Vanuit één centraal online platform bundelen de drie redacties hun krachten in de hoop (én ambitieuze verwachting) op televisie, radio en online meer slagkracht en impact in de samenleving te hebben. Hoofdredacteur Journalistiek Henk van der Aa en Eindredacteur René Sommer vertellen over de nu grootste onderzoeksredactie van Nederland.
Van der Aa: “We raakten vorig jaar geïnspireerd door de samenwerking van Reporter Radio en Pointer voor het dossier Zorgcowboys. Die krachtenbundeling leverde niet alleen een Tegel op, maar liet direct zien hoe we met gedeelde krachten veel sterker kunnen zijn. We hebben op de afdeling drie solide onderzoeksredacties met elk hun eigen expertise.”
“Reporter Radio met een heel stevige dossieropbouw, traditionele onderzoeksskills waarbij je je langdurig vastbijt in dossiers. Daarnaast heeft De Monitor zich de afgelopen jaren op de kaart gezet met crowdsourcing. De Monitor betrekt mensen bij onderzoek en vraagt publiek actief welke thema’s we moeten aanpakken. En twee jaar geleden begonnen we met Pointer dat weer data-journalistieke expertise heeft. Al deze programma’s waren individueel erg goed bezig, maar we voelden ook dat we samen waarschijnlijk iets zouden kunnen bouwen waarmee onze journalistieke slagkracht, impact en herkenbaarheid groter zou worden.”
“Hoe simpel het ook lijkt
en hoe graag men het ook wil,
het is best ingewikkeld”
Is het niet gek dat deze samenwerking er niet al lang was?
Van der Aa: “Eigenlijk wel. Het voelt van de buitenkant misschien ook wel simpel om het ‘dan maar’ bij elkaar te voegen. Maar dat is het niet. Niet alleen vanuit de redacties, omdat elke redactie zijn eigen manier van werken, eigen dossiers en eigen programma heeft. Elke week één uur radio maken, of een half uur televisie, of continu online aanwezig zijn, zijn andere werkprocessen. Maar ook vanuit de NPO was het ingewikkeld. De structuur en financiering is per medium bijvoorbeeld anders geregeld, je moet bij verschillende loketten zijn. Dus hoe simpel het ook lijkt en hoe graag men het ook wil, het is niet zo makkelijk als het lijkt. En we hadden de betrokkenen, ook de NPO en de directie, echt wel nodig om ervoor te zorgen dat we het over die hekjes heen voor elkaar kregen.”
René Sommer
Drie bloedgroepen
Sommer: “Toen we de knoop hadden doorgehakt, hebben we de redacties ingelicht en het in fases uitgebouwd. Alle redacties waren vertegenwoordigd in werkgroepen om ervoor te zorgen dat die drie bloedgroepen bij elkaar kwamen. Het klinkt allemaal logisch, maar er heeft veel werk gezeten in het samenbrengen. Wat gaan we uitdragen via dat ene platform? En de bezoeker moet ook begrijpen waar de club voor staat, want uiteindelijk is het nu wel één club, met nog steeds drie partijen met hun eigen onderzoeks- en publicatiemethoden.”
Wat kwamen jullie onderweg tegen?
Van der Aa: “Ik denk dat je wel kunt spreken van andere culturen, allemaal even waardevol. De echte dossiertijger houdt vanaf het begin het onderwerp heel dichtbij en vertelt of deelt niets met anderen; omdat het gevoelig ligt of iets is wat niet snel moet uitlekken, of je wilt je bronnen niet in gevaar brengen. Voor hen is het belangrijk daar heel zorgvuldig mee om te gaan. Maar op de nieuwe generatie data-journalisten komt met al die Big Data zoveel af, dat ze juist behoefte hebben aan hulp van buitenaf. Zodra zij met hun onderzoek beginnen, betrekken ze er anderen bij en zijn ze transparant.”
“Crowdsourcers zijn weer gewend om altijd vanuit het publiek te denken en die bij het onderzoek te betrekken. Voor elke manier van het aanvliegen van onderzoek is veel te zeggen. Daar moet je continu met elkaar over in gesprek gaan. Je moet ervoor zorgen dat de angst van de ene redactie goed wordt meegenomen in de afweging van hoe je zo’n samenwerking aangaat. Maar zodra je met elkaar je tanden in zo’n project zet, dan lost het zichzelf ook wel weer op.”
Tienkoppige monsters
“Maar ik denk ook dat iedereen ervan overtuigd is dat je gewoon verder komt mét elkaar. Dat je dimensies aan een onderzoek kunt toevoegen die eerst onmogelijk waren. Waar de redactie in het verleden misschien dacht ‘in mijn eentje kom ik er sneller’, is er nu het gevoel ‘met elkaar komen we verder’. Het is natuurlijk ook prachtig als je de kans krijgt het niet alleen op de radio te brengen, maar ook groot online en eventueel ook nog eens op tv. Veel onderzoeken zijn tienkoppige monsters waarover je allerlei verhalen kunt maken. Vroeger liet je negen van die verhalen liggen en nu heb je de mogelijkheid om er veel meer mee te doen. En we denken dat je de impact er ook mee verdrievoudigt. Je brengt toch drie groepen bij elkaar die ervoor zorgen dat het groter wordt, vaker opgepikt en veel gedeeld.”
“Het is niet zo dat de collega’s van
tv nu ineens radio gaan maken”
Behoudt elke redactie zijn eigen identiteit of wordt het echt samen één?
Sommer: “Qua naam sowieso één, maar de redacties blijven hun eigen ding doen. Het is niet zo dat de collega’s van tv nu ineens radio gaan maken. We hebben geen grote redactie waarin iedereen alles zou moeten kunnen. Je moet het eigenlijk zo zien: een datajournalist kan heel makkelijk iets toevoegen aan een verhaal dat voor radio wordt gemaakt. Het datateam maakt zelf eens in de zoveel tijd een tv-uitzending, daar kunnen ze de expertise van de tv-makers weer goed bij gebruiken.”
“Tegelijkertijd betekent het ook weer niet dat elk onderzoek per se door alle drie de redacties wordt gedaan. De grote gemene deler is dat alles wat we doen in ieder geval online is terug te vinden. En online voelt het als één geheel, er komt geen blokje Pointer Radio, Pointer TV of Pointer Data. Alles is gewoon Pointer. Ik zie het zelf een beetje als de New York Times. Daar heb je ook een boekenafdeling, binnenland, buitenland of economie. En die afdelingen versterken elkaar ook waar nodig. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de Daily, de podcast van de New York Times waarin elke dag iemand van een andere redactie aan het woord is binnen zijn eigen expertise, dan denk ik: dat is nou een goed voorbeeld van goed gebruik maken van elkaar en onder dezelfde titel fungeren.”
Henk van der Aa
Satellieten
Van der Aa: “Het online platform is het hart met één titel en één gevoel waar je al het nieuws, alle onthullingen en alle dossiers als eerste tot je krijgt. Daaromheen zweven wat satellieten die vanuit hun eigen expertise daar ook nog radio of tv van maken. Of infographics of andere manieren van storytelling. Online is ook de plek waar we proberen het publiek erbij te betrekken. Want als we iéts willen, dan is het wel laten zien dat wij misschien nog wel meer dan andere onderzoeksjournalistieke platforms veel ruimte willen geven aan samenwerking met publiek.”
Wat verandert er concreet achter de schermen?
Van der Aa: “Het is geen enorme fusie, geen bezuinigingsronde, er komt geen stoelendans, het is alleen maar een manier om elkaar te versterken. Het enige wat verandert, is dat we bruggen bouwen tussen de redacties door grote projecten samen op te pakken en vanaf het begin aan elkaar te verbinden. We zien het als een sneeuwbal: we pakken een aantal grote klussen op waarin je het verhaal centraal zet. Vanuit dat thema gaan we kijken wie wat kan bijdragen aan het onderzoek. Dat moet het nieuwe denken worden.”
“Iedereen worstelt in tv-land met hoe
je de kijker moet bedienen die steeds
meer gewend raakt aan al die platforms”
Wat levert de samenwerking op?
Sommer: “We kunnen qua content gevarieerder zijn. We zijn begonnen met de ambitie om het nog verder uit te bouwen. Dat kunnen kortlopende series zijn, documentaires, wellicht een podcast. Het zijn ideeën waarmee we spelen die we onder de noemer Pointer kunnen plaatsen. Er waren al veel ideeën bij de redacties die ze voorheen niet kwijt konden omdat ze niet in hun eigen straatje pasten. Voor die ideeën zijn nu meer mogelijkheden, omdat mensen niet meer zo vastzitten aan hun eigen titel of programma.”
Slagkracht
Van der Aa: “Ik weet niet of er veel onderzoeksredacties zijn in Hilversum die zo gecentraliseerd met meer dan veertig mensen zich kunnen vastbijten in belangrijke thema’s. Groot en dan ook nog eens met zoveel verschillende expertises. Dat levert ongetwijfeld slagkracht op. Wij vinden het als KRO-NCRV belangrijk om het verschil te kunnen maken met deze grote titel. Ik denk dat we ook richting NPO het verschil kunnen gaan maken omdat we nu een grote titel hebben. In mijn hoofd en in mijn dromen krijgen we een kwaliteitsstempel zoals Netflix ook zijn Netflix Originals in de markt kan zetten.”
“Als de NPO Pointer kan gebruiken om allerlei specials en series aan te verbinden met het kwaliteitsstempel ‘Als het door ons wordt uitgezocht, dan zal het goed zijn’, dan is het ook makkelijker te plaatsen. Want de NPO vindt het ingewikkeld om losse specials of series te programmeren omdat het online geen vindbaarheid heeft en daardoor opkomt en weer weg is. Iedereen worstelt in tv-land met hoe je de kijker moet bedienen die steeds meer gewend raakt aan al die platforms. Een grote, flexibele titel is dan heel fijn. Het is een paraplu waaronder specials en series een landingsplek hebben, online en bij de NPO. Wij willen voorop lopen in het integraal inplannen van content. Op radio, tv en online. ”
“Hopelijk gaat de kijker vaker bij
het koffiezetapparaat over ons praten”
Wat merkt de kijker?
Van der Aa: “Ze komen netto vaker met ons in aanraking. Als we op de radio een grote scoop hebben, dan heeft dat dezelfde naam. Als we dat op datagebied doen, heeft dat dezelfde naam. Pointer wordt een grote titel waarbij het publiek ontzettend betrokken kan raken. Alleen al het aantal contactmomenten, zoals dat lelijk heet, wordt verdrievoudigd.”
Sommer: “Ik hoop dat we meer impact op de kijker hebben. We willen als journalist een zaak onthullen en daarmee naar buiten treden, dat zal uiteindelijk de netto winst zijn. Hopelijk gaat de kijker vaker bij het koffiezetapparaat over ons praten; ‘Heb je dat gezien?!’ Of: ‘Dat kan toch niet waar zijn?!’ Dat is ons hoogste doel.”
Van der Aa: “We gaan geheid nog tegen dingen aanlopen en we zullen continu moeten bijsturen. Maar ik ben ervan overtuigd dat we, als we over een half jaar terugkijken op de tijd dat we nog op onze eilanden zaten, denken: waarom hebben we dit niet veel eerder gedaan?”
Bron: BM