Speciale vakjury voor verkiezing lokale Omroep van het Jaar 2022
Er is een speciale vakjury in het leven geroepen die niet alleen de inzendingen beoordeelt, maar ook bij de genomineerde omroepen op bezoek gaat om een nog beter beeld te krijgen van de potentiële winnaars. Op 13 mei worden de genomineerde lokale publieke omroepen bekendgemaakt.
De NLPO (Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen) is trots op de vakkundige jury voor lokale Omroep van het Jaar 2022, bestaande uit:
– Milouska Meulens, presentatrice bij Omroep Zwart
– Fiona Arens, directeur bij Creative Animal
– John Olivieira, lid van de Raad voor Cultuur
– Celeste Boddaert, hoofdredacteur bij OPEN Rotterdam (winnaar Omroep van het Jaar 2021)
De vakjury beoordeelt de omroepen onder meer op hun journalistieke prestaties, de kwaliteiten van de organisatie en de maatschappelijke relevantie in hun omgeving. Ook komt de jury tot een eervolle vermelding voor een omroep die in de afgelopen jaren grote stappen heeft gezet.
Feestelijke live uitreiking
De bekendmaking van de titel Omroep van het Jaar 2022 is onderdeel van de feestelijke uitreiking van de Lokale Media Awards op vrijdag 10 juni bij Beeld en Geluid in Hilversum. Naast de verkiezing van de Omroep van het Jaar worden awards uitgereikt in de categorieën audio, video, nieuws en achtergronden, innovatie, presentatietalent en Omroepvrijwilliger van het Jaar 2022.
Ze zitten allemaal in de compilatie-aflevering van BM Talk, gepresenteerd door Joost Koning, Kevin van den Berg, Raja Felgata en Khalid Ouaziz en Jeroen te Nuijl. Een mooie gelegenheid om nog wat opvallende quotes terug te kijken of wellicht voor het eerst kennis te maken met onze wekelijkse online talkshow.
Meer BM Talks bekijken? Klik hier en abonneer je op ons YouTube-kanaal om geen video meer te missen. De komende weken passeren onder meer Jacomien Nijhof, Erik van der Hoff, Merlin Mastenbroek, Daniël Dekker, Bertus Holkema en David van Leijenhorst de revue.
Na een lange en succesvolle elfjarige periode bij Omroep MAX vanaf 2009 is ze tegenwoordig directeur bij Creative Animal van NEP en Faber. “Om weer een carrièrestap te zetten, moest ik naar buiten”, vertelt Arens in deze BM Talk aan presentator Kevin van den Berg. Corona maakte haar werk wel lastig, maar ze is optimistisch over de (technische) toekomstmogelijkheden. En welke klanten en opdrachten maken haar vooral blij?
Meer BM Talks bekijken? Ga naar broadcastmagazine.nl/bmtv en ontdek wat inmiddels al ruim 70 gasten van voor en achter de schermen te melden hebben. Nog in het verschiet liggen onder anderen Job Robbers, Leonne Stentler, Isidoor Roebers en Omar Kbiri.
NEP en Faber Audiovisuals lanceren Creative Animal
Onder het label Creative Animal worden de creatieve afdelingen van NEP, Faber en Univate samengevoegd, waardoor zij hun krachten optimaal kunnen inzetten om (video) concepten en virtuele en hybride events te ontwikkelen. Daardoor kunnen deze bedrijven extra waarde toevoegen aan hun huidige diensten gericht op de zakelijke markt, die de afgelopen periode een enorme vlucht hebben genomen.
Of het nu gaat om het bedenken van een concept voor interne communicatie, het ontwikkelen van een corporate (video) strategie met video mapping of motion graphics, een webinar of een groot virtueel of hybride event, voor iedere vraag kan Creative Animal een creatieve oplossing op maat maken waarbij storytelling, beleving en interactie centraal staan.
Hierbij werkt Creative Animal nauw samen met andere afdelingen binnen NEP zoals ENG, Meercamera en Postproductie en met Faber voor wat betreft audiovisuele faciliteiten en toepassingen, maar ook met bestaande productiepartners in de thuismarkten broadcast en live events.
Aanstelling Managing Director Creative Animal
Naast de lancering van Creative Animal is Fiona Arens (43) aangesteld als Managing Director van dit nieuwe label. Per 1 december zal zij starten in haar nieuwe functie.
Fiona Arens heeft jarenlange ervaring in de media industrie. Zo is zij bijna 12 jaar werkzaam geweest bij Omroep MAX, waar zij begonnen is als Hoofd Strategie en Beleid en sinds 2016 Adjunct-Directeur was. Daarvoor heeft zij verschillende leidinggevende en adviserende rollen vervuld bij consultancybureaus als Dutch en Meines & Partners.
Arens: “Ik verheug mij erop om bij Creative Animal aan de slag te gaan. In de verschillende gesprekken die we de afgelopen tijd hebben gevoerd, heb ik veel enthousiasme en creativiteit voorbij zien komen. Voor de start van dit nieuwe label is het van belang om een goede structuur te implementeren om direct vanaf het begin een sterke marktpositie te verwerven.”
“De drie bedrijven gaan zich onder dit label veel meer bezig houden met concept en creatie voor de corporate markt en dat vraagt om een vernieuwde aanpak van de dagelijkse werkzaamheden en klantcontact. Ik heb veel zin om mij hiermee bezig te gaan houden en met alle creatieve collega’s dit mooie label te gaan neerzetten.”
Een baan in de televisiewereld had Arens helemaal niet voor ogen. “Ik wist het zeker: ik ging voor de klas staan en schreef me in voor de studie medische biotechnologie.” Een stage in het onderwijs gooide roet in het eten. “Het was níets voor mij en ik koos als afstudeerrichting beleid en management.” Lobbykantoor Meines & Partners werd haar eerste ‘echte’ werkgever. “Ik lobbyde voor biotechbedrijven, in die tijd een opkomende markt. De politiek was er nog niet klaar voor, ze vonden het heel spannend en de wetgeving moest worden aangepast. Een ontzettend leuke periode.” Al snel ging Arens ook voor mediabedrijven lobbyen: Endemol, Telegraaf Media Groep en – daar is ‘ie – Omroep MAX.
In het bestel
In 2002 maakte Arens kennis met Jan Slagter en stond ze aan de vooravond van een hagelnieuwe publieke omroep. “Ik was betrokken bij het allereerste beleidsplan – dat we in 2004 inleverden bij het Ministerie van OCW – en lobbyde voor een plek in het bestel. BNN veroverde eerder al een plek, maar Bart de Graaff had destijds al een programma en startte vandaaruit een omroep. Dit was nieuw: MAX bestond überhaupt nog niet. Ik keek van buitenaf naar de publieke omroep en vond het heel interessant.”
Dat het licht op groen ging, is duidelijk. In 2005 zond de omroep voor het eerst uit: Van Nul Naar MAX. In de daaropvolgende jaren verwierven ze – ogenschijnlijk met speels gemak – de definitieve status. In de tussentijd werkte Arens nog altijd voor het lobbykantoor.
“In 2008 ben ik weggegaan, het was tijd om iets anders te gaan doen. Een jaarlang gaf ik organisatieadvies, met name interim-opdrachten.” Tot de directeur van Omroep MAX in 2009 opnieuw aan de bel trok. De toegekende definitieve status vroeg om een grote veranderslag binnen de organisatie. Arens werd gevraagd als hoofd strategie en beleid. “Ik heb er wel even over nagedacht, ik sloeg opeens een heel andere richting in! Ik hou van het politieke aspect. Maar ook hier is dat een wezenlijk onderdeel van mijn werk.”
“Het is geen geheim dat wij vrij hard hebben gelobbyd tegen de nieuwe Mediawet”
Mediawet
In bijna tien jaar Omroep MAX – waarvan nu tweeënhalf jaar als adjunct-directeur – kreeg Arens de ene na de andere wetswijziging om haar oren. En dan komt haar lobbyistenachtergrond goed van pas. “Om in te kunnen schatten hoe dingen gaan lopen en hoe verhoudingen liggen, maar ook om letterlijk te lobbyen. Het is geen geheim dat wij vrij hard hebben gelobbyd tegen de nieuwe Mediawet. Dat was een behoorlijk lang traject met als resultaat een soort reparatiewet, omdat de Eerste Kamer het niet eens was met de wet die door de Tweede Kamer was goedgekeurd. Ik vind het nog steeds geen goede wet, maar helaas: hij is nu een feit.” Arens’ grootste bezwaar? De rechtstreekse toegang van producenten tot de NPO. “We hebben een prachtig bestel, uniek in de wereld, met een garantie voor een uiteenlopend programma-aanbod. Als je gelooft in externe pluriformiteit, begrijp ik de stap naar directe toegang niet. Daarmee zeg je dat er voor die tijd geen ruimte was voor producenten in het publieke bestel. Dat is denk ik niet waar; voor die tijd hadden we veel meer producenten die langskwamen om ideeën te pitchen. Producenten zelf schieten er ook niets mee op, integendeel: ze hebben nog maar één kans. Als de NPO niets ziet in een voorstel, houdt het op.”
Héél toekomstbestendig was de Mediawet niet: de minister heeft een volgende wetswijziging alweer aangekondigd. “Het is ook moeilijk, hoor. De ontwikkelingen binnen het medialandschap zijn haast niet bij te benen. Dat je veel meer moet denken in content dan in zenders vullen, realiseert iedereen zich. Om dat te bewerkstelligen, zijn samenwerkingen nodig: tussen dagbladen en omroepen, regionaal, lokaal, landelijk, commercieel en publiek.” De minister werkt aan een nieuw wetsvoorstel, want daarvoor zijn wijzigingen nodig. Arens zelf zou streven naar meer gelijkwaardigheid tussen omroepen en de NPO. “Ik denk dat het echt de inhoud ten goede komt.”
Achterban
Ze is zelf pas 41, maar de oudere doelgroep verliest Arens niet uit het oog. “We hebben ontzettend veel contact met onze achterban. Al heel snel riepen we MAX Opiniepanel in het leven, waarin we mensen bijna wekelijks een enquête sturen over allerlei onderwerpen. We organiseren veel activiteiten, dus zien onze leden vaak en hebben een goede publiekservice waar ik regelmatig even meekijk.” Bij Omroep MAX werken veel jonge mensen. “We hebben heel veel goede makers die zich moeiteloos kunnen verplaatsen in de doelgroep. En als je daar géén affiniteit mee hebt, dan hoop ik maar dat je hier niet solliciteert.”
Dat niet uitsluítend vijftigplussers graag naar MAX kijken, bewijst onder andere tv-hit Heel Holland Bakt: “Zelfs geliefd onder kinderen! Wij maken het wel écht met ouderen in ons achterhoofd, hebben een bepaalde manier van produceren die we willen hooghouden, maar onze programma’s spreken ook een jongere doelgroep aan. Mooi meegenomen.” Die manier van produceren, kenmerkt zich voornamelijk door de snelheid. “We monteren langzamer, de beelden volgen elkaar minder snel op. We houden rekening met het volume van de muziek en onder gesproken woord het líefst helemaal niet. Je ontkomt er niet altijd aan om een bepaalde sfeer neer te zetten, maar in elk geval zonder zang. Kortom: slow tv, zoals het zo treffend genoemd wordt.”
Succesverhaal
Het gaat goed met MAX. De grote series en programma’s scoren stuk voor stuk hoge kijkcijfers en ze slaan de plank maar zelden mis. “We kiezen zorgvuldig uit wat bij ons past, zijn daar trouw aan en zitten bovenop de producties, ook van externen. Niet dat we veel commentaar leveren, maar we zijn er alert op. Jan heeft een feilloos gevoel voor wat bij ons past en hetzelfde geldt voor Nicolette de Wolf – hoofd tv – en haar voorganger Mascha van Erven.” Verhalen van ‘gewone mensen’ staan vaak centraal in de programma’s van Omroep MAX. “We gaan echt geen celebrity versie van Heel Holland Bakt maken. Ook hard nieuws en actualiteiten laten we links liggen, voor ons is veel interessanter wat er speelt in de samenleving. Het concept van Droomhuis Gezocht is vrij simpel, maar ook daarin krijgt het achtergrondverhaal veel aandacht: waaróm zoeken die mensen een tweede huis? Op de radio proberen we waar dat kan onderscheid te maken in gasten, muziek- en onderwerpkeuze.” En ook in de categorie ‘luistercijfers’ heeft de omroep niet te klagen. Feestelijk, in een tijd waarin het kijkgedrag zienderogen verandert. “Met name jongeren zijn moeilijk te bereiken, maar wij hebben het geluk dat onze doelgroep heel gehecht is aan televisie en radio – op het moment dat wij uitzenden.”
Non-lineaire toekomst
Vanzelfsprekend houdt ook Omroep MAX de verandering van kijkgedrag met een schuin oog in de gaten. “We zijn vooral druk met het maken van heel mooie programma’s voor lineair kijken, maar bereiden ons tegelijkertijd voor op de toekomst. We lopen net íets achter op andere omroepen door het kijkgedrag van onze doelgroep, dus kunnen op dat gebied een beetje volgen. Dat is misschien ons voordeel.”
Voor Meldpunt!, dat eind januari weer van start gaat, geldt dat het onderwerp leidend is voor het platform waarop het wordt uitgerold. “We hebben een website die heel belangrijk is en één keer per week een televisie-uitzending. We roepen kijkers op om maatschappelijke thema’s te melden en zoeken dat uit, online of lineair. We staan dus zeker niet stil, maar de verschuiving naar non-lineair is voor ons nog minder aan de orde.”
Ook de smart speaker heeft de omroep duidelijk in het vizier. “We onderzoeken nu of we daar voor Heel Holland Bakt iets mee kunnen doen, maar hebben geen vliegende haast: de hoeveelheid mensen die er een in huis heeft, valt nog tegen. We willen mensen meenemen in ontwikkelingen en niet iets ontwikkelen omdat we het zelf zo leuk vinden. Het programma leent zich er in elk geval enorm goed voor.”
“Voor een mediadirecteur is Jan ontzettend zichtbaar”
De rol van Jan
Jan Slagter is Omroep MAX’ niet te missen boegbeeld. “Iedereen kent Jan, mijn functie speelt zich af in de luwte. Prima! Ik ben niet uit op macht, dat interesseert me simpelweg te weinig. Ik wil wel het maximale eruit halen. Jan neemt de inhoudelijke kant voor zijn rekening en ik houd me veel meer bezig met de backoffice: personeelsbeleid, juridische zaken, strategie en de vereniging. Voor een mediadirecteur is Jan ontzettend zichtbaar, ook omdat hij presenteert. Heel fijn, want het communiceert makkelijk en hij wordt vaak uitgenodigd om ergens iets van te vinden. Het past bij ons omdat het vanaf dag één zo is geweest en in de beginfase hielp het enorm om MAX op de kaart te zetten. Als de oprichter van een organisatie daar nog steeds directeur is, wordt het automatisch persoonlijker. Jan Slagter ís voor veel mensen MAX.”
De vraag of zij zijn beoogde opvolger is, beantwoordt ze met een gulle lach. “Hahaha, die vraag wordt veelvuldig aan mij gesteld, maar: ik weet het niet en het is nu niet aan de orde. Jan wordt 65 en antwoordt in elk interview op ‘de grote vertrekvraag’ dat hij hier voorlopig nog wel even zit.” En áls het zover is? “Het is niet dat ik niet de ambitie heb om nog een stap te zetten, maar ik weet niet hoe het loopt. Ik ben er wel van overtuigd dat MAX het redt, met mij of iemand anders aan de leiding. Het wordt heel hard werken, maar de omroep staat als een huis.”
Meetingpoint
Een blik in de toekomst durft Arens wel aan als het Omroep MAX aangaat. “Ik denk dat MAX een heel sterke omroep blijft. Als ledenaantallen hun waarde houden, doen we het met 350.000 leden natuurlijk ongelooflijk goed. We zijn een ijzersterke vereniging en kunnen vanuit die positie een betekenisvolle bijdrage leveren aan de samenleving. We maken programma’s, dat is onze hoofdtaak, maar daarnaast willen we een actieve vereniging zijn.” Voor leden worden veel reizen en activiteiten georganiseerd en voor gratis juridisch advies is er de MAX Ombudsman. Vanuit de vereniging wordt op dit moment gewerkt aan een nieuw sociaal platform: MAX Meetingpoint. “Daar willen we mensen bij elkaar brengen om op die manier een deel van de eenzaamheid te lijf te gaan. Op een veilige en laagdrempelige manier kunnen ontmoetingen worden georganiseerd: ‘Ik woon in Amsterdam en wil graag fietsen in de omgeving, wie gaat er met me mee?’ Het bestaat al in de vorm van het verouderde MAX 50plusnet, dus we gaan het opnieuw opzetten.” Onderdeel van het concept is MAX Meetingpoint café, waar mensen naartoe kunnen. “De ambitie is om in 2019 een eerste locatie te openen, hoogstwaarschijnlijk in een grote stad, omdat eenzaamheid hoogtij viert. Het moet een plek worden waar je de hele dag terecht kunt. Voor een workshop, of voor een kopje koffie.”
Toegevoegde waarde
Het ontplooien van activiteiten à la MAX Meetingpoint doet de omroep niet vanuit het idee ‘bouwen aan het merk MAX’. “Ik vind het horen bij de missie van een omroepvereniging. Als publieke omroep hebben we een maatschappelijke functie, we vertegenwoordigen een doelgroep en moeten daar binding mee houden. Dat is onze toegevoegde waarde. Het signaleren van problemen en die proberen aan te pakken, past wél erg bij het ‘merk’ MAX.”
Kenmerkend voor de media vindt Arens de ‘schouders eronder’-mentaliteit. “Als we hier iets verzinnen, gebeurt het ook. Dat vind ik mooi aan mediabedrijven: iedereen denkt zo. Dat beseffen we ons niet altijd denk ik, maar als er een programma moet komen, komt het er, want het moet gewoon op zender. Als er iets is wat dat in gevaar brengt, zet iedereen z’n schouders eronder.” Datzelfde geldt voor Arens zelf. “Ik zeg niet dat het altijd gemakkelijk gaat, maar het komt echt wel goed. Van strategie snel naar actie, daar word ik blij van.”