Feiten in storytelling: hoe Nederlandse media factchecking vernieuwen
In een tijd waarin de informatiestroom onophoudelijk is en de grens tussen waarheid en verzinsel vervaagt, wordt factchecking steeds belangrijker in de strijd tegen desinformatie. Maar hoe vertel je de waarheid op een manier die mensen ook bereikt? Nederlandse media en factcheck-organisaties experimenteren volop met nieuwe vormen om hun checks niet alleen correct, maar ook aantrekkelijk en deelbaar te maken.
Het Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid onderzocht de factcheckingactiviteiten in het Nederlandse medialandschap en sprak twaalf nieuwsorganisaties, van specialistische platforms tot landelijke dagbladen en omroepen. Het onderzoek laat zien dat factchecking onmisbaar is voor een betrouwbare informatievoorziening, maar dat de praktijk versnipperd is. Nieuwsmedia en platforms hanteren uiteenlopende werkwijzen: waar landelijke kranten hun klassieke factcheckrubrieken loslaten, experimenteren gespecialiseerde initiatieven als Pointer van KRO-NCRV en Nieuwscheckers (het factcheckinitiatief van de Universiteit Leiden) juist met nieuwe formats.
BENEDMO
Steeds meer redacties beseffen bovendien dat de kracht van een factcheck niet alleen in de nauwkeurigheid ligt, maar ook in de manier waarop deze wordt gepresenteerd. Tegen die achtergrond verkent dit artikel de innovaties en werkwijzen van enkele redacties die het factchecken in Nederland vormgeven.
“Factchecken wordt onderdeel van je storytelling”, zegt Pointer, het onderzoeksplatform van KRO-NCRV. “Je laat stapsgewijs zien: dit zijn de feiten, dit hebben we geverifieerd, en zo weten we dat.” Zo verandert factchecking van een losstaand product in een verhalende vorm van journalistiek die mensen meeneemt in het proces van waarheidsvinding.
Zo werkte Pointer bijvoorbeeld samen met onder andere Nieuwscheckers en de Vlaamse publieke omroep VRT binnen BENEDMO (de Vlaams-Nederlandse onderzoekshub die desinformatie bestrijdt) aan factchecks rond medische misinformatie op sociale media. Ze onderzochten claims over bijvoorbeeld supplementen, vaccinaties en natuurlijke anticonceptie, wat resulteerde in uiteenlopende producties voor radio, televisie, TikTok en YouTube.
Naast tekstuele ontkrachtingen
verschijnen steeds vaker
korte video’s waarin journalisten
misleidende berichten ontleden
Die narratieve aanpak past bij een bredere trend: het begrijpelijk en visueel maken van complexe informatie. Naast tekstuele ontkrachtingen verschijnen steeds vaker korte video’s waarin journalisten misleidende berichten ontleden. Zo bracht de zesdelige serie MigratieFabels van Tim Hofman (BOOS) op Instagram misleidende informatie over migratie in kaart. Factchecking verandert daarmee van correctie in een interactieve ervaring.
Amusant
Ook traditionele nieuwsmedia zoeken naar manieren om factchecking te integreren in hun bestaande formats. BNR Nieuwsradio doet dat met de wekelijkse rubriek FactGurus: elke dinsdag wordt in tien minuten één opvallende claim gecontroleerd; compact, ritmisch en luchtig. “Het is journalistiek serieus,” zegt BNR, “maar het mag ook gewoon amusant zijn.” De rubriek wordt live uitgezonden én als podcast verspreid, waarmee BNR inspeelt op het groeiende aantal luisteraars dat nieuws ‘on the go’ consumeert.
Media als RTL Nieuws en NOS leggen andere accenten. Bij hen draait factchecking om snelheid en beeld. Vooral bij ‘breaking news’, zoals de hevige overstromingen in het Spaanse Valencia of de rellen in Amsterdam rondom Maccabi Tel Aviv, stromen snel veel beelden binnen. Het is dan cruciaal te controleren of ze echt zijn en of data en locaties kloppen, vóór publicatie. Dat vraagt specifieke vaardigheden.
OSINT
“We zijn RTL Nieuws, we gaan niet drie weken later met iets komen. We willen dingen laten zien”, zegt de redactie. RTL’s aanpak is visueel en actueel: er verschijnen geen afzonderlijke factchecks, maar in journaalitems of korte socialvideo’s wordt bewijs in beeld gebracht, van satellietbeelden tot screenshots van sociale media.
Achter deze nieuwe vormen schuilt een steeds technischer proces. Nederlandse redacties investeren in specialistische kennis, vooral in OSINT (Open Source Intelligence, oftewel open bronnen onderzoek) en datajournalistiek. NOS en RTL hebben inmiddels eigen OSINT-specialisten die beeldmateriaal verifiëren bij groot nieuws. Toch blijft het een uitdaging om snel én nauwkeurig te werken bij de stortvloed aan online beelden. Daarom leiden veel redacties hun eigen journalisten op tot OSINT-analisten, zodat verificatie een vast onderdeel wordt van het journalistieke DNA.
Die professionalisering zorgt ook voor kruisbestuiving: de grens tussen factchecking, onderzoeksjournalistiek en data-analyse vervaagt. Een journalist die bijvoorbeeld misleidende grafieken ontkracht, gebruikt vaak dezelfde middelen als een onderzoeker die verkiezingsdesinformatie analyseert. Het verschil ligt vooral in de manier waarop het resultaat wordt gedeeld met het publiek. Dat biedt kansen: volgens het onderzoek is er veel potentie voor structurele en intensievere samenwerking tussen redacties en specialistische factcheckers, wat de impact en zichtbaarheid van factchecks kan vergroten.
Alle media kampen met
een structureel probleem:
hun afhankelijkheid van
grote techplatforms
Toch blijft de vraag: hoe meet je het succes van factchecking? De impact is moeilijk te kwantificeren. Een check kan verschijnen als apart artikel, maar ook ingebed zijn in een regulier nieuwsverhaal. Veel redacties meten vooral bereik, oftewel views, clicks, likes, maar dat zegt weinig over overtuigingskracht of gedragsverandering.
Uitdagingen
Bovendien kampen alle media met een structureel probleem: hun afhankelijkheid van grote techplatforms. Facebook, X (voorheen Twitter), Instagram en TikTok bepalen in hoge mate welke verhalen zichtbaar worden. Dat brengt uitdagingen mee: weinig inzicht in wie factchecks ziet, geen controle over distributie, en afhankelijkheid van ondoorzichtige algoritmes.
Sommige organisaties proberen dit te doorbreken door juist aanwezig te zijn op de platforms waar misinformatie ontstaat, zoals TikTok of Instagram. Dat vraagt echter om een andere toon, vaardigheden en aangepaste strategieën, zonder garantie op succes. Tegelijk, zo concludeert het onderzoek, zou het gebruik van bestaande én toekomstige wet- en regelgeving om toegang tot platformdata af te dwingen kunnen helpen om het bereik en de zichtbaarheid van zowel factchecks als betrouwbare informatie te vergroten.
Kracht
Wat opvalt in het Nederlandse factchecklandschap is de variatie in aanpak. Aan de ene kant staan gespecialiseerde organisaties als Nieuwscheckers en Pointer, die hun bevindingen uitvoerig documenteren. Aan de andere kant de grote nieuwsredacties, waar factchecking is verweven met de dagelijkse nieuwsproductie.
Die diversiteit is geen zwakte, maar een kracht. Ze toont dat factchecking meebeweegt met het medialandschap: van tekst naar beeld, van zender naar platform, van correctie naar verhaal. Waarheid is niet langer iets wat aan het einde van een stuk wordt vastgesteld, maar iets wat actief, creatief en zichtbaar wordt gemaakt.
Het volledige onderzoek is te lezen op het publicatieplatform van Beeld & Geluid.
Bron: Laura Postma/BM