeautje voor collega’s
Van Westerloo: “Het hockey doen we, opnieuw samen met EMG, voor de host broadcaster. We willen dit op onze manier in beeld brengen. Het is eigenlijk een cadeautje voor collega’s om dat te mogen doen, samen met de NOS.”
Delwel: “De organisatie heeft vaste crewtarieven waarvoor de NOS een team bij ons kan inhuren. Eigenlijk kunnen we daar niet voor werken vanuit Nederland, dus dit doen we omdat we het leuk vinden. De NOS huurt onze mensen in voor hockey, maar de regiewagen is van een ander bedrijf. Die OB Truck kan wel van ons zijn, als we daar toevallig voor de organisatie staan, maar meestal niet. Als je voor de organisatie werkt, lever je in principe de spullen en een guarantee crew. Vervolgens is het vooral afhankelijk van de timing hoe goed we daaraan verdienen. De Winterspelen vallen bijvoorbeeld midden in het voetbalseizoen. Dat is al hartstikke druk en dan moet je nog naar de Spelen met alle spullen, die je eigenlijk niet of nauwelijks meer hebt. Veel inhuren dus.”
Trackrecord
Van Westerloo: “Olympische Spelen hebben een aanzuigende werking en staan goed op ons portfolio, maar we mogen geen reclame maken van de organisatie. Toch helpt het bij commerciële gesprekken. Wij hadden de registratie van de Major League Soccer in de VS voor Apple TV nooit verworven zonder ons trackrecord met EK’s, WK’s en Spelen. Bovendien zijn superevenementen vaak logische momenten waarop je als bedrijf kunt investeren in nieuwe technologie, camera’s of lenzen.”
“Superevenementen zijn vaak logische momenten
waarop je als bedrijf kunt investeren”
“Hoe kijk jij naar de Nederlandse situatie, Ferry? Is er licht aan het einde van de tunnel?”
Kesselaar: “Om te beginnen is het al lang geen Nederlandse business meer. EMG is een Europees bedrijf, maar in feite doe ik zaken met de Hollandse dependance. Het is natuurlijk gewoon een bezettingsgraad-business, net zoals de vliegtuigindustrie. Ik kan in Berlijn of Leipzig moeilijk zeggen: we doen het EK voetbal twee weekjes later, want dat komt handiger uit voor de bezettingsgraad van NEP of EMG. Wij proberen zo veel mogelijk tijdig te plannen. Daarin zijn wij al flink opgeschoven. Wij beginnen meestal vier of vijf maanden van tevoren. Ik geloof dat wij al in december een crew voor Koningsdag hebben uitgevraagd. Zo kun je meer zekerheid bieden.”
Terugverdienen
Delwel haalt de dagelijkse continuïteit aan van talkshows, showbizz- en nieuwsprogramma’s. “Die diensten zijn doorgaans geen acht uur. Als mensen vier uur werken, moet je wel een dag afrekenen met je medewerker, terwijl je die vier uur ergens anders moet terugverdienen.”
Hij haalt het praktijkvoorbeeld aan hoe NTR en NOS nu samenwerken. “Hier maken twee zenders afspraken, zodat wij met diezelfde ploeg twee diensten kunnen draaien. Net als die editor of vormgever. Als wij mensen acht uur per dag aan het werk houden, dan maakt het niet uit hoe groot die sector is. Sterker nog, dan kun je zelfs met een kleinere sector geld verdienen.”
Kesselaar: “Dit gaat over transparante arbeidsvoorwaarden. Als branche hebben we een gezamenlijk belang. Bovendien is het gewoon wettelijk vastgelegd. Producenten moeten ook accepteren dat we het anders moeten gaan doen, want we zijn allemaal gewend om op het laatste moment alles af te zeggen. Die ongekende flexibiliteit hebben wij in deze sector aan onszelf te danken. Ik denk dat we vaak veel verder vooruit kunnen plannen.”
“Die ongekende flexibiliteit
hebben wij in deze sector
aan onszelf te danken”
Onzekerheid
Manon van der Hoek – Chief Commercial & Legal Affairs Fremantle – maar bij de BMS toch vooral prominent present in haar rol als NCP-voorzitter: “Ik denk dat die planning precies is waar wij als producenten vaak ’tussenin’ zitten. Zenders plaatsen soms laat bestellingen, dan moet iedereen anticiperen. Na de periode van corona en alle prijsstijgingen kunnen we ook niet alle kosten één-op-één doorberekenen. De druk op budgetten is nog veel hoger, terwijl aan de onderkant kosten enorm stijgen. Producenten kijken hoe effectief alles binnen budget past en hoe we vaste mensen maximaal kunnen inzetten. Maar daar zitten we ook weer in een squeeze, want deze discussie gaat in feite ook over freelancers en vaste contracten. Er is zoveel onzekerheid. Als je een grote dramaserie maakt, kun je diezelfde mensen niet het volgende seizoen een realityshow laten produceren. Dat is weer die andere vorm van druk: te veel vaste mensen…”
Continuïteit
“Zie jij een structurele oplossing voor dit personeelsprobleem, Ferry?”
Kesselaar: “Dit is nu eenmaal een marginale business. Recent was er weer zo’n doelmatigheidsonderzoek. Een medewerker van een niet nader te noemen bureau zei: kan er niet nog wat af van die facilitaire inhuur? Ik zei: ‘Nee, dat ga ik gewoon niet meer doen.’ En ik vroeg: ‘Wat verdien jij eigenlijk per uur?’ Hij noemde het tarief niet, maar ik schatte hem in op junior niveau van 160 euro. ‘Wat denk je dat een cameraman op een motor krijgt?’ Hij noemde zeker wel bedrag X. ‘Nou, daar zit het ongeveer 50 euro onder!’ Dus wat mij betreft hebben we die discussie gehad, je kunt het niet meer zoeken in prijs. Nog wel in aantallen én in apparatuur. En in continuïteit. Wij sluiten vaak ook echt deals op continuïteit.”
Programma’s clusteren
“Als voorzitter van de werkgroep Faciliteiten heb ik veel contact met collega-omroepen, die weer afhankelijk zijn van schemabouwers. En van geld op schema. Het stuitert dwars door de keten. Dus je moet dit gesprek wel met elkaar voeren. Ik heb dé oplossing niet, maar ik weet wel wat deze bedrijven nodig hebben: continuïteit en bezettingsgraad. Nu clusteren wij dus programma’s, zodat je een bulk kunt neerzetten en toch nog een redelijk concurrerende prijs krijgt.”
De heren en dame zijn eensgezind: als je de magie van televisie niet ziet of de passie voor het vak niet voelt, moet je echt wat anders gaan doen. Inventieve technologie, daar gelooft Delwel in. “We zijn geneigd om voor het beste van het beste te gaan. Het beeld mag nooit uitvallen. Zeker live niet. Maar bij bepaalde programma’s kun je best met een lagere technologische standaard werken. Niet zozeer qua tv-signaal, maar met goedkopere apparatuur. En minder mensen.”
Op het matje
Hij kan zich de dag levendig herinneren dat hij net in Hilversum werkte en op het directiematje van een omroep werd geroepen om te verantwoorden waarom één van elf camera’s was uitgevallen. “Ik kreeg de volle laag. Zo hysterisch kan het zijn. Als dat de norm is, dan blijven de kosten zo. Maar als je zegt: misschien is het niet zo heel erg als er soms een spetter te zien is op één camera, dan kun je met andere apparatuur werken. Dat zie je overigens al gebeuren, ook onder druk van budget. De vraag is: heb je altijd een hoofd beeldtechnicus en shader nodig? Kunnen delen niet met robotics worden opgelost? Of AI? Er zit veel conservatisme in de creatieve hoek. Als wij ideeën aanleveren hoe het ook kan, is de teneur vaak: doe maar liever gewoon. Oké, als dat de wens is, kan het dus niet goedkoper. Maar ik lever liever minder tegen een fatsoenlijk tarief dan verder drukken op tarieven. Ik geloof wel in smart oplossingen.”
“Er zit veel conservatisme
in de creatieve hoek”
Keuzes maken
Hij haalt Koffietijd van weleer aan. “Dat moest naar Amsterdam, in de studio van de Postcodeloterij. Jos Budie, toen nog een jonge moderne regisseur, zei: ‘We gaan het anders doen! Er mogen drie cameramensen naar binnen, dus ik heb een paar leuke railsystemen bedacht’. Sindsdien maakten we dit met dertien camera’s, waarvan drie bemand. Toen kon het ineens wel. Zo kun je ook prima televisie maken, maar dan moet je wel keuzes durven maken.”
Van Westerloo: “Deze kant van de keten is relatief nieuw voor mij, maar ik ben echt geschokt dat wij zo’n beetje het enige land in Europa zijn waarbij we OBV’s bouwen zonder contracten. In Engeland bouwen wij wagens voor onze opdrachtgever van de Premier League en die tikt hem gewoon af in die periode. Ja, dan mag je van mij ook bepalen waar die monitor wordt geplaatst!”
Onberekenbare industrie
Delwel: “Je kunt je bedrijf niet bouwen op onze onberekenbare industrie. Als de publieke omroep flink moet bezuinigen, terwijl we net hebben geïnvesteerd in een reportagewagen valt een deel van de vraag weg. Dat is zo’n typische aanhoudersdiscussie: voor welk contract bouw je die wagen dan? Tja, ik heb geen contract, maar ik moet wel 70 miljoen omzet halen, dus ik heb wagens nodig om aan de vraag te kunnen voldoen.”
Kesselaar: “In andere landen doen ze ook nog iets anders: ze scheiden hardware en personeel. Dat zijn geen geïntegreerde diensten, dit is een extra risico voor jullie. Kijk naar Duitsland, Engeland of Frankrijk, daar leveren ze een wagen met een basiscrew en dan moet de omroep of producent het zelf verder produceren.”
België!
Manon van der Hoek stipt een andere actuele internationale ontwikkeling aan: “Als je kijkt naar het genre scripted, is de Tax-shelter in België van belang, want door die regeling worden investeringen in de Belgische audiovisuele industrie gestimuleerd. Zo’n investering kan een flinke bijdrage leveren aan de financiering van een serie, waardoor het interessant wordt om onderdelen uit de keten te verhuizen. Wat kun je relatief makkelijk uitbesteden? Apparatuur en postproductie. Terwijl de Nederlandse overheid wil dat internationale streamers een deel van de omzet hier in Holland produceren, en zo de Nederlandse sector stimuleert, zou je ook een soort Tax-sheltersysteem moeten introduceren. Zo blijft het interessant om postproductie volledig in Nederland te besteden, daar help je de sector echt verder mee.”
Tot slot vroeg Jeroen te Nuijl aan Job Scholtze van The Crew: hoe luister jij naar deze discussie? “Ik voer die wekelijks met mijn vrienden. Als we moeten inleveren, gaat dat ook over apparatuur. Kijk je nu naar offertes, dan gaat het merendeel naar mensen. En je gaat die medewerkers nog meer frustreren als je ze hetzelfde laat doen met goedkopere spullen, waarin ze meer energie moeten stoppen om het voor elkaar te krijgen. Want we willen liever niet inboeten op kwaliteit. Ik denk niet dat dit de oplossing is. Als we minder geld hebben, moeten we minder maken. Niet met twaalf camera’s, maar met zes, dat is mijn wijze les. Maar dat wil eigenlijk niemand…”
Bron: BM
Foto: Patrick Loosman