Article header image
Article header image

Raad van State maakt gehakt van aanpassing Mediawet

Dat laatste was juist de hele bedoeling van deze aanpassing van de Mediawet. De Raad van State adviseerde maandag echter tegen het wettelijk vastleggen van een maximaal aantal streekomroepen, omdat te grote verzorgingsgebieden funest kunnen blijken voor de lokale binding en er mede daarom flexibiliteit moet blijven om alsnog gebieden op te splitsen.

Door de gemeenten uit de financieringslus te halen, wil demissionair minister Moes (OCW) de onafhankelijkheid van de lokale journalistiek versterken. De meeste lokale omroepen doen verslag van de gemeentelijke politiek en het is moeilijker om partijen kritisch te bevragen als ze over jouw budget beslissen, is de gedachte. Maar de Raad van State vindt het voorgestelde model verwarrend en de financiële verwachtingen vaag. Bovendien denkt Moes dat gemeenten spontaan zullen bijbetalen, maar volgens de Raad is dit nergens op gebaseerd.

AVG
In het plan gaat, naast de gemeenten, ook koepelclub NLPO adviseren over wie in een gebied de streekomroep mag zijn. Het Commissariaat voor de Media besluit dan op basis van deze twee adviezen, maar de criteria daarvoor lopen door elkaar. Ook waarschuwt de Raad dat de NLPO veel macht krijgt over het landelijke concessiebeleidsplan, waardoor de stichting onbedoeld een verkapt overheidsorgaan lijkt te worden.
Juridisch doet zich nog een opmerkelijk dilemma voor: lokale omroepen moeten een Programmabeleid Bepalend Orgaan hebben, met vertegenwoordigers vanuit diverse maatschappelijke stromingen. Dat moet bewezen worden aan het Commissariaat en de gemeenteraad. Maar juist het lidmaatschap van bijvoorbeeld een kerk is een bijzonder persoonsgegeven, dat je onder de AVG niet zomaar mag opslaan of doorgeven, waarschuwt de Raad.

Het negatieve advies is niet alleen een klap(je) voor het demissionaire kabinet-Schoof en demissionair BBB-minister Moes. Beoogde nieuwe coalitiepartijen hadden al vervolgplannen; zo wil D66 ook de regionale publieke omroepen (nog) centraler financieren. Momenteel loopt de publieke internetconsultatie voor de indeling van Nederland in tachtig omroepstreken gewoon door. Maar inmiddels lijkt het terug naar de tekentafel voor deze herziene Mediawet, die eigenlijk op 1 juli 2026 had moeten ingaan.

Bron: BM/Raad van State/Roeland van Zeijst

Bericht delen
Article header image
Article header image

Kabinet zet streekomroepen door

Zij denkt dat haar opvolger Gouke Moes nog dit jaar een opgefriste Mediawet zal aanbieden waarin dit nieuwe stelsel wordt verankerd. De financiële details zijn voor het nieuwe kabinet. OCW wil na 1 juli 2026 vaststellen hoeveel geld het Rijk jaarlijks in de streekomroepen steekt. Ook wordt dan de verdeelsleutel bepaald waarmee dit budget verdeeld wordt, zoals de invloed van het aantal huishoudens per streek.

De financiering van publieke lokale omroepen loopt nu via het Gemeentefonds. Hierdoor besluit iedere gemeente over de financiën van de omroep die lokale democratische controle kan uitvoeren en het kabinet wil van deze afhankelijkheidsrelatie af. Met de schaalvergroting wil Hermans daarnaast professionalisering, publiek-private samenwerking en uitwisseling met regionale omroepen versterken. De VNG vreest dat de herindeling de lokale binding juist verzwakt; het opgelegde maximum van tachtig streekomroepen zit veel gemeenten dwars.

Splitsingsverbod
Hoe dit in praktijk uitpakt, blijkt uit de weigering van Hermans afgelopen dinsdag om de te vormen streekomroep Twente op te splitsen. Vijf lokale omroepen en hun gemeenten hadden hierom gevraagd, mede vanwege de hoeveelheid inwoners en onderlinge cultuurverschillen, maar koepelclub NLPO wees dit af. Ondanks aandringen van NSC – bij het indienen van dit verzoek nog coalitiepartner – wil de minister niet in dit proces treden.

Ook splitsingsdromen vanuit de Achterhoek, Amstelland, Hart van Brabant, Hoeksche Waard, Noord-Kennemerland en Rijnland zijn daarmee verdampt. De zevenkoppige ‘Change Board’ vindt dat streekomroepen die zich willen opsplitsen beter met edities kunnen gaan werken.

Bron: BM/OCW/NLPO

Bericht delen
Article header image
Article header image

Eric Horvath benoemd als directeur-bestuurder van de NLPO

De NLPO speelt een centrale rol bij de voorbereiding op de stelselwijziging van de lokale omroepen, waaronder de opschaling naar streekomroepen. Horvath richt zich op de doorontwikkeling van de NLPO tot coördinatie- en samenwerkingsorgaan en het versterken van de journalistieke kwaliteit en de duurzame financiering van de sector. Daarnaast vertegenwoordigt hij de NLPO in overleggen met landelijke en regionale stakeholders binnen het publieke mediabestel, de overheid en de bredere mediasector.

Horvath is geen onbekende in de sector. De afgelopen jaren was hij voorzitter van het College van Omroepen van de NLPO en speelde hij een sleutelrol in de advisering en voorbereiding van de hervormingsplannen voor het lokale publieke omroepbestel. Hij was intensief betrokken bij de sectorbrede samenwerking en de totstandkoming van het Publiek Journalistiek Huis.

“De lokale publieke omroep staat aan de vooravond van een nieuwe fase”, zegt Horvath. “De opschaling naar streekomroepen en de verankering in de Mediawet bieden kansen voor professionalisering en innovatie. Mijn ambitie is om, samen met alle omroepen en betrokkenen, te bouwen aan een sterk en toekomstbestendig lokaal medialandschap waarin onafhankelijke journalistiek een stevige basis heeft.”

De Raad van Toezicht heeft vertrouwen in Horvath als bestuurder die deze transitie in goede banen zal leiden. “Eric Horvath beschikt over een diepgaand inzicht in het functioneren van de publieke omroep en heeft laten zien complexe trajecten effectief te kunnen sturen”, aldus Marianne Schuurmans-Wijdeven, voorzitter van de Raad van Toezicht. “Zijn ervaring en visie zijn van grote waarde voor de vernieuwing van de NLPO en de verdere versterking van de lokale omroepen in Nederland.”

Horvath volgt Marc Visch op, die tot november 2024 directeur-bestuurder was. De directie van de NLPO bestaat naast Eric Horvath uit Gineke Dokter.

Bron: NLPO/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Dit zijn de winnaars van de Lokale Media Awards

Er zijn prijzen uitgereikt in de categorieën Nieuws en achtergronden, Audio, Video, Presentatie, Aanstormend Talent en Maatschappelijke Impact. De felbegeerde titel Omroep van het Jaar is dit jaar toegekend aan 1Twente. De vakjury, onder leiding van Milouska Meulens, prees de omroep voor hun indrukwekkende stappen op het gebied van professionalisering, vernieuwing en talentontwikkeling.

De winnaars op een rij:
Nieuws en Achtergronden: De Gijzeling in de Apple Store (AT5)
Audio: Big Brother in de bijstand (OPEN Rotterdam)
Video: NOVIO (RN7)
Presentatie: Jessica Mendels (Den Haag FM)
Aanstormend Talent: Mika Mulder (NH Gooi)
Maatschappelijke Impact: De wereld van… Romee en Mick (Omroep P&M)
Omroep van het Jaar: 1Twente

1Twente, dat samen met Twente FM de streekomroep voor Twente aan het vormen is, won de prijs voor beste lokale publieke omroep al drie keer eerder. De laatste keer was in 2019. Daarvoor kreeg de omroep de prijs in 2012 en 2011.

De Lokale Media Awards tonen opnieuw aan hoe waardevol de lokale publieke omroepen zijn voor hun omgeving. Door verhalen dichtbij huis te brengen, leggen zij niet alleen de vinger op de pols van de samenleving, maar bieden zij ook een platform voor jong talent en vernieuwende journalistieke producties.

Bron: NLPO/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

50 jaar lokale publieke omroep in Nederland

De afgelopen vijf decennia hebben lokale publieke omroepen een essentiële rol gespeeld in de controle op lokaal bestuur, het informeren van burgers en het versterken van de sociale cohesie. Dit werk wordt dagelijks uitgevoerd door een grote groep toegewijde professionals en vrijwilligers, die gezamenlijk zorgen voor een breed en divers aanbod van lokale content. Vele bekende mediaprofessionals, zoals Arjen Lubach en Marieke Elsinga, begonnen hun carrière bij een lokale omroep. Het jubileum biedt de kans om terug te blikken op deze rijke geschiedenis en te reflecteren op de toekomst van de lokale omroepen in een voortdurend veranderend medialandschap.

Hoogtepunten van de jubileumweek
De jubileumweek biedt tal van activiteiten en evenementen, waarvan het bezoek van Koning Willem-Alexander aan de lokale omroep in Oss op woensdag 2 oktober een hoogtepunt is. Tijdens dit bezoek ontvangt de Koning het eerste exemplaar van het jubileumboek 50 jaar Lokale Omroep – Het Verhaal van Lokaal, geschreven door radiohistoricus Arjan Snijders. Het boek geeft een uniek inzicht in de ontwikkeling van de lokale omroepen en bevat bijdragen van bekende mediaprofessionals zoals Astrid de Jong.

Ook staat een speciale NOS-uitzending op het programma, waarin voormalige medewerkers van lokale omroepen – nu werkzaam op nationaal niveau – hun ervaringen delen. De populaire podcast Dit Was De Radio, gepresenteerd door Harm Edens, Arjan Snijders en Ron Vergouwen, wijdt twee speciale afleveringen aan het belang van de lokale omroepen in Nederland.

Uitreiking Lokale Media Awards
De jubileumweek wordt afgesloten met een feestelijke uitreiking van de Lokale Media Awards op zaterdagavond 5 oktober in Gooiland, Hilversum. Deze prijzen belonen de meest creatieve, innovatieve en impactvolle producties van lokale omroepen door het hele land, en benadrukken de belangrijke bijdrage van deze omroepen aan de Nederlandse media.

Over de NLPO
De Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) zet zich in voor de ontwikkeling en professionalisering van lokale publieke omroepen in Nederland. De organisatie biedt ondersteuning op het gebied van infrastructuur, opleidingen en beleidsontwikkeling, zodat lokale omroepen ook in de toekomst hun belangrijke rol in de samenleving kunnen blijven vervullen.

Bron: NLPO/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Dit Was De Radio: 50 jaar Lokale Omroep Special

Daarnaast is er voor ‘vrienden van de show’ ook weer elke week een exclusieve bonusshow te beluisteren.

In aflevering 177:
Deze week een special over 50 jaar Lokale Omroep. Het boek 50 Jaar Lokale Omroep – Het Verhaal van Lokaal van Arjan Snijders ligt vanaf 8 oktober in de winkel. Op 2 oktober neemt Koning Willem-Alexander het eerste exemplaar in ontvangst. Diezelfde dag wordt er een documentaire en talkshow uitgezonden over 50 jaar lokale omroep op NPO 2. Op 5 oktober is het jubileumcongres van de NLPO.

In aflevering 177 twee gasten: Marc Visch van de NLPO (Nederlandse Lokale Publieke Omroep – de belangenvereniging van alle lokale omroepen) en Eric Horvatz (directeur van de streekomroep DTV uit Oss en omstreken én voorzitter van het College van Omroepen). Beide mannen weten alles van de status van de huidige lokale omroepen in Nederland. Marc vertelt waarom we van de huidige 220 lokale omroepen naar 80 streekomroepen gaan, waarbij het accent meer op lokale journalistiek komt te liggen. Eric kan vanuit de praktijk uitleggen welke voordelen zo’n samenvoeging van diverse kleinere lokale stations brengt en wat je daarna meer en beter kan doen.

Maar hoe gaat het dan met de lokale radio? Want die focus op journalistiek lijkt meer over de online producties en tv te gaan. Dat klopt, aldus Marc en Eric. Radio zal vooral als verbindende factor z’n rol spelen, met aandacht voor events in de regio en als er wat te vieren en te delen valt. We luisteren naar een aantal lokale jingle-pakketjes. Hoe onderscheidend zijn die? Harm weet ze al snel naar streektaal en dialecten te buigen.

We horen ook de verhalen van Astrid de Jong. Zij schreef portretten van lokale stations die in het boek over 50 jaar Lokale Radio staan. Van de pioniers in het Limburgse Melick-Herkenbosch (we luisteren naar hun eerste uitzending in 1974) tot aan de huidige professionele streekomroepen, zoals DTV (ook daar wat geluid van de radiozender). Stiekem vond Astrid ‘Disco Henkie’ toch het leukst. Dan zoals altijd gewoon het Blooperblokje: met veel getoeter, héle snelle stadsbussen, moeilijke woorden, verslaggevers die proberen te multitasken en Stefan Stasse die iemand probeert te bellen. Ook Syb duikt in de charme van de lokale radio. Met natuurlijk de jingle: Lokale radio, goede radio!

De slotminuut is voor Peter den Hartogh & Jeroen Jansen van het programma Wiekent Jeroen & Peter van de (lokale) streekomroep Eemland 1. Iets met porno, u bent gewaarschuwd!

In de exclusieve bonusshow:
De lokale omroep is een springplank of ervaringsplek waarna veel makers doorgroeien naar regionale en nationale zenders en plekken. Dat geldt ook voor Ron en Arjan. We luisteren naar audio van Ron bij Stadsradio Rotterdam (uit 2002) en van Arjan wat Stadsomroep Utrecht geluid (uit 1994). En Harm? Toen Harm jong was, moest de lokale radio nog uitgevonden worden, dus helaas geen oud geluid van Harm…

Ron en Arjan vertellen uitgebreid wat ze hebben meegemaakt en geleerd bij al die lokale zenders. We bedenken of het wegvallen van die kweekvijver-rol van lokale radio voor kaalslag zorgt of dat er genoeg internet-zenders, sociale platforms en podcasts zijn om nu ervaring op te doen. Tot slot Bonusbloopers van Jan van der Putte, Bas Ragas en Mieke van der Weij. Om de bonusshow te horen ga je naar Vriendvandeshow.nl/Radio.

Bron: Dit Was De Radio/BM

Bericht delen
Article header image
Article header image

Marc Visch staat pal voor lokale journalistiek

En dat geldt zeker ook op lokaal niveau, weet de directeur/bestuurder bij de Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) die in de week van 30 september het vijftigjarig jubileum van de lokale publieke omroep viert. “Hoe je ook aankijkt tegen het fenomeen publieke omroep, ook wanneer je vindt dat die aanvullend moet zijn op wat de markt al doet: als er één sector is waar de markt het laat afweten, dan is dat die lokale journalistiek. Dus als er al ergens een publieke opdracht ligt, dan is het dáár.”

En zo begon Marc Visch zeven jaar geleden met volle overtuiging aan de professionalisering van de lokale omroepen bij de NLPO. “Natuurlijk kwam en kom ik nog steeds wel clubs tegen die ‘Veronica op zee’ nadoen, maar heel veel lokale omroepen doen serieus en belangrijk werk en dat is te lang ongezien gebleven. En nog altijd wordt met een bepaalde ‘schattigheidswaarde’ naar de lokale omroep gekeken. Alsof die er mwah, niet zo toe doet. ‘Ja, ik ben ook ooit begonnen bij de lokale omroep, daar kon ik zoveel fouten maken.’ Maar hallo, het is meer dan dat! Het zit wel een beetje in me om tegen dat dédain in te gaan.”

RTV Drenthe
Vanaf 1 november doet Visch dat in een andere rol: hij is benoemd als opvolger van Dink Binnendijk in de functie van directeur/hoofdredacteur bij RTV Drenthe. “Na zeven jaren is het goed dat weer iemand anders met nieuwe energie en ideeën aan de slag gaat met de NLPO. En ik zie een enorme uitdaging bij RTV Drenthe. Drenthe is een provincie met een echt provinciale identiteit en cultuur. De omroep is daar echt het cement in de samenleving. Dink Binnendijk heeft daar een heel mooie organisatie neergezet die helemaal up-to-date is. En het is natuurlijk prachtig daar op door te mogen bouwen. Waar ik ook naar uitkijk, is weer werken bij een uitvoerende organisatie. En heel ver-van-mijn-bed is het niet. Publieke omroep. Journalistiek. Langzaam maar zeker kun je een rode draad zien.”

Clubkid
Het is ook wel een logische stap voor Visch, die ruime journalistieke en leidinggevende ervaring heeft opgedaan. Voor zijn periode bij de NLPO werkte hij bij Algemene Onderwijsbond AOb (“In die tijd heb ik als itemregisseur ook nog meegeholpen aan vier edities van Serious Request”), zat hij negen jaar bij journalistenvakbond NVJ en bij de regionale omroepen Oost en Radio Noord-Holland (“Mijn eerste volledige baan”). Bij Oost was hij onder andere Chef Nieuws Radio en programma­maker-verslaggever.

En Marc Visch startte zijn journalistieke carrière bij Veronica, als zogeheten Clubkid. “Ik zat in de tweede lichting, onder andere met Danny Rook. Als Clubkids komen we elkaar nog geregeld tegen, bijvoorbeeld Marc Adriani, Gerard Timmer en Taco Zimmerman. Het levert steevast een grote wederzijdse glimlach op. Want het was een mooie tijd en we hebben heel veel geleerd. In 1985 ben ik begonnen bij de lokale omroep – in mijn geval Sneek – zoals ongeveer 90% van de mensen die nu op het Hilversumse Media Park rondlopen dat heeft gedaan. Wat mij als journalist en als burger altijd heeft gestoord, is dat ik de lokale journalistiek steeds meer onderuit zag gaan. Dus toen ik las dat de NLPO was opgericht om een halt toe te roepen aan die verschraling, leek me dat een hele mooie opdracht en heb ik gesolliciteerd.”

Stelselherziening
Welk gevoel heb je nu bij vijftig jaar Nederlandse lokale omroep?
“De progressie die is geboekt en de professionaliteit en bevlogenheid die er altijd al waren, zijn van onschatbare waarde. Zeker de laatste jaren is er ontzettend veel gebeurd, met de stelselherziening als belangrijk vooruitzicht. Het vorige kabinet heeft ervoor gezorgd dat de financiering is geborgd en dat we echt een volwaardig onderdeel vormen van het publieke bestel. Die spiegel moet ik hier intern soms ook even voorhouden, als we af en toe het gevoel hebben dat het allemaal niet opschiet. ‘Want kijk even waar we vorig jaar stonden en wat er nog op stapel staat’, zeg ik dan.”

Want dat de omroepen bij het gouden jubileum ook echt iets te vieren hebben, staat buiten kijf. De ongeveer twaalf miljoen euro die de lokale omroepen jaarlijks krijgen vanuit het gemeentefonds, wordt overgeheveld naar het Rijk (ministerie van OCW), dat daar nog eens zestien miljoen bovenop legt. Dat betekent dat voortaan de basisfinanciering via de Rijksbegroting verloopt. Uiteindelijk wordt 28 miljoen euro in 2027 verdeeld over tachtig streek­omroepen. Daarnaast zullen de gemeenten ook in de toekomst de omroepen financieel moeten blijven ondersteunen.

Visch: “We zijn nu druk bezig om dat allemaal te realiseren. Elke omroep heeft een aantal vaste kosten. Daarnaast zijn er andere kosten. Die zijn onder meer afhankelijk van of je een grote of een kleine gemeente of streek bedient. Daarvoor zijn we nu samen met het ministerie een goede verdeling aan het maken. Je kunt het aantal inwoners gebruiken als criterium, maar ook kijken naar het aantal kernen dat in een streek moet worden bediend.”

Kwartiermaker
Om het proces naar de vorming van streekomroepen te ondersteunen, heeft het vorige kabinet een aantal maatregelen getroffen. Zo stelt het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek 250.000 euro beschikbaar aan lokale zendgemachtigden die hun zaken al professioneel op orde hebben in de aanloop naar 2027. Omroepen die nog niet zover zijn, kunnen via de NLPO gebruikmaken van een zogeheten kwartiermaker.

Visch: “In één keer de knop omzetten in 2027 gaat nu eenmaal niet. Met behulp van een kwartiermaker worden omroepen in staat gesteld ook van die financiële regeling gebruik te maken. Bovendien is geld beschikbaar gesteld om opleidingen en trainingen aan te bieden. Het maakt nogal verschil of je bestuurder bent van een organisatie met honderd vrijwilligers of je fungeert ook als werkgever, verantwoordelijk voor het Programmabeleid Bepalend Orgaan. De NLPO biedt zo aan alle lokale omroepen een pakket om zich voor te bereiden op de nieuwe situatie. Want hoe je het ook wendt of keert, die streekomroepen komen er.”

“En ik daag omroepen uit om eens goed in beeld brengen: hoe is die streek van mij demografisch opgebouwd, wat zijn de verschillende bevolkingsgroepen, hoe is hun mediagebruik, waar liggen hun interesses? Dan kun je veel gerichter content gaan maken, voor verschillende media. Dat betekent meer variatie in onderwerpen, anders monteren, andere lengtes. Dat is een groeiproces en natuurlijk niet uniek voor de lokale omroep. De hele markt is daarmee bezig. Wij zitten nu in de mooie positie dat we iets nieuws mogen opzetten en het in de slipstream meteen kunnen borgen als het goed is.”

Onrecht
Visch kent de geluiden, de roep om het BBC-model, om alle omroeplagen gewoon onder de NPO te laten vallen. “Ik denk nog steeds dat we het in Nederland eigenlijk helemaal niet zo slecht hebben georganiseerd met dat maffe mediabestel. Het gat tussen lokaal en landelijk is bovendien echt te groot om te zeggen: haal die regionale laag er maar tussenuit. Twaalf provincies, dat zijn me nogal lappen grond, daar kun je als regionale omroep een prima aanbod voor formuleren, juist als er tachtig streekomroepen zijn. Maar je moet mensen in Steenwijk niet lastigvallen met lokale dingetjes uit Losser.”

“Het grootste misverstand waar ik de afgelopen zeven jaar tegenaan ben gelopen in mijn werk voor de NLPO, is dat de streekomroep slechts een vehikel zou zijn. Nee, de streekomroep heeft een doelbewuste opdracht: lókaal toereikend media-aanbod. En dat wordt niet stréék-toereikend media-aanbod. Dus die streekomroep moet nog steeds echt lokaal actief zijn. Dan kan het gebeuren dat straks in een gebied één omroep de afzender is, maar in een andere streek nog steeds vier merken opereren, omdat ze ingeburgerd zijn en mensen dat vertrouwd vinden. Daar is dan een paraplu­organisatie boven gezet, een soort beheerstichting met de uitzend­vergunning, het personeel en de middelen. Het is niet one size fits all, er kunnen daarin keuzes worden gemaakt. De streekomroep is dus veel meer een organisatie- dan een uitingsvorm.”

Ben je optimistisch over de toekomst?
“Jazeker. Het ziet er goed uit. Ik durf de stelling wel aan dat over vijf jaar in elke gemeente in Nederland de lokale publieke journalistiek is geborgd.”

Streekomroepen en keurmerk
De NLPO en de VNG hebben met elkaar tachtig streken vastgesteld waarbinnen de organisatie van de lokale publieke omroep vanaf 2027 moet zijn ingericht. Een gemiddelde streek bestaat straks uit 100.000-200.000 inwoners. De kleinste streken betreffen de Waddeneilanden en enkele Zeeuwse eilanden. De streken tussen 50.000 en 100.000 inwoners zijn met name te vinden in de landelijke gebieden in Groningen, Friesland en Drenthe. Streken met meer dan 200.000 inwoners komen voor in de stedelijke regio’s, bestaande uit meerdere kleinere steden en kernen. Een beperkt aantal streekomroepen richt zich tenslotte op de grote steden met één of twee andere gemeenten in de omgeving.

Zelfscan
Lokale omroepen kunnen via een zelfscan alvast werken aan het Keurmerk Nederlandse Streekomroepen, dat is ingegeven door het wettelijk vereiste Lokaal Toereikend Media-Aanbod (LTMA). In een convenant tussen de NLPO en de VNG is vastgelegd wat dat precies inhoudt en voor de meeste lokale omroepen betekent dit dat ze richting 2027 een flinke kwaliteitsslag moeten maken om hieraan te kunnen voldoen.

Veel van de eisen van het Keurmerk zullen immers ook na de stelselwijziging voor de omroepen gelden. Streekomroepen die voldoen aan alle criteria van LTMA, komen in aanmerking voor het keurmerk, dat tot doel heeft het bevorderen van kwaliteit/pro­fessionaliteit, de efficiency en het pro­duct­aanbod bij lokale omroepen. Het keurmerk ondersteunt dat door objectief meetbare criteria beschikbaar te stellen die onafhankelijk worden getoetst. Tien streekomroepen beschikken inmiddels over dit kwaliteitsstempel, dat drie jaar geldig is en halverwege een tussentijdse controle kent.

Bron: BM
Foto: Margot Brakel

Bericht delen
Article header image
Article header image

RPO-directeur Jan Müller: (lokale) samenwerking noodzaak en kans

“Ik wil maar zeggen: ook op dat niveau worden we gezien en is er gewoon behoefte aan nieuws van dichtbij”, constateert Müller, die evenmin te klagen heeft over het huidige politieke klimaat. “Met partijen aan het roer waarvoor verbinding op regionaal en lokaal niveau zwaar telt, hebben we nu inderdaad even de wind in de zeilen. Maar ik weet ook hoe het werkt, dat kan met één amendement weer veranderen. Daarom moeten we innige samenwerking in de praktijk blijven waarmaken. Niemand zit te wachten op drie lagen die met elkaar concurreren, dat is ook goed uitgesproken toen we met elkaar in zee gingen.”

Alliantie
Müller doelt op de alliantie die de NLPO en de RPO in februari dit jaar hebben gesloten en die is gericht op het versterken van de onderlinge journalistieke samenwerking. Hoewel lokale en regionale omroepen nadrukkelijk van elkaar verschillen in schaal, focus en functies, delen ze een belangrijke gemeenschappelijke publieke taak en kennen vergelijkbare uitdagingen. Zo staat de onafhankelijke pluriforme nieuwsvoorziening op zowel lokaal als regionaal niveau al jaren onder druk.

Met de alliantie beogen beide omroeplagen deze uitdagingen beter het hoofd te bieden, onder meer door samen te werken aan een duidelijker onderscheidend regionaal en lokaal media-aanbod, meer journalistieke diversiteit en kwaliteit in de nieuwsverslaggeving, het vergroten van het bereik en een sterkere verbinding met het publiek op lokaal en regionaal niveau. “De regionale publieke omroepen sloten twee jaar geleden al een soortgelijke alliantie met de NOS. Nu ook de afspraken met de NLPO een feit zijn, worden drie publiek-journalistieke lagen in Nederland met elkaar verbonden en daarmee is het publiek de grote winnaar”, aldus Müller.

Relevant
Zouden de RPO en de NLPO niet gewoon moeten fuseren?
“Er zijn natuurlijk voorbeelden van landen waar alles op één hoop is geveegd en vanuit één merk wordt gewerkt. Maar juist ons redelijk gefragmenteerde medialandschap maakt dat de pluriformiteit geborgd en gegarandeerd is, dat zie ik echt als positief effect. Er is inmiddels veel onderzoek naar gedaan en daaruit blijkt dat lokale en regionale aanbieders niet alleen heel relevant zijn, maar elkaar ook niet in de weg zitten. Als ze dan ook nog komen tot mooie samenwerkingsconstructies, dan wordt de mediaconsument daar alleen maar beter van. Ik geloof dus heilig in een toekomst met drie lagen.”

“Die optelsom zorgt voor
verhalen die anders niet
zouden worden verteld”

“De nieuwsgebruiker, onze doelgroep, vraagt daar ook om; die zit niet te wachten op allegaartjes en nieuws dat inwisselbaar is”, beseft Müller. “Naast het landelijke nieuws heeft de consument simpelweg behoefte aan informatie uit de regio en aan lokaal nieuws, echt uit de buurt. Die optelsom zorgt voor verhalen die anders niet zouden worden verteld.” En ja, daar horen natuurlijk goede praktijkafspraken bij, zeker als de beoogde tachtig streekomroepen straks een feit worden. Dreigen die de dertien publieke regionale zendgemachtigden niet in de wielen te gaan rijden?

Respecteren
Müller: “Ik steek niet onder stoelen of banken dat daar uitgebreid over is gesproken, er moest wederzijds wel wat argwaan uit de weg worden geruimd. In onze alliantie is duidelijk onze mediawettelijke rol vastgelegd, dat we die respecteren en niet op elkaars territoria gaan werken. Tegelijkertijd kan enig overlap nooit worden uitgesloten, maar als dat betekent dat je beter nieuws maakt, dan is dat acceptabel. Het zal allemaal niet vanzelf gaan, maar door aan de vóórkant van het journalistieke proces veel meer te gaan samenwerken, kunnen lokale verhalen regionale en zelfs landelijke aandacht krijgen, en vice versa.”

“Zo kunnen we verschillende demografische groepen en geografische gebieden beter bereiken. En dat resulteert weer in een inclusievere en representatievere journalistieke inhoud, wat de maatschappelijke samenhang bevordert en ervoor zorgt dat iedereen gezien en gehoord wordt. Door gezamenlijk producties en onderzoeksprojecten op te pakken, kunnen we journalistieke verhalen verdiepen en verrijken. Dit leidt uiteindelijk tot meer impactvolle en betekenisvolle content voor ons publiek.”

“En we werken aan de toekomst van ons vak: er zal veel expertise bij elkaar worden gebracht, wat niet alleen leidt tot betere journalistieke producten, maar ook tot de ontwikkeling van een nieuwe generatie journalisten. Met het netwerk dat we gezamenlijk kunnen inzetten, creëren we gezamenlijk niet alleen een sterkere journalistieke infrastructuur, maar dragen we uiteindelijk vooral bij aan een beter geïnformeerde en meer verbonden samenleving. Dat mag een prachtig resultaat heten bij vijftig jaar lokale omroep, een jubileum waarmee ik de NLPO oprecht van harte feliciteer.”

Bron: BM
Foto: Nathan Reinds

Bericht delen
Article header image
Article header image

Streekstad Centraal ontvangt Keurmerk Nederlandse Streekomroepen

Door het verkrijgen van het Keurmerk toont Streekstad Centraal aan dat het voldoet aan de vereiste criteria voor kwaliteit en professionaliteit, de efficiency en het productaanbod bij lokale publieke omroepen. “Niet alleen is de afgelopen tien jaar door iedereen op de redactie heel hard gewerkt aan een enorme inhoudelijke kwaliteitsslag, maar het PBO, het bestuur en tegenwoordig ook de Raad van Toezicht hebben de organisatie naar een hoger niveau getild”, constateert Van der Veen. Voor de gemeenten Alkmaar en Dijk en Waard is Streekstad Centraal inmiddels de officiële streekomroep “Volgens de regio-indeling van de NLPO, komen daar straks ook Bergen, Heiloo, Castricum en Uitgeest bij. Daar zijn nu nog individuele lokale omroepen actief.”

Gevaar
Maar daar zet Van der Veen ook een vraagteken bij. “Ik snap dat je vanwege de kosten voor een bepaalde schaalgrootte moet kiezen, maar het gevaar dat dan aan de horizon loert, is dat je als streekomroep in een bepaald gebied wellicht minder goed in de haarvaten zit dan eigenlijk zou moeten. We zijn hier in de streek ooit begonnen met zeven zelfstandige lokale omroepen, dat moet binnen twee, drie jaar allemaal met elkaar zijn samengegaan.”

“De sector had terecht een
behoorlijk slecht imago”

“In 2012 startte Streekstad als lokale omroep Alkmaar Centraal. Een paar jaar later riep het toenmalige OLON-bestuur: het moet nou afgelopen zijn met dat gesubsidieerd plaatjes draaien, we gaan professionaliseren. En daar staan wij volledig achter, want dat was ook hard nodig; de sector had terecht een behoorlijk slecht imago. We zijn toen meteen in gesprek gegaan met onze collega’s in buurgemeenten Heerhugowaard en Langedijk. Dat leidde uiteindelijk tot de eerste echte samenwerking in de regio en uiteindelijk een fusie. Wij zijn dus al sinds 2014, 2015 bezig met die professionalisering en de vorming van een streekomroep, het komt niet uit de lucht vallen.”

Weerbarstiger
“De andere vier lokale omroepen in de regio hebben zich daar de afgelopen jaren wat minder druk om gemaakt. Andere prioriteiten gehad. Dat betekent dat er inmiddels wel een verschil is ja, zowel op inhoud als in – en dat is eigenlijk nog veel belangrijker – bestuur. Ze hebben ook echt nog te maken met klassieke vrijwilligers die een radioprogramma maken en dat al jaren op dezelfde manier doen. Die ga je niet meer veranderen. Maar in de regels die de NLPO nu opstelt, staat toch echt dat een lokale omroep op een gegeven moment aan bepaalde minimumeisen moet gaan voldoen. Wij ondersteunen dat van harte, maar zien ook dat de praktijk voor die omroepen soms een stuk weerbarstiger is nu de tijd langzaam op raakt. Die omroepen hebben de heuvel bij wijze van spreken nog te beklimmen, terwijl wij al aan de andere kant staan. Ik vind dat er iets te weinig oog is voor de uitdagingen die door dat verschil ontstaan.”

“Heel concreet: Bij Streekstad Centraal hebben we inmiddels een bestuur, een Raad van Toezicht en vier mensen op de loonlijst staan en daar zwermen ook nog wat zzp’ers omheen. Die mensen op de loonlijst hebben allemaal een gezin en een hypotheek, daar dragen we ook de verantwoording voor. Waar het vroeger ging om heel veel uren erin stoppen gewoon omdat je het leuk vond, daar run je nu een bedrijf en moet er ook intern verantwoording worden afgelegd. Dat is niet alleen journalistiek-inhoudelijk maar ook mentaal en qua bedrijfsvoering een heel andere insteek.”

De NLPO mag wat Van der Veen betreft daar wel wat meer op inspelen. “Ze zouden kunnen zeggen: jullie hebben tien jaar de tijd jaar gehad maar niet voldoende meegedaan en zijn inmiddels ingehaald door de streekomroepen. Maar dat gebeurt niet, de NLPO wil ook de belangen behartigen van díe lokale omroepen en ze als gelijkwaardige partners om tafel zetten. Wat je dan dus krijgt, is dat omroepen die wél flink bezig zijn geweest met professionaliseren, daar de last van moeten dragen.”

“Eigenlijk wordt van ons
gevraagd om een beetje
op de rem te gaan trappen”

“En dan heb ik het niet specifiek over ons hoor, we beginnen elkaar hier in de regio langzaam te vinden. Maar de zich ontwikkelende omroepen in de brede middensector krijgen nu ook de uitdaging van de ‘oldskool’ lokale omroepen op het bord. Onder druk moet een samenwerking worden gesmeed. Hoe dat vaak uitpakt – slecht – is op meerdere plekken in Nederland al aangetoond. Eigenlijk wordt van ons gevraagd om een beetje op de rem te gaan trappen, misschien zelfs wel de versnelling in zijn achteruit te zetten, zodat andere omroepen kunnen ‘bijkomen’. Maar daar hebben we de afgelopen twaalf jaar natuurlijk niet als een gek voor gewerkt… Nogmaals, het klinkt allemaal negatief, maar we ondersteunen de toekomstvisie van de NLPO echt van harte. Alle posterverhalen verdienen echter ook enige nuance.”

Bron: BM

Bericht delen