Kijker gebaat bij samenwerking Europese omroepen
Publieke omroepen zijn met ruim 11 miljard euro per jaar de grootste investeerder in tv-programma’s van Europese bodem. “We kunnen het publiek daar beter van laten profiteren door in Europa meer samen te werken op het gebied van technologie en uitzendrechten, zodat programma’s makkelijker uitgewisseld kunnen worden.”
Die boodschap bracht Henk Hagoort, voorzitter raad van bestuur van de NPO, donderdag in Amsterdam tijdens een EU-conferentie over de uitwisseling van videocontent in Europa. Hagoort sprak daar voor een internationaal gehoor van omroep- en mediaprofessionals, waaronder staatssecretaris Sander Dekker van Media en de hoogste baas van Netflix, Reed Hastings, die hem voorgingen.
Belangrijk voor de uitwisseling van programma’s tussen Europese landen is volgens Hagoort de ruimte die publieke omroepen krijgen om online platforms te kunnen ontwikkelen voor Video On Demand (VOD): “Ik zie publieke VOD-platforms als een belangrijke katalysator voor nog meer uitwisseling van content, juist omdat die uitwisseling niet wordt beperkt door de schaarste aan uitzendplekken op gewone tv-kanalen. In een VOD-omgeving is die schaarste voorbij.”
Er moet volgens Hagoort nog wel veel gebeuren om de ontwikkeling van publieke VOD-platforms kansrijk te maken, desnoods met wet- en regelgeving. Hij wijst daarbij onder andere op de dominante positie van grote commerciële distributiepartijen: “Het kan niet zo zijn dat lokale publieke kanalen door hen op onvindbare posities worden geplaatst.” Net zomin vindt Hagoort het aanvaardbaar dat dergelijke ondernemingen lokale spelers de duimschroeven aandraaien door kosten in rekening te brengen voor doorgifte van hun data via breedband.
“De belangrijkste randvoorwaarden om de toegang van VOD-diensten te garanderen, zijn regels die concurrentie, innovatie en keuzes vergroten tegen acceptabele tarieven”, aldus de NPO-voorzitter. Deze maatregelen zijn volgens hem even belangrijk voor zowel publieke VOD-diensten als voor commerciële partijen: “Ik zie publieke omroepen en partijen als RTL en Netflix daarom meer als collega’s die elkaar aanvullen op de VOD-markt. ”Want de uiteindelijke winnaar moet de kijker zijn, zo sloot Hagoort af. “Die zelf kan kiezen tussen publieke en commerciële content, tussen programma’s uit eigen land of uit het buitenland.”
Bron: NPO/Broadcast Magazine
