Article header image
Article header image

NOS maakt wekelijks journaal voor mensen met taalproblemen

Het programma heet NOS Nieuws van de Week en is online te volgen. Elke aflevering duurt tien minuten en behandelt drie onderwerpen. “We vinden het belangrijk dat iedereen het nieuws snapt en kan volgen. Daarom gebruiken we in dit journaal geen ingewikkelde woorden”, legt nieuwslezer Astrid Kersseboom uit in een introductiefilmpje.

De afgelopen anderhalf jaar is de NOS bezig geweest met een onderzoek naar verschillende groepen Nederlanders en hoe zij nieuws begrijpen. Daarbij werd voornamelijk gekeken naar mensen die moeite hebben met de Nederlandse taal.

Bron: AD/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Ron Fresen op De Perstribune van MAX

Ron Fresen is bekend als politiek verslaggever bij de NOS. Deze maand bracht hij een boek uit over zijn werk bij het NOS Journaal van 20.00 uur: Acht jaar Achtuur. Daarin onthult hij dat hij sinds 2018 lijdt aan een ongeneeslijke vorm van prostaatkanker. Mede daarom maakte Fresen bekend volgend jaar te stoppen bij de NOS.

In De Perstribune signaleert mediadeskundige Ron Vergouwen verder opvallende mediatrends uit heden en verleden. De Perstribune wordt gepresenteerd door Margreet Reijntjes.

Bron: Omroep MAX/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Ron Fresen stopt bij het NOS Journaal

Fresen wil meer tijd en ruimte voor andere dingen: “Het is een zware baan die 24/7 veel van je vergt, zeker in deze tijd van politieke en maatschappelijke spanningen. Ik vind het een prachtbaan en heb het altijd met veel passie en energie gedaan”.

Over zijn jaren bij de NOS schreef Fresen ook het boek Acht jaar Achtuur dat dinsdag 26 oktober wordt gepresenteerd. In dat persoonlijke boek vertelt hij over alle facetten van zijn werk bij het NOS Journaal, waar hij in 2004 in dienst kwam. Fresen schrijft verder kritisch over de huidige politieke cultuur en houdt een pleidooi voor scherpere keuzes in de journalistiek.

Zijn vertrek per 1 mei betekent dat hij voor de NOS nog de duiding zal verzorgen van enkele grote politieke gebeurtenissen: de formatie, een nieuw kabinet en de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2022.

Ron Fresen is overigens ongeneeslijk ziek. Hij zegt in een interview met de Volkskrant dat hij aan prostaatkanker lijdt.

Bron: NOS/BM
Foto: Stefan Heijdendael/NOS

Bericht delen
Article header image
Article header image

Robin Nanninga, Verslaggever RTV Dordrecht en NOS

Verslaggeefster Robin Nanninga viel dan ook met haar neus in de boter, toen ze vier maanden geleden daar de lokale journalistiek mocht helpen versterken. “Er hangt hier een leuke, enthousiaste, open sfeer en iedereen doet zijn best om die samenwerking te laten slagen.”

Robin Nanninga legt uit hoe haar dag er nu uitziet: “Vanaf 9 uur druppelt iedereen binnen en rond half 10 vergaderen we op de redactie van RTV Dordrecht over de komende dag. Het streven is om ongeveer ieder uur een nieuw bericht op de website te plaatsen en we maken met vier à vijf video-items per dag elke dag een nieuwsuitzending van zo’n 10 minuten. In de vergadering worden nieuwe ideeën besproken en wordt al het (onderzoeks)werk verdeeld. De focus ligt bij ons op video”

Uitwisseling
“Onze eindredacteur heeft iedere dag contact met RTV Rijnmond. Daar ontvangen ze iedere ochtend een lijst met onderwerpen vanaf onze redactie die ook voor RTV Rijnmond of misschien zelfs de NOS interessant zijn. Andersom ontvangt RTV Dordrecht een lijst met onderwerpen van RTV Rijnmond, omdat zij zelf ook actief zijn in onze gemeente. Die uitwisseling gaat steeds beter, al is het wel nog even wennen. Maar daar wordt aan gewerkt, haha.”

“Hiervoor werkte ik bij het AD en daar lag de focus veel meer op eigen nieuws maken. Dat is iets waar bij RTV Dordrecht nu wel meer aan gewerkt wordt: niet alleen de agenda goed volgen maar ook zelf nieuwe onderwerpen maken. Er gaat met onze komst veel aandacht naar de kwaliteit, niet zozeer kwantiteit. Ook zijn we nu al bezig met het voorbereiden van de gemeenteraadsverkiezingen. Dat is natuurlijk een uitgelezen kans om als lokale omroep je meerwaarde te bewijzen.”

Appgroep
“Ook het overleg met omroepen uit omliggende gemeenten levert ons veel op. We zitten met de NOS-collega’s uit de regio in een appgroep die behoorlijk actief is. En we zien elkaar ook regelmatig. Zo hebben we een uitgebreid overleg gehad over welke thema’s we de komende tijd extra aandacht gaan geven. In samenspraak met Open Rotterdam hebben we kortgeleden een item gemaakt over starters op de woningmarkt. Hier in Dordrecht werken wij al langer met een starterslening, waar ze in Rotterdam nu net mee zijn begonnen. Wij konden toen een item maken over hoe het er hier in Dordrecht voor staat.”

“Het item over de starterslening is een mooi voorbeeld van waar samenwerking met andere lokale omroepen toe kan leiden. Open Rotterdam was met dit onderwerp bezig, omdat het daar nieuw is. Dit gaf ons reden om ook hier te kijken hoe het er eigenlijk voor staat en dat bleek nieuwswaardig te zijn.”

“Een reportage over muziek op de IC vond ik zelf een geslaagd item, eentje waar ik trots op ben en waar veel positieve reacties op zijn gekomen. Ik zie nog niet heel veel plopkappen van RTV Dordrecht bij het NOS Journaal langskomen maar verwacht dat dat de komende tijd beter gaat worden.”

“Je ziet wel verschil in professionaliteit, maar iedereen is bereid om van elkaar te leren. Zo kan ik me goed voorstellen dat het mojo-werk waar wij mee terug komen, best wennen is voor lokale omroepen die een eigen werkwijze ontwikkeld hebben. Hier zie je echt dat vrijwilligers goud waard zijn. Zo zijn er hier ieder weekend wel vrijwilligers die op pad gaan om items te maken en dat scheelt echt heel veel. In totaal zijn we dagelijks ongeveer met zijn achten: drie verslaggevers, twee stagiaires, een cameraman, bureauredacteur en een eindredacteur). Aan het bureau zit ik met Stephanie (ook van de NOS), met wie ik veel samenwerk.”

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Marcel Gelauff, hoofdredacteur NOS Nieuws: “Ik weiger om negatief te zijn over de toekomst”

Marcel Gelauff: “Ik weet niet goed hoe je tien jaar vooruit moet kijken. De veranderingen gaan zo snel. Had ik tien jaar geleden kunnen voorspellen dat de journalistiek vandaag nog steeds zo relevant zou zijn voor zulke grote groepen? En wat we nu allemaal doen? Ik denk het niet. De smartphone is pas van 2007 en nu kunnen we al niet zonder. Zo snel is het allemaal veranderd. Zo onvoorspelbaar is het.”

“Bestaat lineaire TV dan nog zoals we het nu kennen? Bestaan de kranten nog zoals we ze nu kennen? Ik vraag het me zeer af. Tegelijkertijd zal de behoefte aan betrouwbare en kritische nieuwsmerken – die zin van onzin scheiden, context en achtergronden schetsen en de macht controleren – er over 10 jaar ook nog zijn. Daar ben ik echt van overtuigd. Een pluriforme samenleving heeft behoefte aan betrouwbare informatie en cohesie. De journalistiek als fundament van de democratie is daar cruciaal in.”

“Ik denk dat wij als NOS goed ingespeeld hebben op alle veranderingen, die internet teweeg hebben gebracht. Al in 2005 heeft de NOS hier een grote nieuwsredactie gevormd die zowel nieuws op radio, tv als online verzorgt. Via onze app, Instagram, NOS Stories en Op YouTube zijn we er in geslaagd om een veel jonger publiek te bereiken. We willen daar met onze content zijn waar ons publiek is en dat moet en zal de kern van onze strategie blijven.”

Vergrootglas
“De journalistiek is onder een vergrootglas komen te liggen, maar als je de balans opmaakt denk ik dat alle ontwikkelingen de journalistiek juist sterker en relevanter hebben gemaakt. Ook dwingen die ontwikkelingen ons om steeds beter en vaker in de spiegel te kijken. Maar de invloed van Big Tech is echt een zorg. Algoritmes en louter commerciële overwegingen die op wereldschaal bepalen wat je te zien krijgt – fake of niet – en welke informatie je krijgt. Het is een bedreiging voor de pluriformiteit, leidt tot bubbels, desinformatie en draagt bij aan polarisatie.”

“En de persoonlijke veiligheid van onze journalisten is nu een belangrijk issue. Internationaal in elk geval – maar ook nationaal – en ik zie dat niet zomaar minder worden. Vroeger speelde de veiligheid van journalisten in Nederland alleen bij voetbalrellen. Nu moet je er als journalistieke organisatie veel vaker rekening met geweld houden. Het Genootschap van Hoofdredacteuren, de NVJ, het OM hebben samen met de politie hebben eind 2019 gezamenlijk Persveilig opgericht. Het is helaas nodig en begint gelukkig effect te krijgen. Vanuit de politiek wordt nu regelmatig steun aan de journalistiek uitgesproken. Het staat gelukkig nu veel meer op de maatschappelijke agenda.”

Rond 2000 gaf het NOS Journaal – onder hoofdredacteur Hans Laroes – zichzelf de opdracht om de straat en de staat meer te verbinden. Maar gewone mensen – die met minder onderbouwde, emotionelere reacties in het Journaal kwamen hebben misschien ook hun bijdrage geleverd aan de opkomst van populisme en een grotere polarisatie. De reflex had – toen jij hoofdredacteur werd – kunnen zijn: we gaan terug naar de feiten, naar de wetenschappers, naar de instituten. Dat zou toch best verdedigbaar geweest zijn?
“Nee, dat is veel te beperkt. We laten zien wat er in de wereld gebeurt, we kiezen die onderwerpen die we vanuit onze publieke opdracht relevant vinden voor ons publiek en berichten daarover. Niet vanuit de wil van de kijker, maar we vragen ons af wat de wereld van de kijker is. Daarvoor moet je met de hele samenleving verbonden zijn. Zeker, feitelijk zijn is de basis en daar zijn we de hele dag mee bezig, maar niet met je rug naar het publiek. Daar volgt ook het belang van diversiteit uit. Welke bronnen en contacten heb je en welke niet? Welke invalshoeken zie je over hoofd? Komt misschien toch te veel uit de Randstad? Daar komt ook die behoefte aan samenwerking met regionale en lokale omroepen vandaan.”

Heb je het gevoel dat je als NOS – onder invloed van de samenleving – moet mee veranderen?
“Zeker en dat doen we ook natuurlijk, maar de samenleving is niet een geheel. Het is niet een. Het lijkt soms alsof er alleen maar kritiek op ons is, maar dat is een scheef beeld. Er zijn miljoenen mensen die de NOS en de journalistiek vertrouwen, die ons nieuws belangrijk vinden en ons elke dag opzoeken. NOS Nieuws is het meest vertrouwde nieuwsmerk in Nederland. Al jaren. De journalistiek heeft soms de neiging te veel naar extremen in de samenleving te kijken en meer radicale uitingen of uitspraken eerder als een onderwerp te zien dan wat er omgaat in de veel grotere groepen in het midden. Dus ja, je moet meebewegen met veranderingen, maar je wel blijven afvragen of je op langere termijn een evenwichtig beeld schetst.”

“De periode Trump heeft ons bij dat besef geholpen. Sommige Amerikaanse nieuwsorganisaties hebben achteraf gezegd dat ze te vaak te gemakkelijk Trump aan het woord lieten en zijn frames en aanhoudende leugens bleven uitzenden als ware het feiten. Want ja, het viel op, het was opmerkelijk en leidde tot hogere kijkcijfers en inkomsten. Maar het inhoudelijk evenwicht was zoek. We zijn ons meer bewust zijn geworden van zulke mechanismen. Ik denk dat de fundamentele waarden van de journalistiek over 10 jaar niet veranderd zullen zijn. Maar wat het van je vraagt als organisatie, hoe je optreedt, hoe je je redactie samenstelt en welke journalistieke producten je maakt zal blijven veranderen.”

Tempo hoger
“Als ik nu naar onze redactie kijk, is er natuurlijk wel veel veranderd en dat zal niet stoppen. De 24/7 nieuwsvoorziening vraagt veel van onze redactie. De druk is groot, veel groter dan tien jaar geleden. Dat zit hem ook in wat we allemaal maken. Voor televisie, radio, online en social. Vroeger maakte je voor televisie op een dag één bijdrage over de bosbranden in Turkije of Griekenland. Nu maak je voor verschillende platforms meerdere verhalen over bosbranden. Voor YouTube, voor Instagram. Dat vraagt veel meer van de redactie. Het tempo is veel hoger en dat zal niet weggaan. Vroeger kreeg je na een week een brief van iemand en die vroeg of een item niet anders gemaakt had kunnen worden. Nu krijg je binnen vijf seconden een app of een mail en moet je nadenken over hoe je daar snel op reageert en of het invloed heeft op je berichtgeving.”

“Ik weiger om pessimistisch over de toekomst te zijn. Ik ben opgevoed in de tijd van de Koude Oorlog met de angst voor wat er aan de andere kant van de Berlijnse Muur gebeurde en hoe bedreigend dat voor ons was. Maar als je je laat verlammen door bedreigingen kom je nergens. Je moet de ambitie blijven houden om de lat steeds weer hoger te leggen, de ambitie om te blijven veranderen en blijven staan voor je kernwaarden. Voor ons als nieuwsredactie en evenzeer voor de journalistiek betekent het, dat we onze onafhankelijkheid moeten koesteren en ons moeten blijven realiseren dat we dienstbaar zijn aan ons publiek en onze democratie. Dat stelt eisen aan wat we doen en laten. Hoe FOX News bijvoorbeeld bericht over corona vind ik onvoorstelbaar en onbegrijpelijk. Als je als journalistiek zo afglijdt, is er echt een probleem. Daarom vind ik het ook zo belangrijk dat de samenleving de komende tien jaar de durf zal hebben om de publieke nieuwsvoorziening en de waarden waar we voor staan ondubbelzinnig te steunen. Dat is en blijft nodig.”

Volgende week het tweede deel van het gesprek met Marcel Gelauff over de pilot ‘Versterking Lokale Journalistiek’, waar de NOS ook deel van uitmaakt

Bron: BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Dionne Stax stapt over naar Omroep MAX

Ze zal vanaf het najaar exclusief programma’s gaan maken voor de omroep, waaronder ARIA. In dat muziekprogramma wordt een zoektocht gestart naar nieuw operatalent. Stax begon haar televisieloopbaan in 2012 bij de NOS waar ze presentator werd van het NOS Journaal. Daar zou ze tot 2019 werken, waarbij ze ondertussen klussen voor Omroep MAX deed, zoals Nederland Slaapt en Van onschatbare waarde.

“MAX gaf me als eerste de kans om mij als presentator te ontwikkelen. Dat heb ik enorm gewaardeerd, want daardoor ben ik nog meer van het tv-vak gaan houden. MAX voelt dan ook als een warm bad, een club waar ik me thuis voel”, aldus Stax. Bijna twee jaar geleden stapte ze van de NOS over naar AVROTROS waar ze naast televisie (Gouden Televizier-Ring Gala, DNA Onbekend) ook radio ging doen: Stax & Toine, samen met Toine van Peperstraten. Eind februari van dit jaar stopte ze daarmee, toen ze radio niet meer met haar televisiewerk kon combineren.

Omroep MAX-directeur Jan Slagter is blij met haar komst. “We kennen Dionne natuurlijk al langer en werken altijd met veel plezier samen. Des te leuker is het dat ze nu vast onderdeel wordt van ons team.”

Bron: Omroep MAX/AD/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Ruim 1,7 miljoen mensen zien Max Verstappen Grand Prix van Oostenrijk winnen

Het was de derde keer op rij dat de 23-jarige Verstappen een Grand Prix in de Formule 1 won. Verstappen reed in Oostenrijk iedere ronde aan de leiding, net als een week geleden. Lewis Hamilton had schade aan zijn auto en viel mede daardoor terug van de tweede naar de vierde plek. De achterstand van Hamilton (150 punten) op Verstappen (182 punten) in het wereldkampioenschap is nu 32 punten.

Ook de voor- (419.000 kijkers) en nabeschouwing (884.000 kijkers) waren goed voor een plek in de top 25 van best bekeken programma’s van Stichting KijkOnderzoek. Het NOS Journaal behaalde zondag 2.017.000 kijkers.

Bron: Nu.nl/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Vertrouwen in nieuws tijdens coronacrisis toegenomen

Samen met het Reuters Institute for the Study of Journalism vroeg het CvdM begin dit jaar ruim tweeduizend mensen naar hun nieuwsgebruik voor het Digital News Report Nederland 2021.

In het rapport dat woensdag is verschenen, staat dat de frequentie van het nieuwsgebruik de laatste vier jaar nauwelijks is veranderd. ‘Sinds 2017 raadpleegt 96 procent van de Nederlanders ten minste één keer week het nieuws. In 2021 is dit aandeel 97 procent. We zien wel een duidelijke stijging van personen die heel vaak nieuws raadplegen op een dag (zes keer of vaker op een dag): van 16 procent in 2020 naar 22 procent in 2021.’

Twee derde van de jongeren tot 24 jaar noemt online nieuws en sociale media als voornaamste bron van nieuws. Onder 55-plussers is dat maar ruim 20 procent. Als het om gebruik van televisienieuws en print als voornaamste nieuwsmedia gaat, zijn de verhoudingen juist andersom.

Vertrouwen in nieuws is groot
Het vertrouwen in nieuws is in Nederland al jaren een van de hoogste van de ruim 40 onderzochte landen en is in het afgelopen jaar verder toegenomen, stelt het CvdM. Alleen onder jongeren tot 24 jaar is het vertrouwen in het merendeel van het nieuws dat ze zelf gebruiken niet gestegen. Ook is het aandeel van Nederlanders dat sociale media wantrouwt verder gestegen.

Daarnaast maken steeds meer Nederlanders zich zorgen over wat ze voor waarheid kunnen aannemen op internet. Daar is volgens het CvdM een duidelijk effect te zien met de pandemie. Bijna de helft van de respondenten (40 procent) zegt dat het in de afgelopen week foutieve of misleidende informatie over het coronavirus is tegengekomen.

Journalisten en nieuwsorganisaties genieten ook nog altijd het meeste vertrouwen als het gaat om bronnen. Slechts 7 procent noemt die groep een zorgwekkende bron, terwijl activisten en actiegroepen (37 procent) het minst worden vertrouwd. Facebook wordt het vaakst genoemd als bron van foutieve of misleidende informatie.

Het vertrouwen in Nederlandse nieuwsmerken blijft door de jaren heen stabiel. Het NOS Journaal is met rapportcijfer 7,4 nog steeds het nieuwsmerk met het grootste bereik en hoogste vertrouwen. Daaronder volgen RTL Nieuws en nu.nl met een 6,8. Kranten De Volkskrant, Trouw, AD, NRC en Het Financieele Dagblad schommelen tussen de 6,6 en 6,7. LINDAnieuws en GeenStijl staan onderaan het lijstje met een 5,3 en 4,8 als rapportcijfer voor het gemiddelde vertrouwen.

Bron: CvdM/NOS/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Omroeppionier Rik Brugman (92) overleden

Als hoofd beeldtechniek van de NOS voerde Rik Brugman in de jaren zestig en zeventig talloze cruciale technische verbeteringen door, zoals de praktische inrichting van televisiestudio’s en reportagewagens. Om personeel te besparen, ontwikkelde Rik studio-apparatuur met op afstand bedienbare camera’s. Deze werden veelvuldig gebruikt bij het NOS Journaal en in de Tweede Kamer.

Rik solliciteerde begin jaren vijftig bij de NTS, de eerste Nederlandse televisieomroep en de voorloper van de NOS. Hij startte als video-schakeltechnicus, maar werkte zich snel op binnen het bedrijf. Rik viel op door de inventiviteit waarmee hij de vele technische problemen waar het jonge medium mee kampte probeerde op te lossen.

Innovaties
NOS-regisseur Henk Kuperus werkte in de jaren zeventig en tachtig nog samen met Brugman. “Hij was een technische tovenaar die altijd bezig was nieuwe innovaties te bedenken”, prijst Henk. “Technici in Hilversum krijgen zelden publiekelijk de eer die ze verdienen. Wat zij achter de schermen doen, staat in dienst van het vak en het medium. Maar Rik was op dit gebied een van de allergrootste die Nederland heeft gekend.”

Rik Brugman ging in 1989 met pensioen. Zijn vader was poppenspeler Bert Brugman, die in de eerste decennia van de Nederlandse televisieprogramma’s als Dappere Dodo en Buffalo Bill maakte. Zijn zoon hielp zijn vader op 9 oktober 1951 bij de eerste landelijke tv-uitzending van de VARA, het satirische poppenspel De Cameraatjes.

Bron: RTL Boulevard/BM

Bericht delen